Ondanks het verschil in werken beschouwde Kho zichzelf als interieur- en meubelontwerper toch als een exponent van de Hollandse traditie. Familie Kho in Magelang, 1935. Rechts de 8-jarige Kho Liang Ie Foto: privé-archief familie Kho S I en Geoffrey Harcourt naar Artifort. Met de directeur van het bedrijf introduceerde Kho in Nederland een nieuw designbeleid. Door zijn toedoen woei er een internationale wind door de Nederlandse designwereld. Die kosmopolitische instelling van Kho is zeer waarschijnlijk te verklaren door zijn komst als Indo-Chinese migrant vanuit Java naar Nederland. In de Nederlandse kunstgeschie denis is dat al eerder voorgekomen, toen de Indische Jan Toorop aan het eind van de 19e eeuw naar Nederland kwam en door zijn kos mopolitische instelling als eerste Nederland se kunstenaar in het fin de siècle belangrijke kunststromingen als het impressionisme, het symbolisme en het pointillisme in Nederland introduceerde en intensieve contacten onder hield met buitenlandse collega's. Kho benaderde de ruimte vanuit zijn Aziati sche achtergrond; met lege ruimtes, een open en doorzichtig geheel en het gebruik van veel transparante scheidingswanden, vooral in de vernieuwende tentoonstellingsstands die hij ontwierp. Collega-ontwerpers zagen zijn oosterse invloed vooral in zijn gevoel voor materiaal en zijn gave om betekenis en zacht- heid mee te geven aan voorwerpen. Hij kreeg nationale en internationale erkenning. Maar ondanks het verschil in werken met zijn Ne derlandse collega's beschouwde Kho zichzelf als interieur- en meubelontwerper toch als een exponent van de Hollandse traditie. In 1957 werkte Kho samen met Wim Crou- wel voor de nieuwe interieurafdeling van de Bijenkorf in Rotterdam. Crouwel werkte principieel rationalistisch en Kho was zijn perfecte tegenpool die meer volgens zijn intuïtie en emotie werkte. Kho ontwierp er zijn onbetwiste topstuk, de schitterende lamp K46. Het is een vloerlamp bestaande uit een zwart metalen houder waarin een vlies dunne, transparante koker van het materiaal arane hangt. De vormgeving verwijst naar de door Kho bewonderde Amerikaans-Japanse ontwerper en beeldhouwer Isamu Nogushi. Zijn grootste en meest prestigieuze opdracht is de inrichting van Schiphol in de jaren 1962-67. Het interieur - vindt Kho - moet als een kunstwerk worden opgevat. Omdat men sen die op reis gaan vaak nerveus zijn moet het een rustgevende ruimte worden waar typische kenmerken van de Nederlandse aard, zoals eenvoud, nuchterheid en gastvrijheid, zichtbaar zijn. De ruimte zelf moet weinig kleur hebben, want de mensen moeten er kleur aangeven. Ook een belangrijk aspect is dat de wachtruimte, omdat Schiphol ook een overstapstation is, comfortabel moet zijn. Heel veel Nederlandse bedrijven wer den ingeschakeld bij de realisering van de wachtruimte. Koninklijke Mosa bv leverde de tegel met geometrische decoratie naar een ontwerp van Kho zelf. Er werd wit laminaat gebruikt en in plaats van exotisch hout werd er voor eikenhout gekozen. Artifort leverde het zitmeubilair. De reacties op het Schiphol-interieur zijn ge mengd. In Nederland moesten veel mensen 36 Moesson #1 juli(1).indd 36

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2008 | | pagina 36