Patriarch Daniël Cordus ziet langgekoesterde wens in vervulling gaan 49 wS GRISELDAMOLEMANS O ARMANDO ELLO 'De cirkel is rond' Jarenlang zocht Daniël Cordus (Poerworedjo, 1922) naar de roots van zijn Indo-Afrikaanse familie. Dat hij afstamde van een Afrikaanse Belanda hitam was hem vaag bekend, maar meer details hadden zijn ouders hem destijds in Indië niet verteld. Pas toen hij een publicatie van Pijl Kroese, verbonden aan het Textielmuseum in Enschede, las over het verband tussen Afrikaanse waxprints en Javaanse batik met daaraan gekoppeld de geschiedenis van de 3000 Afrikaanse KNIL-re- cruten, kwam hij de'verborgen geschiedenis'te weten. Op zoek naar meer informatie bezocht hij het Tropenmuseum in Amsterdam, het KITLV en Afrika Studiecentrum in Leiden, maar pas toen hij doorverwe zen werd naar het Nationaal Archief wachtte hem een grote verras sing/Universitair onderzoeker Silvia de Groot was juist met een groep studenten bezig met archief-onderzoek naar de Belanda hitam.loert ik mijn achternaam noemde, haalde een van de studenten zo het KNIL- stamboek van mijn stamvader tevoorschijn, het bewijs dat mijn familie uit Afrika komt'. Sinds die bijzondere ontdekking van het stamboek van grootvader Cordus - zonder voornaam, geboren in Ashantij in 1813, in 1837'vrijwillig geëngageerd' en getransporteerd naar Indië - heeft Daniël Cordus niet stilgezeten. Alle ruim drieduizend namen van de Afrikaanse recruten heeft hij op microfiche laten zetten waarna hij de andere Indo-Afri kaanse families in Nederland op de hoogte stelde van hun oorsprong. Een en ander leidde tot het oprichten van de Indo-Afrikaanse reünie commissie die sinds 1981 haar leden verwelkomt tijdens bijeenkomsten waarbij informatie, gezelligheid en Indisch eten centraal staan. Bijna 25 jaar later heeft alle inspanning haar vruchten afgeworpen: de commis sie is opgegaan in de Stichting Indo-Afrikaans Kontakt die kennisover dracht van de Belanda hitam beoogt en de expositie Zwart in dienst van Oranje in het Tropenmuseum is een feit. Met deze expositie gaat een grote wens van Daniël Cordus in vervul ling. De patriarch van de Indo-Afrikaanse gemeenschap heeft een lang en bewogen leven achter de rug. Als zoon van KNIL-militair Johannes Cordus en meesterkokkin Emelia Land groeide hij op in het Afrikaanse Kamp in Poerworedjo waar hij een Nederlandse opvoeding kreeg en vervolgens de Algemene Middelbare School (Westers-klassieke afde ling) in Djokja bezocht. Hoewel hij als een van de weinige Indo-Afri kaanse jongeren geen loopbaan bij het KNILambiëerde.werd hij na de algemene mobilisatie in 1941 als dienstplichtige opgeroepen en bij de Geneeskundige Troepen ingedeeld. Hij overleefde dwangarbeid aan de Birma-spoorlijn, de pacificatie van Bali en Lombok als ziekenverpleger bij het Tiende Bataljon en de eerste politionele actie. Eenmaal gede mobiliseerd voltooide hij de HBS, vond emplooi bij de KPM in Jakarta en trad in het huwelijk met de eveneens Indo-Afrikaanse Evelien Klink die haar jeugd ook in de Afrikaanse wijk in Poerworedjo heeft doorge bracht. Na de soevereiniteitsoverdracht zijn vrijwel alle Indo-Afrikaanse families naar Nederland gerepatriëerd. Daniël Cordus arriveert in 1954 met zijn jonge gezin in Rotterdam en wordt als katholiek in een con tractpension in het Limburgse Eijsden geplaatst. Het contact tussen de circa 75 gezinnen, die verspreid door Nederland komen te wonen, verwatert, leder gezin knokt voor zich om geaccepteerd te worden in de Nederlandse samenleving die nauwelijks zwarte mensen kent, laat mei 2005 47

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2005 | | pagina 47