estafettecolumn Bereidingswijze: Breek de eieren in een schaal, voeg peper en zout naar smaak toe en kluts ze totdat het schuimt. Bak daarvan in een koekenpan met een beetje olie vier omeletten. Pel de teentjes knoflook en snijd ze fijn. Was de prei en snijd deze zeer fijn in ringen, was en hak de selderie fijn. Spoel de taugé af en laat deze uitlekken. Was de kool en snijd hem in zeer fijne reepjes. Schrap de wortel, snijd hem in zeer dunne reepjes of rasp hem fijn. Zet een wadjan op met 3 eetlepels slaolie en fruit hierin eerst de kool en worteltjes totdat de kool iets zacht is geworden. Voeg dan prei en taugé toe en daarna de knoflook en fijn gehakte selderie. Voeg de kecap, peper en zout naar smaak toe en roer het geheel goed door elkaar. Leg op elk bord een omelet en verdeel de vulling hierover, sla de omelet dubbel zodat er een half maantje ontstaat. Geef hierbij warme witte rijst en sambal rawit. Sambal rawit: Ingrediënten: 6 of 8 cabé rawits 0,5 dl Japanse kecap (Kikkoman) in schijfjes gesneden limoentjes Bereidingswijze: Was en haal de steeltjes van de rawits en snijd ze in dunne ringetjes. Doe ze in een schaaltje en giet hierover de kecap. Snijd de limoentjes in schijfjes en doe ze erbij. Roer het geheel goed door elkaar. Garneer het geheel met in partjes gesneden tomaat. Selamat makan! Theodor Holman nodigt Hans Vervoort uit het estafettestokje van hem over te nemen. 11 door Theodor Holman De Indische identiteit. Ik wou dat ik wist wat het was. Ben ik een Indische jongen omdat mijn ouders en voorouders Indische stakkers waren? Ben ik een Indische jongen omdat er bij ons thuis in mijn jeugd twee keer warm werd gegeten? Een keer Indisch en een keer Nederlands. Ben ik een Indische jongen omdat we mandiën lekker vonden? Omdat ik gitaar speelde en van Indische rock hield? Ik ben geen Indische jongen. Ik heb geen idee wat voor jongen ik wel ben. Amsterdams? Nederlands? Tja, volgens mijn paspoort ben ik in Amsterdam geboren, maar wat voel je, wat denk je, wat vind je als je een typische Amsterdammer bent? Ik ben ook een Nederlander maar wat is dan de Nederlandse identiteit? Indisch, Nederlands, Amsterdams, Nederlands- Hervormd, joods, islamitisch - ik heb geen idee welke gevoelens daarbij horen en welke identiteit daarbij past. Ik vind het altijd knap als anderen dat wel kunnen zeggen. Als mijn vader zei dat hij iets 'typisch Indisch' vond, dan waren dat altijd dingetjes van niks. Een bepaald handgebaar of iets dergelijks, of een eigenaardige gewoonte. Nooit iets wereldschokkends, altijd iets vervelend subtiels, zelden poëtisch, vaak nietszeggend. Onzin dus. Een identiteit is niks. Het is water die als maaltijdsoep wordt verkocht. Een paar keer heb ik mijn ouders - vooral mijn vader - erop betrapt dat hij ons een minderwaardigheids complex wilde aanpraten op grond van onze afkomst. Ik heb dat altijd ervaren als een vorm van ouderlijk racisme. Zo spijbelde ik veel op de middelbare school, en ik bleef twee keer achter elkaar zitten. Mijn ouders moesten op school komen. Kamertje rector. Mijn ouders werden bestraffend toegesproken en mijn vader ant woordde de rector: 'Ja, maar Theodor is een Indische jongen, dus hij voelt zich misschien ongemakkelijk in de klas.' Ik kan nog uit mijn vel van woede springen. Een Indische jongen! Kijk naar jezelf, vader! Met je rare pinda-hoofd! Andere keer. Ik voetbalde. Mijn ouders kwamen nooit kijken. Op een keer stonden ze wel langs het veld. Ik scoor een doelpunt. Mijn vader rent het veld op, trots, en begint mij - ten overstaan van alle jongens en dus midden op het veld - te kussen, terwijl hij zegt: 'En dat voor een Indische jongen...' Heel goed. Ik weet dat ik nu suggereer dat ik me zou schamen voor mijn afkomst, of dat ik me verzet tegen mijn ouders. Dat was misschien vroeger zo. Maar ik ben nu vijftig. En zelf vader. Nee, ik zet me niet meer af. Ik koester. Ook mijn afkomst. Maar mijn afkomst is niet bepaald door een land of een stad. Ik ben een jongen uit Amsterdam-Oud Zuid. Mijn afkomst is: een bal trappen tegen het muurtje in de Palestrinastraat, tegen andere jongens vechten in het Vondelpark, basket ballen op het Museumplein, gitaar spelen bij Roelof, flessen drank jatten bij Gall en Gall, dronken worden in De Doffer, en 's avonds luisteren naar je ouders die niet met elkaar praten over het Jappenkamp. Mijn identiteit? Ik wou dat ik iemand anders was. Ik wilde vroeger heel graag Hans Vervoort zijn. Niet omdat hij zo'n aardige man was. Maar omdat hij zo mooi kon schrijven. Hij is een held van mij. En ik zou hem graag willen lezen over zijn identiteit. Dat hij een Indische jongen is, en mijn held, is dom toeval. 48ste jaargang - nummer 4 - oktober 2003

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2003 | | pagina 11