Tempo Doeloe o Lezers schrijven Dit is één van de gebeurtenissen uit mijn jeugd een maand voor de capitulatie van Nederlands-lndië aan Japan. Het is geen leuk verhaal. ik WSm DOOR H. ULLRICH ILLUSTRATIE MELROY BISEL De drie en ook ermee exerceren. Inmiddels waren de Japanners op Java geland. Er werd één 'kopi toebroek-met-pisang goreng-dag' overgeslagen, de volgende dag kwamen ze weer, maar dit keer werd niet meer zoveel gelachen. Na een paar uur vertrokken ze weer. De dagen erna kwamen ze niet meer. De eerste stoottroepen, allemaal Koreanen met Ja panse officieren, kwamen Djember zonder slag of stoot binnen. Nieuwsgierig als ik was, ging ik de straat op. ledereen juichen, ik ook. We staken onze duim omhoog, maar die werd beantwoord met het opsteken van hun pink.Toen pas begrepen we dat ze gewonnen hadden. De volgende ochtend zag ik eindelijk de militaire vrachtauto's van de landstormers uit Kebonsari met witte vlaggen. Vlakbij ons was een voetbalveld van de DSV met een hoge omrastering van gedek met struiken aan de voorkant. De Knil-militairen, landstor mers en de stadswacht moesten daar verzamelen. Tussen de struiken vonden we veel militaire kleding stukken: schoenen, kousen, patroongordels (leeg), en nog veel andere groene spullen. En overal auto's met witte vlaggen als teken van overgave aan de 'kromme spleetogen'. kussenslopen ",V" - v' W Ay*". 1942. Twaalf was ik in dat jaar. We woonden aan de Kepatianstraat 2 in Djember. Een jongere broer van mijn moeder was landstormen De landstormers waren ondergebracht in een kazerne in Kebonsari. Sa men met nog twee andere maten, een hoteleigenaar en een admini strateur van een onderneming, kwam mijn oom elke dag in de ochtend bij ons voor de kopi toebroek en de pisang goreng die Suminah, onze baboe dalem, klaar maakte. Ma vond het altijd leuk en gezellig en onderwerp van het gesprek was altijd de oorlog tegen Japan. 'Weest niet bang Vera,'zei mijn oom tegen mijn moeder,'we zullen die kromme spleetogen even een lesje leren.' Ik vond het prachtig al die sterke verhalen. De wapens die ze bij zich hadden waren karabijnen, ik mocht ze ongeladen in mijn hand houden Thuis aangekomen zag ik Suminah voor ma knielen en huilen. Ik vroeg wat er was en ma vertelde dat ze onder dwang drie kussenslopen van de waslijn aan de drie toeans had moe ten afgeven. Anders zouden ze haar aan de Nippon uitleveren. Ik zei dat ik zoveel witte vlaggen had gezien, misschien kwamen ze tekort? Na de oorlog hebben Lezers schrijven... W/7 je ook in deze rubriek komen, schrijf dan een verhaal over een specifieke gebeur tenis of herinnering uit de tijd van vóór de repatriëring. Schrijf rond de 500 woorden en stuur ofe-mail dit - samen met een bijpassende foto - naar Moesson. Iedere maand wordt het beste verhaal geselec teerd. Moesson bedankt H. Ullrich voor zijn bijdrage. we de toeans, inclusief mijn oom, nooit meer gezien. 26 moesson

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2006 | | pagina 26