Anin volgde haar Indische man naar Holland: Begin dit jaar kwam de film Schemertijd uit. De makers, Tjaal Aeckerlin en Rick Schoonenberg, willen met de film de invloed van de Indonesische moeder op de Indische ge meenschap belichten. In de film wordt Anin geportretteerd. Anin is één van de vele Indonesische vrouwen die, in de periode 1945 tot begin jaren zestig, hun echtgenoten naar Nederland volgden. 'Ik wist niet Anin is bezig in haar voortuin als ik bij haar huis arriveer. Alle planten staan in knop en bloei. Ze snoeit in mijn aanwezigheid nog wat takken, die door het vroege voorjaar veel te snel zijn uitgelopen. 'Als je het niet doet krijg je alleen maar bladeren en weinig bloemen', verklaart ze. In haar woonkamer zie ik op diverse plek ken houtsnijwerk staan en aan de muren hangen enkele schilderijen met de voor mij bekende taferelen. Sawah's met op de achtergrond bergpartijen. Ze dateren uit de jaren zeventig, toen er nog geen sprake was van massaproductie. Het eerste weerzien Anin: 'In 1973 ben ik voor het eerst weer naar Indonesië teruggegaan. Ik had zo'n verschrik kelijke heimwee. Ik heb er alles voor moeten doen om die reis mogelijk te maken. In 1958 kwam ik naar Nederland en heb lange tijd alleen maar via brieven met mijn familie contact gehad. Als er een broer of zus ernstig ziek was of overleed, kreeg ik het dagen later pas te horen.' 48 moesson Het eerste weerzien vond ze bijzonder aan grijpend. 'In het huis van mijn zus Marhaja werd ik ontvangen door een menigte. Ik werd aangeraakt en omhelsd door men sen die ik kende, maar niet meteen kon plaatsen. Ze leken niet op de foto's die ze me hadden toegestuurd. Werd ik bij mijn hand gepakt door een man met een grote glimlach op zijn mond. Ik kijk in zijn ogen en denk: Wie ben jij toch? Bleek het mijn broertje Madi te zijn. Het heeft minstens een week geduurd, voordat ik die eerste indrukken had verwerkt.' Anin gaat al lange tijd, bijna jaarlijks, naar Indonesië. In het verleden maakte ze nog uitstapjes naar Midden- en Oost-Java. 'Nu ben ik het liefst gewoon bij mijn familie. Jakarta, Cikampek, Cibadak en Nanggewer, mijn geboortedorp.' Af en toe krijgt ze een vragende blik als ze aan vrienden hier in Nederland vertelt dat ze binnenkort weer vertrekt, misschien wel voorgoed. 'Die denken aan aardbevingen, de vogelgriep en overstromingen... ik denk aan mijn familie.'

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2007 | | pagina 48