Pas toen het schip bijna rechtop stond
en de mannen bij bosjes naar beneden vielentoen
pas drong de omvang van de ramp tot me door'
iMW
I
DOOR HENK HOVINGA SBfOTOGRAFIE HENK HOVINGA/ED SELHORST
stond en de mannen bij bosjes naar beneden
vielen... toen pas drong de omvang van de
ramp tot me door. Zoveel jonge jongens ook,
kinderen nog eigenlijk. Het schip gleed bijna
rechtstandig de diepte in en liet slechts nog
wat borrelende luchtbellen achter. De zee
sloot zich, alsof er niets was gebeurd. Duizen
den mensen weg, in één klap.'
Gevangenis als leerschool
Willem Punt is nog maar een broekie van 23
als het noodlot toeslaat. Tweemaal kijkt hij
de dood in de ogen, maar hij is vastbesloten
te blijven leven. Gedrevenheid en een goed
verstand helpen hem daarbij.
De ongeletterde stokersjongen verwerft in de
Struyswijkgevangenis van Batavia alle kennis
die hem na de oorlog tot eerste stuurman
op de koopvaardij zal maken. Hij wilde altijd
al veel leren. Maar z'n streng gereformeerde
vader, een arme kuiper (vatenmaker) uit
IJmuiden had daar geen geld voor en vond
studeren niet zo nodig: 'Met bidden kom je er
ook wel', was zijn motto.
Zijn strenge religieuze opvoeding ervoer
Willem als verstikkend en zette hem ertoe
aan om op z'n vijftiende naar Amsterdam te
fietsen en hier te solliciteren bij de Neder
landse Stoomvaart Maatschappij. Met
succes. Als 'seuntje' (manusje van alles)
vaart de piepjonge Willem Punt een paar
jaar de wereldzeeën over. De oorlog met
Japan doet hem ten slotte stranden als 'ma
troos onder de gage' op de kleine koopvaar
der Singkep in Soerabaja, Indië's belangrijk
ste marinehaven.
Nog voordat het KNIL op 8 maart 1942
capituleert en het Nederlands grondgebied
in Japanse handen valt, is Japan al heer en
meester op zee. Een ontsnapping per schip
en ook een paar bankdirecteuren. Wij, als
matrozen onder de gage, voelden ons zo
ongeveer de laagste vorm van de menselijke
soort. Maar toch was er een groot voordeel
aan de aanwezigheid van al die geleerde
mannen. Ze hielden lezingen en gaven
cursussen. Zo was er ook een opleiding voor
stuurman en werktuigkunde die gegeven
werd door bevoegde leraren. Dit was mijn
kans, al moest ik daarvoor zo'n twaalf uur
per dag studeren. Het probleem bij al die
lessen was echter dat ik geen papier en pot
lood had. M'n opdrachten en proefwerken
moest ik dus maken met een krijtje op twee
leitjes. En als die waren nagekeken moesten
ze weer worden gewist. Ik moest dus, heel
Van zeeman tot krijgsgevangene
Gewone burger zeelieden van de koopvaardij
werden ook tot krijgsgevangenen gemaakt,
net als militaire zeelieden. Om deze reden
verhuizen Willem Punt en zijn vrienden rond
de jaarwisseling 1943-1944 van Batavia naar
het voormalige Nederlandse kazernecomplex
van het Vijftiende Bataljon in Bandoeng.
Daar zitten ook hoge marineofficieren die
voor de oorlog les hebben gegeven en die
allerlei examens in de zeevaartkunde hebben
afgenomen. Achter het prikkeldraad van het
Vijftiende Bat vormen zij opnieuw een exa
mencommissie voor leergierige gevangenen.
Eén van de kandidaten is uiteraard Willem
Punt. Hij slaagt als derde stuurman koopvaar
dij. Cum Laude. En zonder vooraf te bidden.
Na een paar maanden van hard werken op
het tussenstation van het Tiende Bataljon
in Batavia, is het op 15 september 1944 weer
aantreden geblazen. In de nog duistere och
tenduren van die vrijdag marcheert een ein
deloze, zwijgende stoet het kamp uit, richting
Mokko Mokko "'"'"ft;
is aanvankelijk alleen nog mogelijk via
de Zuid-Javaanse havenstad Tjilatjap.
Maar nadat Willem Punt en z'n maat
Leen Sloot op de trein naar Tjilatjap
zijn gestapt, bestoken Japanse jagers
de vluchtelingentrein en de passagiers
vluchten de bosjes in. Als na een tijdje
het sein 'veilig'wordt gegeven is de eind
bestemming niet meer de haven van
Tjilatjap maar Madioen in het binnenland
van Oost-Java. Vandaar reist het tweetal
door naar Bandoeng en uiteindelijk naar
Batavia. Op 10 mei 1942 gaat het fout. De
inmiddels ondergedoken vluchtelingen wor
den op die zondag in de kraag gevat en in de
roemruchte Struyswijkgevangenis gestopt.
Na een half jaar van barre ontberingen
krijgen ze eindelijk wat meer bewegingsvrij
heid, aldus Willem Punt: 'Binnen de muren
van de lik, konden we vrij gaan en staan
waar we wilden en konden we ook andere
gevangenen bezoeken. Dat was een hele eer
want in Struyswijk zaten vooral intellectue
len: ingenieurs, juristen, leraren, geestelijken
Zeekaart met de plaats van de torpedering,
zo'n 20 km uit de Sumatraanse westkust bij
Moko-Moko.
gedisciplineerd, al het geleerde in m'n kop
stampen en ik werd een soort wandelende
encyclopedie.'
september 2007 41