Wubo in het buitenland Het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen deed in oktober 2006 de uit spraak dat de Pensioen en Uitkeringsraad (PUR) ten onrechte een Wubo-aanvraag van Kitty en Ralph Tas heeft afgewezen. Volgens het Hof mogen aan Nederlandse burger oorlogsslachtoffers die in de landen van de Europese Unie wonen op basis van het recht op vrij verkeer dat in de Unie geldt, niet worden uitgesloten van een financiële uitkering. Kitty en Ralph Tas wonen sinds 1987 in Spanje. De uitspraak van het Hof van Justitie betekent dat mensen met een Nederlandse nationaliteit die in één van de EU-landen wonen rechtstreeks een beroep op de Wubo kunnen doen. Er wordt door het ministerie van VWS een wetswijziging voorbereid en de PUR gaat mensen benaderen die eerder zijn afgewezen omdat ze een aanvraag indienden terwijl ze niet meer in Nederland woonden. Bij lopende procedures (aan vraag-, bezwaar- of beroepsprocedures) wordt al rekening gehouden met de uitspraak van het Hof van Justitie. Als iemand nog niet eerder heeft aangevraagd, nog steeds Nederlander is en in één van de landen van de Europese Unie woont, is een aanvraag nu al mogelijk. Heeft u naar aanleiding van dit bericht vragen dan kunt u die telefo nisch richten aan de PUR: 071 - 535 68 88, schriftelijk aan: Wubo Buitenland, postbus 9575, 2300 RB Leiden of via email: info@pur.nl Bron: PUR Magazine, juni 2007. Zelf durfde ik niet. Ik zei tegen Ralph: als jij zo graag met me wil trouwen dan mag jij mijn vader bellen. Ralph belde en Klaassen stemde in met een ontmoeting. Die ontmoeting vond plaats op station Utrecht CS. Ralph was erbij. Ik was enorm gespannen maar voelde meteen dat hij mijn vader was. Ik zag dat hij ontroerd was toen hij me zag. Hij heeft me toen voor het eerst zijn verhaal verteld. Hij diende in Nederland bij de marine en hij was in 1939 naar Indië gezonden. Toen de oorlog uitbrak is hij op een gegeven moment in het ziekenhuis van Tjilatjap terechtgekomen. Daar heeft hij een verhouding gehad met een Indonesische ver pleegster. Zij was mijn moeder. Bij zijn vertrek uit het ziekenhuis - hij ging gelijk door naar een interneringskamp voor krijgsgevangenen - vertelde zij hem dat ze zwanger van hem was. Toen gingen ze uit elkaar. Klaassen is direct na de oorlog naar Neder land gerepatrieerd. Hij trouwde met een Nederlandse vrouw en was streng gerefor meerd. Dat verklaart wellicht waarom hij me nooit heeft opgezocht. Ik weet niet waarom hij dat niet wilde. Voor de voorbereiding voor ons huwelijk kwam Klaassen naar Den Haag. Een jurist van de gemeente vertelde dat mijn Akte van Bekendheid niet geldig was voor de Nederlandse Wet. In plaats daarvan moest ik met drie getuigen komen die mijn identiteit zouden bevestigen. Tijdens dat gesprek ben ik diep getroffen door een opmerking die mijn vader maakte. Hij zei: 'Misschien ben ik je va der wel niet.' Ik ging door de grond. Ik dacht: die man wil ik helemaal niet als vader, maar ik heb me goed gehouden op dat moment. Eén ding was duidelijk: die man wilde ik nooit meer zien. Ralph en ik zijn getrouwd en we kochten een huis. Financieel hadden we geen zorgen. Wat wilde ik nog meer? Alles leek goed te gaan.' Leek? 'Ja, want juist toen stortte mijn wereld compleet in. Het is net alsof ik voor die tijd er nooit aan toe gekomen ben mijn verleden een plekje te geven. Zelf begreep ik er ook helemaal niets van. Ik was toen ook erg geslo ten. Pas nu kan ik erover praten. Vroeger trok ik me altijd terug als ik in gezelschap was, ik kon nooit iets leuks vertellen over vroeger. Waarom kon ik dat niet? Ik was depressief, sliep niet en was aan de medicijnen. Op een avond heb ik te veel pillen ingenomen. Die zelfmoordpoging mislukte. Onze arts dr. Bieger - net als Ralph een jongen uit Djokja - heeft me toen enorm geholpen. Hij zei me dat ik me niet hoefde te schamen voor mijn moeder. Hij heeft me geholpen een begin te maken mijn verleden te verwerken. Het is Richard Dagevos geweest die me heeft aangespoord om wederom een Wubo-uitke- ring aan te vragen. Je moet het doen, zei hij, het is een erkenning dat je oorlogsslachtoffer bent. Dat was in 1999. Hij heeft de aanvraag verzorgd en ons tijdens het hele proces bege leid. Hij heeft ervoor gezorgd dat wij erkend werden, maar financiële tegemoetkoming werd ons geweigerd, omdat wij niet in Neder-

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2007 | | pagina 41