'Doe maar gewoon, dan doe je al Indisch genoeg' portret De laatste tropenstijl-journalist Oud-Moesson hoofdredacteur Lilian Ducelle staat bekend als de angry old woman van Indisch Nederland, altijd klaar om iemand met haar pen neer te sabelen. Maar wie weet dat zij ooit oorlogscorrespondente is ge weest die op Bali door stens en brens onder vuur is genomen? Of vlak na de tweede politionele actie in Kediri snipers en landmijnen trotseerde? Lilian Ducelle is haar leven lang een journaliste geweest, die leefde van de geur van papier en drukinkt, een avonturierster, met als bagage slechts een kist boeken en haar typemachine. Afgelopen 2 december verscheen bij Moesson een bloemlezing van haar werk. LiCian DuceClë: DOOI MARJOLEIN VAN ASDONCK 'Doe maar gewoon, dan doe je al Indisch ge noeg' of 'Zet twee Indo's op een onbewoond eiland en je hebt binnen de kortste keren twee verschillende stichtingen'. Het zijn twee uitspraken van Lilian Ducelle, die in de jaren zeventig en tachtig met veel bevlogenheid Moesson leidt. Nadat haar echtgenoot Tjalie Robinson op 22 april 1974 overlijdt, gaat zij verder met Tong Tong.'Ik kan mijn man niet vervangen, maar wel zijn werk voortzetten', zegt ze. En ze doet het, op haar eigen manier, ze kan niet anders. In de jaren dat zij hoofd redacteur is, verandert het blad van toon: het wordt feller. 'Tjalie', licht Lilian toe, 'had de gewoonte begaan te zijn met mensen die boos of venij nig waren. Ik kan die eigenschap maar heel zelden en dan nog met moeite opbrengen.' Lilian ontwikkelt haar tropenstijl pas als Tjalie er niet meer is om haar af te stoppen. Had hij niet speciaal voor haar een briefje op de keukenkast geplakt met: 'Tegen domheid strijden zelfs goden tevergeefs'? Ze heeft een sterk ontwikkeld verantwoordelijkheidsge voel - ze wil het béste voor Indo's. Onver mijdelijk strijkt zij met haar artikelen veel mensen tegen de haren in. Als een abonnee zich over haar stijl beklaagde, zegde ze zon der pardon het abonnement op: 'We hebben altijd al te weinig abonnees gehad, u kunt er ook nog wel bij.' Op 7 december 1919 wordt in Sitoebondo op Oost-Java Lilian Ducelle geboren als Lilly Mary Hermine van Zele. Lilian heeft een echte Indische jeugd zoals steeds minder van ons die nog meegemaakt hebben. Zonder twijfel gaan de mooiste stukken uit haar oeuvre over haar jeugdjaren in Malang. In de eerste klas van de mulo bezoekt zij het dagblad De Malanger en dat maakt grote indruk op haar. De zetterij en de drukkerij waren voor mij een openbaring. Daar kwam de krant tot leven, een geboorte die gepaard ging met getiktik (van de letterzetters), van het geratel van een paar moderne zetmachines en ten slotte het gedreun en gesteun van de persen. Hier wilde ik later werken en nergens anders. De heerlijke geur van papier en drukinkt, al zou ik moeten beginnen als schoonmaakster van de zetra men of matrijsperser. Als werkloze tiener stapt Lilian begin 1937 het kantoor van de Nederlands Indische Metaalwaren en Emballage Fabrieken (NIMEF) op Kajoetangan binnen om er even later als correctrice van het plaatselijke dagblad De Oosthoekbode weer uit te komen. Daar begint haar journalistieke carrière. Op haar achttiende wil Lilian het huis uit en naar Soerabaja. Haar carrière bij het Soerabajaasch Handelsbladconcern is in een stroomversnelling geraakt, maar dan breekt de Tweede Wereldoorlog uit. Na de oorlog heeft ze het gevoel enorm veel in te moeten halen. Ze begint in 1945 als oor logscorrespondent voor de Regeringsvoor lichtingsdienst (RVD) in Soerabaja. In 1946 verblijft ze, tussen haar werkzaamheden voor de RVD door, op het explosieve Bali om in opdracht van Welfare de Gadjah Merahs te vermaken. Lilian zingt, haar getalenteerde broer Lud speelt piano. Vervolgens maakt Lilian een overstap naar de Leger Voorlich tingsdienst (LVD) om in Djakarta in dienst te treden bij het blad Wapenbroeders. Die beslissing zal haar verdere leven bepalen. Hier, bij Wapenbroeders, ontmoet ze hoofdre- 42 Moesson Moesson #7 Januari.indd 42 17-12-2008 17:21:47

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2009 | | pagina 42