Brieven van de lezer Politiek correct GrandeDame Munck en Frits Roll Perkara in een glas water Het interview metThomHoffmanbracht mij direct terug naar de vermoeiende politiek-cor- rectejaren tachtig. Ikvroegmeaf:Wat voor een boekverzameling heeft Thom Hoffman dat hijbeweert dat 'afgezienvanDouwes Dekker en Székely-Lulofs er weinig over de wantoestanden in Indië werd geschreven'? Laat mij eens een paar schrijvers noemen die over wantoestanden in Indië schreven. In de VOC-tijd Onno Zwier van Haren met zijn treurspel Agon ('Haar vriendschap is altyd de prys van 't hoogste bod,/ En 't geld is inder daad de Europeërs God'), zijn broer Willem vanHaren overdeChinezenmoordvan 1740, Willem van Hogendorp met Kraspoekol, over de slavenmishandeling door hunIndo-europe- se bazinnen, en zijn zoon Dirk van Hogendorp die met de toneelbewerkingervanin zijn aanklacht nog verder ging ('wreede Hollan- ders!zijnwijniet uwenatuurgenooten?uwe medemensen? Neen; wij zijn uwe honden!'). In de negentiende eeuw Jacob Haafner, Indo voorvechter Van Hoëvell en wat te denken van Sicco Roorda van Eysinga's 'Vloekzang'? In de twintigste eeuw zijn er ook nog genoeg voorbeelden te bedenken, waar bij E. du Per ron wellicht de meest vooraanstaande criticus was. Thom Hoffman mag zelf wel eens wat colleges koloniale geschiedenis volgen. Dan komt hij erachter dat geschiedenis nooit zwart-wit is, maar allerlei kleurschakeringen kent, net als wij Indo's. Patricia Rötschke, viae-mail Onze tante 'De Grande Dame van de Indische keuken' (hoewelzeheelergschrokvandie titel) is zo blij met het artikel over haar. En wij ook, ze is altijd zo bescheiden, maar nu wordt ze dus in Moesson geëerd! Wat leuk! En ik moet jullie van tante Nita (die nu alweer in de keuken staat en geen tijd heeft om te schrijven) heel hartelijk bedanken. Ze was zo zenuwachtig voordat ze geïnterviewd zou worden, maar ze vond Yvette Kopijn zo'n aar dige en prettige journaliste. Alle gespannen heid verdween meteen en ze heeft gewoon gezellig met Yvettezitten babbelen. Zevond haar zo aardig! En daarbij: wij vonden dat ze zomooigetypeerdwerdindat artikel. Zo goed, kort en bondig en toch volledig is haar geschiedenisbeschreven-het deed haarecht recht. Tante Nita vond dat zelf ook. We zijn zo trots op haar! En of jullie Armando Ello ook willen bedanken voor de mooiefoto's. De Moesson ligt trouwens altijd tijdens mijn cursus sen op tafel! Ikprobeermensenover te halen om abonnee te worden want ja, ze vinden ook dat 'ie er zo mooi uit ziet en dat er interessante artikelen in staan. Nou, hup, dan! Het allerbeste! Barbara Zuidema, via e-mail Jammer dat in het interview met Aase Munck in Moesson van maart nergens wordt genoemd dat haar vader, dr. Oluf Munck, een bekendeenpopulairearts was inBuiten- zorg/Batavia en dat hij is opgepakt door het Japansgezagomdat hij hulp verleendeaan het verzet. Jammer, jammer, dat daar niet op wordt ingegaan. Verderisdebeweringdat Deense artsen in het buitenland en vooral Indië ervaring moesten opdoen, volgens mij niet juist. Het was hun eigen keuze om naar Indië te gaan, ingegeven door de werving van het Knil in de Scandinavische landen. Mede omdat te weinig artsen uit Europa konden worden aangetrokken, werd uiteindelijk besloten tot de opleiding van volwaardige Indonesische artsen, met de oprichting van de School tot Opleiding van Inlandsche/Indische Artsen(Stovia)in Weltevreden. Diestondook bekend als 'Sekolah Dokter Djawa'. Toevallig staat dezoon vandebestedirecteur (H.F. Roll) van die school op de Struijswijkschoolfoto van pagina 23 in dezelfde Moesson. Inderdaadreed Fritsje op een motor, zoals in de tekst wordt genoemd. Helaaswerdhem dat ook fataal, want in 1940 overleed deze student aan de inmiddels tot Geneeskundige Hogeschool omgedoopte Stovia aan de gevolgen van een motorongeluk. Herman Keppy, via e-mail Naschrift redactie: Op pagina 43 verwijzen we naar het artikel 'Dr. Oluf Munck' dat in ons digitaal archief is te vinden - het staat in Tong Tong van 15 oktober 1960. Daarin wordt uitge breid ingegaanopdeactiviteiten vandokter Oluf Munck tijdens de oorlog. Moesson wijdt eenpaginaaan HetJaar2602. Helaas (nog) geen recensie of inhoudelijke bespreking, maar een verzameling citaten uit twee Indische weblogs. Over irritaties bij de voorpremière in Tuschinski geeft het stuk beide kanten goed weer. [...]Kort en goed, er kwamennaar de smaak van enkele bloggers te weinig Indo-Europeanen in de film voorbij eneenaparte belichting van deze categorie Nederlanders ontbrak. 'Te weinig'? Niemand weet met enige precisie het percentage Indo-Europeanen in de kampen, dus de vraag blijft wat dan te weinig is. Maar het belang rijke punt: de filmmakers hebben nooit naar geschiedkundige volledigheid willen streven, dat kan ook niet in één film. De collectieve ervaring van de mensen, kinderen van toen, wordt weergegeven door hen zelf aan het woord te laten - zonder te leunen op extra uitleg. Een heldere keuze. We zien wat de kampkinderen deelden - niet wat hen ver deelde. Peter van den Broek wordt uitgebreid geciteerd met zijn eis om elke filmvertoning te besluiten met een lezing over de Indo- Europese geïnterneerden, onder uitreiking vanverklarende pamfletten. Hij beseft niet dat, afgezien van de praktische haalbaar heid,dit helemaal niet bij de aard van de film past. Begrijpelijk, want Peter van den Broek heeft zelf de film niet gezien. U mag het stuk in Moesson dus gerust beschouwen als een aansporing om uw eigen oordeel te vormen en de film zelf te gaan zien. Hij komt in mei in de Nederlandse bioscopen, zie ook www. japanseburgerkampen.org Correcties: (1) De film duurt 90 minuten, dus geen twee uur. (2) Onze stichting maakt niet nóg een film over kinderen in de kampen. Wel een ver- diependewebsite, die waardevol materiaal benut dat niet in die 90 minuten paste. DerkHilleRisLambers, secretaris stichting Verfilming Japanse Burgerkampen, via e-mail Naschrift redactie: Vanwege het kleine aantal reactieshouden we het hierbij. april 2009 17 Moesson #10 April.indd 17 24-03-2009 15:58:30

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2009 | | pagina 17