Minister Laurens Jan Brinkhorst: Aan het hoofd van het ministerie van Economische Zaken staat een Knil- offïcier. Laurens Jan Brinkhorst vindt dat we de teugels strakker moeten aanhalen in onze samenleving. 'We gedogen waar we eisen moeten stellen, ook aan onszelf.' r^i DOOR GEERT ONNO PRINS FOTOGRAFIE SERGE LIGTENBERG «te 'Onze tolerantie De vergadering vóór onze afspraak loopt wat uit. Niet erg. Kunnen wij onze vragen nog eens door nemen. Spoedig verlaat een groepje heren de spreekkamer van de minister.'Het ging wel goed, hè?', hoor ik een van hen zeggen. Of wij nu willen volgen. Tussen alle politieke onrust door (spanning tus sen moslims en autochtone bevolking, terroristische organisaties infiltreren in de AIVD in plaats van andersom, herrie over de werkelijke waarde van de euro, het referendum over Europa) zullen wij op deze blauwe maandag praten over de Indische achtergrond van vice-premier Laurens Jan Brinkhorst. Nog vóór we zitten, steekt hij van wal. We moeten door een muur van welbespraaktheid zien te bre ken. Eén ding valt direct op. De 68-jarige nestor van de Nederlandse politiek lijkt in de bloei van zijn leven. Hij verkeert in topconditie en blaakt van levenslust. Dubbel besmet 'Mijn moeder was Indisch,' bevestigt de minister,'mijn vader een echte totok, zoals dat heet, geboren in Dieren, in de Achterhoek. Hij behoorde tot, wat de Engelsen noemen, landed gentry-, gezeten boe ren die zoveel mogelijk anderen voor zich lieten werken. Mijn moeder kwam uit een Indisch officie rengeslacht: enkele Hoolboom's uit Gorinchem traden halverwege de negentiende eeuw in dienst van het Nederlands-Indisch Leger. Mijn grootvader heeft aan diverse expedities deelgenomen tijdens de Atjeh-oorlog. Van mijn betovergrootmoeder gaat het verhaal dat zij een Balische was. Er hangt een waas van romantiek om die geschiedenis heen: zo zou zij een prinses geweest zijn. Anderen beweren dat zij een danseres was. Zij was in ieder geval beeldschoon en werd geschaakt door een Duits koopman in kruidnagelen. Hindoepriesters volgden het paar echter naar Batavia en hebben haar uiteindelijk vermoord. Haar man is toen het zeegat uitgevaren en niemand heeft ooit nog iets 50 moesson

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2005 | | pagina 50