Aen ghene groene heyde Daer staen twee boomkens fijn. Die een draecht noten muscaten, Die ander draecht nagelkijns Die nagelen die zijn soete, Die noten die zijn ront. Wanneer so sal ic cussen Mijns liefs rooden mont? Samengesteld door Bert Paasman en Peter van Zonneveld Dit gedichtje, voor het eerst opgetekend in Een Schoon Liedekens- Boeck van 1544, is de vroegst bekende tekst in ons taalgebied waarin de Molukken worden bezongen. Sindsdien is de kleurrijke eilandengroep altijd ruim vertegenwoordigd geweest in de literatuur. Dat blijkt uit de imposante bloemlezing Wonder en geweld, samengesteld door Hans Straver. In dit vorig jaar M verschenen standaardwerk in twee kloeke delen, waaraan J* dit melancholieke versje is ontleend, wordt de rijkdom en y» de diversiteit zichtbaar van de aan de Molukken gewijde Ijf letteren. 26 Moesson Moesson #5 November.indd 26

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2008 | | pagina 26