drie dagen en drie nachten op straat leven. Ik ben expres vóór dat pension blijven zitten, ik dacht, ik laat ze zien dat we er nog steeds zijn. Het werd zelfs zo erg dat ze me mijn kinderen wilden ontnemen.Toen ben ik naar Soestdijk gegaan, naar koningin Juliana. Zij heeft mijn verhaal aange hoord en ervoor gezorgd dat we een huis toegewezen kregen, in Zeist. In dat huis woon ik nog steeds.' Door de drukte van een gezin met zeven kinderen was er niet altijd gelegenheid voor pentjak. Al bleef Pheffïe wel trainen, op de zolderka mer. Totdat zijn zoons hem een keer vroegen les te gaan geven. Dat was in 1964. Pa Pheffïe richtte, samen met de even zo grote pentjak goeroe wijlen CorTurpijn.een sportschool op. Nu, meer dan 35 jaar later, staat Pa Pheffïe minstens twee keer per week les te geven in een van zijn veertien sport scholen. Of de jongeren komen bij hem thuis, om in de tuin te trainen.'Ik heb altijd de regel gehanteerd; nooit onnodig beschadigen. Als iemand mij het leven wil benemen, heb ik het recht me te verdedigen, maar hierbij zal ik hem zoveel mogelijk sparen. En ik ben vaak op de proef gesteld, hoor.Tijdens pasar malams vallen jongeren me wel eens aan. Zomaar, om te testen. Ik wijk dan uit en pats, steek ze in de ogen.' Pa Pheffïe doet de beweging na, zijn been vliegt door de lucht, razendsnel weren zijn armen af en vallen daarna aan. Soepel, krachtig en snel. 'Ik train elke dag. Dat is het probleem dat veel ouderen hebben, ze blijven stilzitten, zowel lichamelijk als geestelijk.Terwijl ze juist moeten bewegen. Ik beperk me wat pentjak overdracht betreft alleen tot het fysieke. Je hebt zoveel jeugdig wangedrag waarbij ze de stof, de vechtkunst misbruiken.' Pa Pheffïe doelt hiermee ook op de paranor male krachten die vooral in Indonesië voor pentjak gebruikt worden.'Er worden duistere krachten gebruikt die niet te identificeren zijn. Dat is daar gewoon. Ik heb krissenmakers gezien die met hun blote handen de kris met vuur bewerkten en hun vingers niet verbranden. Ik doe zulke dingen niet, ik beperk me alleen tot het gracieuze. Al noemden ze me in Indië wel 'de geestenman'. Dat komt omdat ik met de helm ben geboren en dingen kon 'zien'. Pentjak en geesten hebben veel met elkaar te maken.' 'Ik geniet nu veel bijval, vooral van de jeugd. Ik ben daar blij mee want ik heb ervoor moeten vechten. We moeten geen last hebben van valse schaamte, maar juist trots zijn op onze gemengde afkomst. Daarom zou in elk Indisch huis een Indo-vlag moeten wapperen. Dat heeft niets met politiek te maken, niets met nationalisme. Op pasar malams komen mensen naar me toe, en dan is het vooral het verhaal van de melatibloem, die staat voor de schoonheid van de vrouw, waar de men sen om moeten lachen.' Er volgt een ware lofzang op de vrouw, iets wat Pa Pheffïe nog zal doen, zo vaak hij kan. Wilt u het verhaal van de melatibloem ook horen, of wilt u Pa Pheffïe zien optreden tijdens de Pasar Malam Besarin Den Haag, kom dan op g juni om 17.00 uur naar het Bintang-theater. Indo-vaantjes kunt u bestellen bij Pa Phefferkorn, Roerdomplaan 8,3704 XC Zeist, tel. 030 - 6gs 33 07. juni 2004 49

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2004 | | pagina 61