Herinneringen aan Louis Pauselius groeide op in Sawahloento, een klein en bijzonder plaatsje op Sumatra's Westkust. Als je daar gewoond hebt en opgegroeid bent, aldus Pauselius, zullen de herin neringen je voor altijd bijblijven. DOOR LOUIS PAUSELIUS Sawahloento De gouvernementsambtenaren van Sawahloento. In het midden met baard -~z de assistent-resident, 1937 Sawahloento lag landinwaarts ten noordoosten van Padang in een dal waar een rivier doorheen stroomde, omringt door hoge heuvelachtige bergen. Als je van de richting Padang kwam, dan leidde de weg eerst langs de huizen van de hoge BB-ambtenaren en bij een scherpe snel dalende S-bocht stond de prachtige woning van de assistent-resident. Gluck Auf Scherper afdalend langs de Loentorivier die diep beneden stroomde, kwam de weg haaks uit op de brug. Na de brug splitste de weg, met aan de linkerkant de grote overdekte pasar. Rechts liep de weg naar de katho lieke school en kerk. Links was de hoofdstraat - er was er maar één - waar het post-, telefoon- en telegraafkantoor lag en de kleine bioscoop. Aan de rechterkant de mooie tennisbaan, het parkeerterrein voor de opelettes en twee taxi's, omringd door nette warongs, kleine winkeltjes, de stofjeshan delaar Jahja, de Chinese bakker en de grote Chinese toko waar iedereen zijn benodigdheden kocht. Aan het uiteinde de Europese Coöperatie winkel. Iets verderop stond de Soos Gluck Auf met de kegelbaan en daar tegenover het plaatselijk hotel met manager Van Ee. De Gouvernement Lagere School stond naast het hotel. Er waren drie leslokalen; de eerste en tweede klas, de derde, vierde en vijfde klas en een lokaal voor de zesde en zevende klas. De leraren waren onder andere juffrouw Haagsma, juffrouw Borst, meneer Leek en meneer Hendriks als hoofdonderwijzer. Oembilin De enige vorm van industrie in de stad waren de Gouvernement Oembilin mijnen, waar bovengronds in de Padangse Bovenlanden de steenkool werd vergaard. De werkers bestonden hoofdzakelijk uit inlandse gevange nen en Javaanse contractanten die uit Java met hun familie kwamen en 16 moesson

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2004 | | pagina 16