/'t M ;"r* b&L.&W* Y f llT' - V - <T-M'ihurtb»pXl \hu informatie die voor de tweede- en derde generatie essentieel kan zijn. Soms ervaren deze generaties, even, een niet te definiëren siddering in hun dagelijkse voelen, denken en handelen, want ook zij dragen splinters oorlog met zich mee. De kracht van voorwerpen Voorwerpen uit de oorlogsperiode zijn stille getuigen uit die tijd en zijn op zichzelf al een verhaal of ze kunnen de zeggingskracht van een verhaal versterken. Ook binnen de Indische gemeenschap worden ze door de eigenaren of nabestaanden gekoesterd. Het gaat dan om brieven, dagboeken, foto's, kle dingsstukken, gebruiksartikelen, speelgoed, allerlei soorten drukwerk... We kunnen het zo gek niet bedenken. Allerhande voorwerpen kregen gedurende de oorlogsjaren voor de bezitter een speciale emotionele betekenis. Ze stonden symbool voor hoop, lotsverbondenheid, verlangen, ondersteuning. In deze oproep zijn een drietal voorbeelden opgenomen. Het is van belang om al die objecten te betrekken in het proces van 'de scherven een plek geven'. Ze zeggen iets over de Indische mens in roerige tijden. Die Indische mens was sterk. Vastleggen en teruggeven In wezen heeft de Indische gemeenschap een achterstand in het vertellen van de ei gen (oorlog)geschiedenis. Er is veel over ons gezegd en geschreven en er is veel weten schap op ons losgelaten. Maar wat heeft het ons gebracht? Dus laten we vooral aandeel houders zijn van ons eigen verleden. Moesson en Katanja... willen met het project Ingat in de komende tijd (u kunt het zien als een inhaalmanoeuvre) zoveel moge lijk persoonlijke verhalen vastleggen en voorwerpen van een context voorzien. En al dat materiaal zo snel als mogelijk weer teruggeven: via Moesson, internet, publica ties en bijeenkomsten. Binnen de Indische gemeenschap en daarbuiten. Gericht op jong en oud. Aanmelden voor project Ingat Moesson en Katanja... willen graag in contact komen met vertellers (ook de in Indonesië woonachtige, Australische en Amerikaanse) en zij die (als nabestaanden) in het bezit zijn van voorwerpen uit de oorlogstijd. We staan in voor een sensitieve, integere en liefdevolle benadering, waarbij uw grenzen de onze zullen zijn. Begin volgend jaar maken we een start met het vastleggen. Contactgegevens Moesson (t.a.v. project Ingat) Postbus 2074 3800 CB Amersfoort E redactie@moesson.com T 033 - 4 611 611 ...Op 25 maart 1946 om 8 uur 's avonds bracht een Engelse jeep me terug bij mijn gezin in Batavia. Ik had als KNIL-soldaat de afgelopen vier jaar een gedwon gen wereldreis gemaakt. Van Tjimahi in vrachtwagens eerst naar het 10e batal jon in Batavia, en vervolgens naar het havencomplex waar we opeengepakt in het ruim van de Takoema Maru werden ingescheept. We voeren naar Singapore, Rangoon en Moulmein, en van daaruit naar Thailand in een goederenwagon met zinken daken en wanden, als haringen in een ton. Ik kwam in december 1942 aan de Birma-spoorweg te werken. Het woud sloopte ons. De malaria, dysenterie en beriberi sloopten ons. De Japanners sloopten ons. En ik leerde er de mensen kennen zonder het vernisje van de beschaving. Na de Japanse capitulatie duurde het enkele maanden, voordat we naar de bewoonde wereld werden overge bracht. Vanuit Petchaburry en later Bangkok startte ik een briefwisseling met mijn vrouw. In een tijd dat ik om me heen de relaties stuk zag lopen, waren haar liefdesbrieven een groot houvast. Langzamerhand kreeg ik weer gevoelens en woorden terug waarvan ik dacht dat ik ze kwijt was geraakt. Ik werd weer mens... Jack, Batavia 1946 diVi—fm IAjct septembei mm september 2007 29

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2007 | | pagina 29