Tjaal Aeckerlin en Rick Schoon en berg werken samen aan het project Katanja... Het is een interview project OM DE DIALOOG TUSSEN INDISCHE GENERATIES TE VERSTERKEN. De VERHALEN WORDEN UITGEGEVEN door KIT-publishers. Onlangs verscheen, na Lied van een tokeh en Neffer kambek, een nieuw boek fli TJAAL AECKERLIN EN RICK SCHOONENBERG^lM^ KIT TROPENMUSEUM, AMSTERDAM VAN DE AUTEURS MET DE TITEL: DE JAREN VAN ASAL OESOEL. DEZE MAAND EEN VERHAAL UIT DIT NIEUWE WERK. We mochten de duivel er uithalen. We staken een brandende lucifer in de hals en 'woesh'. Mijn pa presteerde het om in één dag een fles Bokma op te drinken. Toen hij hetTjihapit-kamp in moest, dachten wij: Hij gaat dood. Toen de Japanners het interneringskamp nog niet hermetisch hadden afgesloten, spraken we elkaar geregeld bij de omheining. De eerste weken waren ontiegelijk moeilijk voor hem. Daarna fleurde mijn pa helemaal op. Zijn nieuw gekweekte snor en baard stonden hem goed. 'Beenmerg, daar gaat het om', vertelde hij eens. Hij schraapte uit elk botje dat hij kon vinden het merg en trok er een soep van. In de laatste oorlogsmaanden viel er nergens in Bandoeng nog een stuk bot te bekennen, zodat ik de raad van mijn vader niet kon opvolgen. Voedsel, maar ook kleding en medicijnen. De hele stad kampte met tekorten. Alle bevolkingsgroepen werden getroffen. Wat er nog wel aan voorraad bestond, konden wij niet betalen. Een aantal maanden daarvoor stopte ik met mijn werk op het UNI- veld. Mijn broertje Paulie en ik kregen weliswaar loon, maar je kon er toch niets mee doen. Op het terrein van voetbalvereniging Uitspanning Na Inspanning stonden zeker wel twee tot drie ver diepingen hoog personenwagens opgestapeld. Alle merken waren vertegenwoordigd. Van Fiat tot Ford, van Chevrolet tot Buick. De eigenaren van de auto's waren aan het begin van de oorlog naar het nog veilig gewaande Bandoeng gevlucht. Na de capitulatie namen de Japanners de vierwielers in beslag, maar door gebrek aan onder delen en brandstof begon het wagenpark gestaag te slinken. Met Paulie en wat vrienden vond ik een baantje op het 'autokerk- 26 moesson

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2007 | | pagina 26