Gemeenschapsruimte hotel van Espen in Valkenburg. Kinderen zingen: 'Sinterklaasje, kom maar binnen met je knecht.' Op de voorste rij, tweede van links zit mijn zus Therese, rechts achter haar mijn broer Victor en links achter hem (gedeeltelijk zichtbaar) zit ik op de schoot van mijn moe der die achterom kijkt. Voorste rij, vierde van links zit mijn zus Evie. Mijn moeder die net een cadeautje van de Sint ontvangt. Naast Sinterklaas staat Nelly Hoen, de 18-jarige dochter van de pensionhouder. Ook Nelly vertelt haar verhaal in de documentaire. 1 *J«t DOOR MARSCHA HOLMAN FOTOGRAFIE BOYD SMITH/PRIVÉ-ARCHIEF HETTY NAAIJKENS Het is het onderwerp van de nieuwste docu mentairefilm Contractpensions- Djangan Loe- pah van Scarabeefilms, het productiebedrijf dat eerder al prestigieuze prijzen ontving voor onder andere de films over het leven in hedendaags Indonesië: De Stand van de Zon (2002) en Stand van de Maan (2005). Moes son sprak met regisseuse Hetty Naaijkens- Retel Helmrich 'ik heb persoonlijk eigenlijk hele warme herinneringen aan het pension' en haar zoon Jasper Naaijkens (25) die de montage en de publiciteit van de film deed. In de jaren vijftig zijn ongeveer driehon derdduizend Indische repatrianten wegens gebrek aan huisvesting in Nederland opge vangen in contractpensions, vaak voor enkele maanden, soms zelfs voor enkele jaren. Op lege kamers in toeristenhotels maar bijvoor beeld ook in voormalig doorgangskamp Wes- terbork kwamen zo hele Indische families te wonen onder leefomstandigheden die in de meeste gevallen nogal te wensen overlieten. Het leven in de pensions was zondermeer radicaal anders dan ze gewend waren. In de documentaire zegt een repatriant over Nederlands-Indië: 'We leefden in het paradijs, maar we wisten het niet.' In de krappe koude kamertjes waar men slecht te eten kreeg en waar men maar één keer per week mocht douchen, realiseerde men zich dat plotseling maar al te goed. In '57 kwamen Hetty's Javaanse moeder en totokvader met vijf in Indië geboren kinderen aan in Nederland. Hetty was toen twee. Ze kwamen terecht in twee kleine kamertjes in een pension in Valkenburg. Welke herinneringen heb je aan het pen sion in Valkenburg? Hetty: 'Mijn vader was amateurfotograaf dus wij hebben gelukkig heel veel foto's uit die tijd, maar ik kan me sowieso veel herinneren; de gong die elke dag sloeg als we moesten eten, de volle kamer met al die bedden. Ik vond het hartstikke gezellig. Als peuter had ik natuurlijk ook volop aandacht van alle Indische mensen. Toen we later een huis in Tilburg kregen was ik opeens alleen met mijn moeder, de rest was naar school. Ik herin ner me dat ik het leven in het pension toen echt miste. Voor mijn broers en zussen was het natuurlijk heel anders. Die hebben zelfs alleen maar nare herinneringen aan het pen sion. Koud water, slecht eten en een totaal gebrek aan privacy. Als je ouder bent heb je daar natuurlijk veel meer last van.' Waren de voorzieningen overal zo slecht? Hetty: 'We horen wel veel klachten, vooral over het eten. En ik heb echt niet maar drie mensen geïnterviewd. We hebben ons uiterste best gedaan om een genuanceerd beeld te geven. Er komen niet alleen mensen aan het woord die in Westerbork zaten, maar ook een vrouw die tijdelijk op paleis 't Loo verbleef en alles daar tussenin.' Paleis 't Loo? Hetty: 'Ja, bijzonder hè? Omdat deze film zo'n specifieke doelgroep heeft, hielden we voor vertoningen en steeds na afloop kwamen er mensen op me af met geweldige verhalen of fantastisch archiefmateriaal. Zo kwam ik bij een vrouw terecht die vertelde dat haar ge zin in een pension in Haarlem zat, maar dat haar man in Apeldoorn werk kreeg. Elke dag heen en weer reizen tussen Haarlem en Apel doorn was in 1958 geen doen, dus plaatste haar man een advertentie in de Apeldoornse Courant met een foto van hun zoontje en de tekst: "Tweejarige repatriant wil graag elke avond door zijn papa in bed gestopt worden. Wie heeft plaats?" Blijkbaar had prinses Wilhelmina dat gelezen en erop gereageerd. Zo kwamen ze op paleis 't Loo terecht. In de periode dat zij er zaten zijn daar wel zestig mensen opgevangen.' Jasper: 'Die hadden wél lekkere ruime kamers en een bad!' Maar aan de andere kant zaten er dus mensen in de barakken van Westerbork. Jasper: 'Het kamp was helemaal niet opge knapt of opgeruimd na de Tweede Wereld oorlog. Schandalig.' Hetty: 'Sommige mensen kwamen net uit de Japanse kampen, hadden vervolgens de bersiap-periode overleefd, kwamen tenslotte naar Nederland met het idee dat de ellende nu wel voorbij zal zijn en dan... kom je aan in Westerbork!' Jasper: 'Dat is hét grote misverstand onder sommige Nederlanders geweest. Die dach- augustus 2008 43 Moesson #3 September.indd 43 27-08-2008 14:49:47

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2008 | | pagina 43