1 m Henk de Gelder Tempo Doeloe Henk de Gelder werd in 1931 in Bandoeng m et de h elm geboren. Van jongs af aan heeft hij voorspellende gaven. Wanneer hij als kleine jongen een h uisgeest waar neemt, adviseren zijn ouders hem met nadruk zich daar afzijdig van te houden. Tegenwoordig woont Henk de Gelder in de Amsterdamse Bijlmer, hij is een medium en hij doet zijn tactvolle voorspellingen met behulp van een kristallen bol. In Moesson beschrijft hij enkele van zijn paranormale belevenissen. DOOR HENK DE GELDER FOTO ARMANDO ELLO ILLUSTRATIE MELROY BISEL In 1989 bezocht ik na een concert een nachtcafé in de Amsterdamse binnenstad. Ik besloot daar te blijven tot ik de eerste ochtendbus naar de Bijlmermeer kon halen, waar ik woonde. Toen ik daar binnenkwam, ontdekte ik tot mijn verbazing een vroegere schoolvriend uit Zeist: Rudolf. Met hem had ik in het verleden wel lezingen bezocht. Rudolf was altijd wat verlegen en als we ergens samen binnenkwamen, moest ik altijd voorop lopen. Hij was wel een studiekop geweest maar niet erg vlot in de omgang. Daarom verbaasde het me dat ik hem daar zag zitten, wat vermagerd en met natte haren. Hij zat op een lage stoel bij een elektrisch haardje.'Hallo'zei ik,'Rudolf hoe gaat het met jou te genwoordig?' Rudolf keek op, zag me en antwoordde:'Onkruid vergaat niet.' Een typische uitdrukking van hem. Ik bood hem een kop koffie aan en vroeg of hij een handdoek wilde hebben om zijn haren af te drogen. Panisch reageerde hijI k hoef geen koffie en ook geen handdoekl'Omdat het gesprek niet vlotte besloot ik zelf een drankje te halen en toch maar een handdoek mee terug te nemen. Vanaf de bar kon ik zijn hoofd zien dat boven de stoelleuning uitstak. Ik realiseerde me dat ik hem lange tijd niet had gezien, aangezien hij in Utrecht was gaan j wonen en ik naar Amsterdam was gegaan.Toen ik terug kwam bij zijn stoel was die stoel leeg! In het hele café was hij niet meer te vinden en niemand had hem zien vertrekken. Ik dronk mijn koffie op en nam vervolgens de eerste ochtendbus naar mijn flat in de Bijlmer. Ik zette de ervaring verder van me af. In 1995 herinnerde ik me deze ervaring en besloot ik Rudolf op te sporen. Zijn Utrechtse adres had een ander telefoon nummer gekregen. In het telefoonboek ontdekte ik zijn naam op zijn ouderlijke adres in Zeist. Ik belde en een oude dame nam op. Het bleek een oudtante te zijn. Ik vroeg om Rudolfs adres, omdat ik hem als vroegere vriend weer eens wilde bezoeken. 'Wanneer heb je hem voor het laatst gezien?', vroeg de tante. Ik durfde niet te zeggen: in een café in Amsterdam in 1989, en draaide eromheen. Haar reactie: 'Dat moet dan lang geleden zijn geweest, want Rudolf is verdronken in een Utrechtse gracht in de winter van 1982.' Rudolf had vroeger eens gezegd dat de eerste die zou overlijden zich moest melden bij de ander. Ik had dat prima gevonden. Dat heeft hij in 1989 gedaan, maar was toen al zeven jaar dood! Ik heb toen met een verschijning gesproken. augustus 2007 33

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2007 | | pagina 33