Tanda Mata Tanda mata 1; Indische IvAtellingen fan toen froeher aal Aeckerlii Indische vertellingen fan toen froeher door Tjaal Aeckerlin KIT Publishers: 240 pagina's (hardcover) ISBN 978 90 6832 615 4 Prijs: 24,50 te ver als je kattenkwaad uithaalt.' Er was immers niet veel nodig om 'een naam' te krijgen. Edu, die schuin tegenover ons woonde, kon er over meepraten. Hij verbrandde, zoals gebruikelijk, elke week het huis- en tuinafval. Hij verstond de kunst om dit door middel van een smeulend vuurtje te doen. Edu liet de vuilnishoop links liggen zodra deze flink gloeide. Waarschijnlijk kwam de wind er onder. Door de aanvoer van zuurstof ont stonden er weer vlammen, die eerst het niet meer in gebruik zijnde gemak in de achter tuin in lichterlaaie zetten en daarna een deel van de pagger, de omheining van de buren. Met hulp van omstanders wist Edu de brand te blussen. Er leek niet veel aan de hand te zijn, totdat er politie bij zijn huis verscheen om poolshoog te te nemen. Edu werd niet meegenomen, kreeg geen proces-verbaal aan zijn broek, en zijn familie vergoedde ruimschoots de geblakerde afrastering. Maar juist de komst van de sterke arm maakte dat Edu en zijn fa milie een brandmerk kregen. In de omgeving raakte hij bekend als 'de pyromaan'. Ook wij kinderen droegen een steentje bij door hem de roepnaam 'si korek' te geven: de lucifer. In Vlak bij ons huis bevond zich een kleine politiepost met een minimale perso nele bezetting. In het straatbeeld zag je heel af en toe, lopend of op een Fongers dienstfiets, een agent zijn ronde doen. Ondanks hun geringe aanwezigheid bezaten ze een geduchte reputatie. We kenden de namen van de wetsdie- naars in ons buurtje niet, zodat we ze van bijnamen voorzagen. Voor twee van hen waren mijn kameraden en ik zeer be ducht. Eén was een Indische politieman die ons overdreven uitbranders gaf. Zoals die keer toen we met onze rijwielen op de Djagalanstraat van links naar rechts over het asfalt zwalkten. Hem noemden we 'si boesoek', de rotzak. En een Indone siër, die zomaar ineens vanuit het niets opdook en ons met zijn handen in de zij aanstaarde. Hem noemden we 'si koe- tjing', de kat. Niemand wilde graag met de handhavers van het gezag in aanraking komen. Het kon een schandaal betekenen waardoor de familie-eer in het geding kwam. 'Djangan nakal. Niet ondeugend zijn', riep mijn moeder mij toe zodra ik het voorerf verliet. Daarmee bedoelde ze: 'Ga niet Indische vertellingen fan toen froeher In Tanda Mata 1 staan vertellingen van de eerste generatie Indo's centraal, die wegtrokken uit een op drift geraakte sa menleving waarin voor hen geen toekomst meer bestond. De verhalen belichten kenmerken en symbolen van het Indische dagelijkse leven. Ze brengen beweging in de verstilde beelden fan toen froeher. Tjaal Aeckerlin richt in Tanda Mata, evenals in eerdere publicaties, de schijnwerpers op de lotgevallen van Indische mensen, die nog op onvoldoende wijze woorden heb ben kunnen geven aan hun ervaringen en belevenissen van weleer. In Tanda Mata 1 zijn meer dan 200 unieke foto's opgenomen. In combinatie met de verhalen geven zij een indringend beeld van een vervlogen periode. 30 Moesson Moesson #7 Januari indd 30 17-12-2008 17 20 28

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2009 | | pagina 30