IU brieven NEDERLAND HERRIJST HERINNERINGEN AAN SCHEVENINGEN CAPTAIN COOK OUDE LIEFDE ROEST NIET RINDu Aangestoken door de herin neringen van W.Meelhuijsens artikel [Moesson van januari, pagina 24),vermeld ikgaarne nog enkele eigen attributen uit die tijd. Ze zijn alle kampen mee doorgekomen tussen 1942 en 1946 als dierbare tienerher innering uit de vooroorlogse jaren '40 en '41 in Nederlands- Indië. Nadat de torpedobootja- ger.de Van Galen, direct bij het begin van de oorlog Duitsland- Nederland tot zinken was gebracht door een bommen werper boven de Nieuwe Wa terweg, gingen de speldjes met VG een financiële aanzet geven op Java tot verwerving van geld voor de nieuwbouw van een vervangend schip. Met de klompjes en de medaille vierden we de Koninginnedag in 1941, kort voordat wij in oorlog raakten met Japan. Boven de klompjes staat Tentoonstelling, Nederland Herrijst en datum aug. 1941. De medaille verkreeg ik door mee te doen aan een wandeltocht met de astronomische afstand van 5 km. Het V-teken en de beeltenis van Wilhelmina spreken voor zich, maar waarvoor het NIAu stond (organisator van de tocht) weet ik niet meer. Elk nieuw speldje was inderdaad weer 'heweldih'. Wat was en bleef het koningshuis van 1940-1946 voor ons overzee een belangrijk baken! J.C. de Waard-Bijlsma uit Amersfoort In Moesson van november 2007 las ik het verhaal van Frans Leidelmeijer over Soekalakoe thee. Wat hij schreef over het contractpension in Scheve ningen, bracht bij mij herinneringen naar boven. Ik ging in februari 1958 als 21-jarige vrijgezelle jongen met de Willem Ruys naar Nederland. Toen wij in Rotterdam aankwamen werden wij met bussen naar Scheveningen gereden en onderge bracht bij een jeugdhotel aan de Leuvensestraat, dat is een zijstraat van de Badhuisweg. Jongens sliepen beneden in de kelder (ongeveer 50 jongens) en meisjes op de bovenverdieping. Wat nog steeds zo in mijn hoofd zit, is de stinkende geitenmelk die wij daar met ontbijt kregen. In 1962 ben ik naar de VS geëmigreerd, en vorig jaar (mei 2007) ben ik met mijn vrouw op vakantie in Nederland geweest. Ik ben toch weer even naar het pension aan de Leuvensestraat wezen kijken. Wat een tijd... Franz Eberhardt (via e-mail) nog enige keren in Indië teruggeweest. De laatste keer in 1990 was ik er 7 weken met mijn vrouw, met wie ik in mijn diensttijd al verloofd was. De liefde voor Indië is altijd gebleven en elke keer wanneer Moesson bij ons in de bus valt 'vechten' wij erom wie er het eerste bij is. Oude liefde roest niet. Kees Belonje (via e-mail) Djakarta, april 1958. Ik stond aan de reling van de Captain Cook te huilen. Een troostende arm om mijn schouder, zo ontstond mijn vriendschap met Lotty. Met Blanche en Evy vormden wij een viereenheid. We hadden een onvergetelijke tijd op de Captain Cook en onze vriendschap bestaat dit jaar vijftig jaar. We hebben lief en leed al die jaren samen gedeeld, zochten elkaar op met verjaardagen en de Pasar Malams Besar. Op 24 mei 1958 kwamen we aan in Amsterdam. Na een paar dagen in Budel (legerkamp) scheidden Het artikel van Joop van den Berg bracht bij mij herinneringen naar boven. Voor de oorlog, ongeveer rond 1936, werd er elke zondag op de Hollandse radio een gesproken brief van de heer Van Boven via de NIROM uitgezonden over interessante en vaak alledaagse onderwerpen. Dat programma werd geopend en gesloten met krontjongmuziek van de Indische club te Amster dam. Dat was echt genieten. Toen had ik nooit kunnen denken dat ik, als dienstplichtig militair, eind 1946 op West-Java zou belanden, waar ik mij direct thuis voelde. Mijn verblijf duurde tot aan de soevereiniteitsoverdracht en ik ben steeds van Indië blijven houden. Na mijn diensttijd ben ik onze wegen. Zusjes Evy en Lotty gingen naar pension de Rijk in Dordrecht, Blanche ging met haar ouders, zus en broer naar pension de Rijk in Scheveningen en ik ging naar kamp Holterhoek in Eibergen. We zijn benieuwd of er mensen zijn die ons nog kennen van de Captain Cook of van de pensions. Een groet van Thea Toth de Sornie, Dordrecht Vlnr: Lotty, Blanche, Evie en Thea vijftig jaar later. Toen froeher Ze ben warm. Toen later Ze ben koud. Toen froeher Ze ben blij. Toen later Ze ben stil. Toen froeher Ze ben zo lief. Toen later Ah, soedah laat maar. J.F Lange uit Groesbeek maart 2008 13 Moesson #10 mrt(2).indd 13 26-02-2008 16:32:47

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2008 | | pagina 13