Boekrecensie: In de ban van Tan
de voorgalerij boeken cd's dvd's sites nieuwtjes
DOOR WIM MANUHUTU
De biografie van de Indonesische vrijheidsstrijder Tan Malaka telt maar liefst 2.200 pagina's.
In werkelijkheid schreef auteur Harry Poeze een biografie van de Indonesische revolutie.
Wim Manuhutu beet zich vast in het lijvige boekwerk.
Het driedelige Verguisd en vergeten van de hand van dr. Harry Poeze
handelt over Tan Malaka, de linkse beweging en de Indonesische Revolutie.
Als er iemand in Nederland gekwalificeerd is om over Tan Malaka en
zijn betekenis te schrijven, is Poeze dat wel. Na zijn proefschrift over Tan
heeft hij in de navolgende decennia een indrukwekkende hoeveelheid
materiaal bijeengebracht om dat vervolgens in een fraai vormgegeven
publicatie vast te leggen. Omdat de auteur ook wel weet dat mensen
zich af zullen vragen of Tan Malaka zo'n omvangrijke studie wel verdient,
heeft hij de figuur van Tan als een prisma gebruikt om het verhaal
te vertellen van de linkse stroming tijdens de periode 1945
1949. Dat levert een beeld op van elkaar bestrijdende en
onderling hopeloos verdeelde politieke leiders, partijtjes
en organisaties met vertakkingen naar strijdgroepen
binnen en buiten het leger.
Outsider
Tan Malaka zelf is een fascinerende persoonlijkheid. Van
1913 tot 1915 verbleef hij als student op de kweekschool in
Haarlem. Geïnspireerd door het socialisme en het marxisme
werd hij na terugkeer in Indonesië actief in de communisti
sche partij van Indonesië, de Partai Kommunis Indonesia (PKI),
waarna hij in 1922 weer in Nederland belandde. Daar stond hij
zelfs op de kandidatenlijst van de CPN voor de Tweede Kamer
en werd Tan actief voor de internationale organisatie van de
communistische beweging, het Komintern. In 1926 komt de PKI,
tegen de zin van Tan, in opstand. De opstand wordt hard neer
geslagen. Het is een patroon dat later nog vaker zal terugkeren; Tan
blijkt meer een denker en inspirator dan een groot organisator.
Bij de proclamatie van 17 augustus 1945 is Tan Malaka niet rechtstreeks
betrokken. Daarvoor stond hij op dat moment te veel aan de zijlijn. Poeze
haalt literatuur en tijdgenoten aan die dat ten dele toeschrijven aan zijn
persoonlijkheid. Tan was meer gespitst op de rol van outsider.
Detective
Een en ander betekende niet dat Tan geen enkele rol speelde. Soekarno
beschouwde Tan als een van zijn inspiratiebronnen. Minutieus beschrijft
Poeze de ontmoeting die zij in september 1945 met elkaar hebben, waar
bij Soekarno Tan aanwijst als zijn politiek opvolger mocht er iets met
hem gebeuren. Hatta, die weinig van Tan moest hebben, stak daar later
een stokje voor. Het vele speurwerk dat is gedaan, levert fraaie passages
op. Zo analyseert Poeze de positie van Tan op een massameeting waar
Soekarno aanwezig was en voert hij de lezer aan de hand van foto's,
omcirkeld en wel, als een historische detective met zich mee.
Uiteindelijk blijft Tan buiten het werkelijke machtscentrum staan. Als een
van de drijvende krachten achter de stroming die voor de activistische
lijn is, vormt hij een geduchte tegenstander van de regering. Gebrek aan
coördinatie, inschattingsfouten en persoonlijke ambities zorgen er echter
voor dat linkse organisaties niet effectief samenwerken. De hoofdstukken
over de politieke ontwikkelingen in 1945 en 1946, lezen als een wie-is-wie
van de Indonesische Revolutie. Schema's met namen hadden de lezer
daarbij wel wat kunnen helpen.
Roemloos
In maart 1946 worden Tan en een aantal medestanders
gearresteerd op verdenking van het voorbereiden van
een coup tegen de regering, maar Tan wordt in juli 1948
uiteindelijk weer vrijgelaten. Inmiddels is zijn invloed
bij de Partai Sosialis en de PKI afgenomen en staat
hij feitelijk buitenspel. Dat is mede het gevolg van de
terugkeervan ballingen uit Rusland en Nederland die
de macht in de PKI hebben overgenomen.Tijdens
de tweede politionele actie bevindt Tan Malaka
zich in de omgeving van Kediri, in het gezel
schap van een lokale commandant van de
TNI. De TNI probeert op dat moment lokale,
onafhankelijk opererende commandanten
te onderwerpen aan het centrale gezag. Als
de commandant in conflict komt met andere
eenheden van de TNI, moet Tan vluchten. Op 21
februari 1949 wordt hij door Indonesische militai
ren doodgeschoten. Een roemloos einde voor iemand
die nog in beeld was als opvolger van Soekarno. Poeze is er
na lang zoeken in geslaagd de gang van zaken en de plaats van de execu
tie boven tafel te krijgen, een ander staaltje fraai detectivewerk.
Poeze beschrijft de periode 1945-1949 grondig. Weliswaar is er altijd een
links alternatief geweest voor de lijn Soekarno-Hatta, maar dit alter
natief werd gekenmerkt door onderlinge tegenstellingen. Denker en
activist Tan Malaka is er niet in geslaagd om alle krachten te verenigen.
Behalve aan de omstandigheden lag dit aan Tan zelf die meer een inspi
rator was dan een praktische politicus. Zo werd Tan veroordeeld tot een
plaats langs de zijlijn, een lot dat ook zijn politieke erfgenaam, de Partai
Murba, beschoren lijkt.
Indonesische kranten hebben er vol van gestaan en de minister van
Sociale Zaken heeft het inmiddels op tv bevestigd: nu Harry Poeze de
plaats van executie heeft achterhaald zullen de overblijfselen van Tan
Malaka opgegraven worden.
8
moesson