'In elk Indisch huis zou een Indo-vlag moeten wapperen' vijf met baseball bats geslagen. We hingen daar met z'n vijven, en van drie van ons zijn de handen geamputeerd. Ik weet dat ik het kamp niet overleefd had als ik niet mijn leven lang pentjak beoefend had. Zelfs in het kamp bleef ik trainen.' Een sterke mentale en lichamelijk conditie en zijn hierdoor enorme doorzettingsvermogen, hebben Pheffïe's leven gered. Hij had zijn ver haal niet kunnen navertellen als hij niet eens, als tienjarig jongetje, op een dag voor het huis van Sumanto terechtkwam, een Javaanse pentjak leraar. De kleine Pheffie werd uitgenodigd mee te doen met de training en sindsdien heeft de verdedigingskunst hem nooit meer losgelaten. Tot de oorlog trainde Pheffie jaar in jaar uit, elke dag. Alleen hierdoor had hij de mentale kracht om het kampte overleven.'Plus dat ik altijd positief bleef denken. Ik probeerde onder alle omstandigheden opge wekt te blijven. Met een gezonde, vrolijke geest, slaagt de genezing.' Aan het eind van de Japanse bezetting woog Pheffie 21 kilo. 'Ik koester tegenover niemand haatgevoelens, daar laat ik me niet door leiden. Ik heb geen wraakgevoelens tegenover de Jap - Pa Pheffie spreekt het op z'n Engels uit - tegenover niemand.'Zijn geloof speelt hierin ook een belangrijke rol.'Dat kreeg voor het eerst echt vorm boven de straat van Malakka. Voordat we de lucht in gingen, kwam de aalmoe zenier om met ons te bidden. Dat ging elke dag zo. Op een dag, tijdens een gevecht, zag ik de Jap in mijn spotsveld. Ik had hem, hij wist dat, maar ik kon niet schieten, in een fractie van een seconde schoot er iets door me heen; als er maar één God is, en er werd voor óns gebeden, wie bidt er dan voor die Japf Ik ben een oprechte man, en ik ga ervan uit dat de Jap ook oprecht is. Misschien heeft hij een vrouw en kinderen thuis. De Jap vloog weg en kwam later van achteren naast me vliegen, niet in een gevechtshouding. We keken elkaar aan, hij salueerde, ik groette te rug en weg was hij. Dit was in de oorlog! Hoe leg je dat uit? De crew zei later: "Pheffie, je hebt gelijk." De pastoor werd erbij geroepen, maar hij had ook geen antwoord op mijn vraag. Hierdoor heeft tijdens de hele oorlog mijn geweten me in de weg gezeten. Ik kan de medemens nog steeds niet zien als een tegenstander. Maar het is niet zo dat ik toen, in dat kamp, de Jap vergaf voor alles. Dat waren andere tijden.' TROUW Elk jaar, op 8 december, 8 maart en op 15 augustus herdenkt Pa Pheffie bij het Indisch monument in Den Haag. En elke tweede dinsdag van de maand staat hij bij de Japanse ambassade te demonstreren.'Deze maand voor de 111e keer. We hebben dan een vlag met een foto van mij er op, toen ik 21 kilo woog. Er komen wel eens mensen die stenen gooien naar de ambassade en gaan schreeuwen. Ik zeg dan altijd dat ze daarmee op moeten houden. Die mensen die daar nu werken, hebben toch niets met toen te maken. Als ik dat uitleg begrijpen ze het wel. We proberen de Japanse ambassade zover te brengen dat ze voor het leed dat ze ons hebben aangedaan, een schadevergoeding geven. Het geld dat ze al hebben gegeven is verdeeld onder instanties, maar niet onder de mensen, de nabestaanden. Wij ouderen hebben zure druiven gege ten, maar de kinderen,jullie, zitten met de zure smaak. De kinderen zijn de dupe geworden van de verdeel- en heerspolitiek van de Nederlan ders. En dat is nog steeds de reden dat veel ouders hun kinderen niets over hun afkomst vertellen. En een leven zonder geschiedenis, is als een leven zonder een vorm van geheugen.' Deze uitspraak is de reden dat Pheffie, eenmaal in Nederland, de Indo- vlag ontwierp.'Als klein jongetje hoorde ik de gesprekken die mijn ouders voerden op de veranda. Ons kleine huisje was altijd vol mensen. Er werd toen al gesproken dat wij Indo's iets voor onszelf moesten hebben, dat is me altijd bijgebleven.' Hij werd gevraagd een vlag te ont werpen, die hij in 1990 op de markt bracht, natuurlijk met ruggespraak bij de oudjes.'Wij waren trouw, maar omdat dat hier in Nederland niet gewaardeerd werd, moeten we nu trouw zijn aan onszelf. Ouders, praat met jullie kinderen. Ons verleden ontkennen, is ons bestaan ontkennen. Dat is de fout die de eerste generatie heeft gemaakt. Daarom wil de derde generatie nu alles weten. Dus ik zeg u; praat met uw kinderen. Het zou immers zeer onfatsoenlijk zijn om onze grootouders, vaders en moeders uit wie wij allen voortspruiten, te verloochenen. Ik heb mijn kinderen en kleinkinderen zelf alles verteld. Dat moet wel, want het on derwijs in Nederland laat nogal eens te wensen over.' De donkerblauwe vlag met gouden siku-siku's, een golok, padi-halmen en de kembang melati is een teken van vrede, geweldloosheid en van trouw.'Met een speciale rol voor de vrouw, de bloem van onze charme. Onze meisjes en vrouwen hebben heel wat geleden, ik heb gezien hoe ze zich in de oorlog staande moesten houden, verschrikkelijk. En op grond hiervan, op grond van hun moed, heb ik de kembang melati centraal gezet in de vlag.' PENTJAK Pa Pheffie kwam met vrouw en kinderen in 1959 met de Sibajak naar Holland. Het gezin werd ondergebracht in een pension in Harskamp, vlakbij Ede.'Op een dag kreeg ik te horen dat we het pension moesten verlaten. Geen ruggespraak, geen overleg, niets. Het pension werd gewoon gesloten en wij kwamen op straat. Ik moest met mijn gezin 48 moesson

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2004 | | pagina 60