Amsterdamse School in Surabaya uit de kunst door Frans Leidelmeijer In 1983 ging ik voor het eerst naar Indonesië terug. Ik raakte direct verknocht aan de koloni ale architectuur uit de periode 1900-1950. Dat komt natuurlijk ook omdat ik de Nederlandse vormgeving uit diezelfde periode een warm hart toedraag. Met de koloniale architectuur heb ik een emotionele band. Een deel van mijn jeugd heb ik in Bandung doorgebracht. Daar wordt het stadsbeeld beheerst door modernistische architectuur, gebouwd door Nederlandse en Nederlands-Indische architecten. Onbewust moet ik die architectuur in me opgenomen hebben. Op Sumatra, Java en Bali ben ik op zoek gegaan naar die architectuur en heb er foto's van gemaakt.Telkens als ik er ben, bezoek ik de gebou wen die ik al ken van vorige bezoeken. Soms zijn ze afgebroken of heeft het verval zich verder doorgezet. Vaker zie ik echter dat ze zorgvuldig gerestaureerd zijn, vooral als het om gebouwen gaat met een open bare functie. De Indonesiërs zijn zich ervan bewust dat die architectuur ook een deel van hun geschiedenis is. Ik heb ze ook wel eens horen zeggen, dat die erfenis een bewijs is van hun kolonisatie. Elke keer weer als ik zo'n gebouw bezoek, dan bekruipen me tegenstrij dige gevoelens. Van euforie om de schoonheid van het ontwerp, maar ook van weemoed en spijt om het verleden en het abrupte dekolonisa tieproces. Naast Bandung is Surabaya één van mijn favoriete plekken voor het bezichtigen van de modernistische koloniale architectuur. Een must is het raadhuis van de architect C. Citroen, die zich in 1915 als zelfstandig architect in Surabaya vestigde. Hij kwam van het bureau van de architect Ouëndag waar hij van 1902 tot 1915 werkte en ook meewerkte aan het ontwerp voor het hoofdkantoor van de Neder- landsch-lndische Spoorwegmaatschappij in Semarang. Citroen werd in 1881 in Amsterdam geboren en volgde daar een op leiding tot leraar bouwkunde aan de Rijksnormaalschool. In Surabaya bouwde hij ondermeer de burgemeesterswoning en drie bruggen. Maar het raadhuis is zijn absolute meesterwerk, ontworpen in de jaren 1917 tot 1925. De voorzijde is in 1920 gebouwd en wordt gekenmerkt door een gepro nonceerde gevelindeling, één van de kenmerken van de Amsterdamse School. Een ander kenmerk is het grote dak. In 1925, als de expressio nistische Amsterdamse Schoolstijl strakker van vorm wordt, wordt de achterzijde gerealiseerd. (Zie foto). De oorspronkelijke stralend witte kleur is nu vervangen door beige in combinatie met een zandkleur. Maar ondanks die verandering en na al die jaren, is het raadhuis nog altijd een parel onder de modernistische architectuur van Surabaya. november 2005 41 Frans Leidelmeijer bespreekt iedere maand een kunst object dat ontstaan is uit Europese en Indische kruisbestuiving.

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2005 | | pagina 41