Abiasa of: vaarwel Stamboel 4 Degofin "villa Het vertrouwde adres voor al uw financieringen Interesse? 0416 - 279598 INDO T Ti www.degofin.nl Poirrié's perikelen Tempo Doeloe Op zolder vond ik een kartonnen doos tussen oude spullen voor de rommelmarkt. Nieuwsgierig naar de inhoud, maakte ik hem open. Er lagen vier boeken in. "INGET MATI" "AD PATRES" Fa. Johs. Ouwejan Zn. Persoonlijke leningen Doorlopende kredieten in vele vormen Senioren kredieten met kwijtschelding bij overlijden Uw eigen villa op het eiland van de goden Partner Europa voor PT Bali Realtor te Kuta. www.indovilla.nl en www.balirealtor.com Tel: +31(0)40-211.2718 Email: Frank@balirealtor.com Begrafenis- en crematie-onderneming Opgerichtin 1924 Rouwkamers en ontvangkamers airconditioned Kantoren: Frederik Hendriklaan 7 - Den Haag Telefoon: 070 - 355 64 27 (drie lijnen) Financiële dienstverlening Met vriendelijke groet, Dave Goossens Bovenop lag Abiasa, een Javaansch tooneel- stuk in wajang uit 1878, van de gepensio neerde Oost-Indische hoofdambtenaar H.C. Humme. Daaronder de Soerat Sarita, van de Bazelsche Zending te Bandjermasin uit 1934; daar weer onder de Sedjarah Indonesia van Sanoesi Pane, ook uit 1934; en tenslotte Indonesië in het parlement van Max van Poll, uit 1946. De eigenaar had zijn naam er niet in gezet, maar het waren onmiskenbaar boeken van pa. Hij leek het ook aan de boeken zelf te hebben overgelaten om de boodschap 'waardevol, niet wegdoen' aan de vinder over te brengen. Reden genoeg om ze op te nemen in mijn 'boekennalaten- schap', met Abiasa als kroonboek. Dit origine le, kennelijk zeer dikwijls geraadpleegde, in het Javaans en Nederlands opgetekende wajangtoneelstuk ademt namelijk iets mystieks uit. De vergeelde bladzijden laten bij het omslaan de geur van menjan los en het vergt weinig verbeeldingskracht om tus sen de regels door de dalang zijn verhaal te horen prevelen. Begeleid door gongslagen natuurlijk, want die horen er al eeuwen bij. Pa had wat met het Indisch toneel. Hij kon met verve vertellen over de bedrijvers van de zogeheten Stamboel, de volkse vorm van zeg maar de 'Indische opera'. Hij koesterde niet alleen grote bewondering voor het spel, maar roemde ook de rolvastheid waarmee deze rasartiesten allerhande calamiteiten tijdens de voorstelling het hoofd boden. In zijn tijd waren de toneelrekwisieten immers niet zo degelijk. En de passie der spelers was groot - dus ging er wel eens wat kapot. Zoals toen een nogal mollige Genoveva in een tot gondel omgebouwde prauw tijdens een vliegende storm van het toneel wegvoer. Ze werd door haar bezorgde geliefde nageroe pen. Kon die geëmotioneerde achterblijver de 'g' en de 'v' niet uitspreken, en galmde er een wanhopig 'Hinopipa!' door de zaal. Boven het kunstmatige stormgeloei uit hoorde Genove va die noodkreet klinken, en gaf ze met een net zo luid 'Iaaah!' antwoord. Dat was mooi meegenomen, wist pa, maar helaas bezweek het kinderwagenwielstel waarop de gondel over het podium werd getrokken onder Genoveva's gewicht en liep het vaartuig kra kend vast aan de grond. Het publiek raakte in vervoering toen de diva met elegante ge baren haar rokken doodkalm bijeen graaide en rustig wegwandelend haar aria afmaakte. Ook de wakkere gondelier hield het hoofd koel. Die wenkte Genoveva's geliefde nader bij en sleepte met diens medewerking het wrak achter de coulissen. Doek! Pa vertelde ook nog dat de woeste baren bestonden uit marineblauw geverfde planken die aan de bovenkant in golfpa troon waren gezaagd en met witte kalk van schuimkoppen waren voorzien. Achter elkaar geplaatst en vanuit de coulissen ritmisch heen en weer bewogen, waren deze imitatiegolven amper van echte golven te onderscheiden. Dat de toneelknechten bij stormweer op het toneel soms zó enthousi ast te werk gingen dat de 'golven' met grof geweld op de plankenvloer bonkten, was volgens pa helemaal niet storend. Dat lawaai ging toch al verloren in de oorverdovende herrie waarmee andere toneelknechten met petroleumblikken en pannendeksels de suggestie van donderslagen wekten. Pa was een amateurtoneelspeler van het meer serieuze genre. Maar ik verdenk hem ervan dat hij stiekem liever aan Stamboel had gedaan. In een heldenrol uiteraard, want hij kon galmen als een misthoorn. Jammer voor hem dat ma er geen oren naar had. En jammer voor ons dat Stamboel al lang tempo doeloe is. Jack Poirrié groeide op in Batoeradja en woont sinds 1951 in Nederland. Elke maand schrijft Jack Poirrié in Moesson over zijn perikelen. oktober 2007 27

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2007 | | pagina 26