'Ik voelde me schuldig dat ik het nooit heb zien aankomen. Ik dacht m. n kind te kennen, maar kennelijk niet goed genoeg.' O persoonlijk Na mijn scheiding was mijn enige drijfveer mijn kinderen en als je er dan eentje verliest zonder dat je weet waarom, dan zakt de grond onder je voeten weg. Na zijn zelfdo ding ben ik van de ene depressie in de andere geschoten en van de ene therapie naar de andere. Ik ben zelfs opgenomen geweest. Maar het hielp allemaal niet. Ik voelde me schuldig dat ik het nooit heb zien aankomen. Ik dacht mijn kind te kennen, maar kennelijk kende ik hem niet goed genoeg. Het was naar mijn idee een vrolijke jongen. Hij kon goed voetballen, ging naar school en had vrienden. Een week voor zijn 17e verjaardag besloot hij om er uit te stappen. Na het overlijden van mijn zoon kreeg ik een posttraumatische stress stoornis. Dat bete kent in mijn geval een trauma voor de trein - mijn zoon is voor de trein gestapt - en een verminderd concentratie- en opnamevermo gen. Na een lange donkere periode besloot ik in overleg met mijn therapeut tot een constructieve vlucht. Dat betekent letterlijk afstand nemen. Vooral van mijn woonomge ving. In mijn woonplaats lagen zoveel herin neringen, daar kon ik niet mee omgaan. Als ik therapie volgde had het steeds tijdelijk een positief resultaat en vervolgens viel ik weer terug in een depressie.' Thuiskomen 'Het eerste land dat in me opkwam voor de vlucht was Indonesië. Niet Amerika. Nee, In donesië. Vervolgens heb ik verschillende be zoeken naar het land afgelegd om te kijken of ik daar kon aarden. Samen met mijn vader ben ik naar Bali, Java en Sumatra geweest. Hij had namelijk enorme twijfels of het wel een verstandige stap was. Vooral omdat ik naar zijn mening te verwesterd was. Ik was te verwend. Hij wilde mij laten zien hoe het 42 Moesson daar is. Zelf zag ik dat niet zo. Ik stond overal voor open, want ik had niets te verliezen. Ik dacht: als ik me daar beter voel dan hier, wat houdt me dan tegen? Vanaf het moment dat ik in Indonesië aankwam was het: bam, ik ben thuis. Ik was er 51 jaar niet meer teruggeweest, maar ik was in een keer thuis. Vanaf dag 1 had ik dat al besloten. Dit was het. Thuiskomen. Iedere dag verder tijdens de reis voelde ik me meer thuis. Tijdens mijn eerste trip leerde ik mijn vrouw Uti (haar volledige naam is Chandrakirana Trimurti, red.) kennen. Mijn vader wilde namelijk nog even langs bij een oude vriend. Uti is de dochter van die vriend. Toen ik haar ontmoette wist ik dat het helemaal goed zou komen daar. Twee jaar lang hebben we een lange afstandsrelatie gehad en die hebben we dit jaar bezegeld met een huwelijk. Een totaal nieuw leven en ik heb er geen seconde spijt van gehad.' Cultuurshock 'Mijn vader is langsgekomen voor de bruiloft. Hij was aanvankelijk heel erg tegen mijn vertrek naar Indonesië, maar nu hij ziet dat ik me red, begint hij zich erbij neer te leggen. Het is goed zo. Mijn dochter vond het moei lijk dat ik naar Indonesië vertrok. We kregen net weer beter contact. Na de zelfdoding van mijn zoon raakten wij van elkaar verwijderd. Zij verwerkte het op haar eigen manier en had haar eigen problemen en ik ook. Dat leidde ertoe dat ik geen contact meer met haar had. Maar gelukkig kunnen we met de huidige media sms'en en mailen. Er is weer wederzijds begrip nu we allebei op eigen benen staan. Uti is lief en zorgzaam. Ik ben heel blij met haar. We hebben uiteraard wel eens een cul- tuurclash. Het blijft aanpassen. We hebben bediendes en chauffeurs. Dat is erg wennen. De eerste dagen wist ik niet wat ik moest doen als ik wakker werd. De bediendes waren dan al bezig alles op te ruimen en schoon te maken. Ik vluchtte dan snel de slaapkamer weer in. Mijn vrouw heeft twee jonge kinderen uit een eerder huwelijk, dus ik moet weer wen nen aan het gezinsleven. Soms botst het ook wat betreft de opvoeding van de kinderen. De kinderen krijgen in de Indonesische mid denklasse alles wat hun hartje begeert. Ze zijn tot op het bot verwend. De chauffeur brengt ze naar school en draagt hun tas. Maar ze weten ook niet beter, dus je kunt het ze niet kwalijk nemen.' Gestoorde stad 'Sinds januari 2008 woon ik definitief in Indonesië. Ik voel me er gelukkig en ik kan gemakkelijk herintegreren dankzij mijn Indische achtergrond. Jakarta is wel een compleet gestoorde stad, met 24 miljoen mensen. Maar ik ben daar nu niet meer als toerist, ik ben er als inwoner. Dat is anders. Je legt je neer bij dingen die gebeuren. Twee uur file bijvoorbeeld, of dat er geen stroom is tussen 3 en 6. De corruptie en de bureau cratie is ook zó waanzinnig, maar goed, als je twee miljoen moet betalen om dingen sneller te laten verlopen, het zij zo. Gelukkig heeft Uti een grote familie uit de rijkere mid denklasse. Zij hebben veel invloed en helpen mij als ik tegen dit soort problemen aanloop. Waar mijn vrouw en ik ook anders mee omgaan is het verschil tussen arm en rijk. Dat woont hier letterlijk naast elkaar en dat is soms heel schrijnend. Ik maak me daar wel eens boos over. Dan draai ik mijn hoofd weg, omdat ik het niet kan zien. Mijn vrouw zegt Moesson #10 April.indd 42 24-03-2009 16:01:51

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2009 | | pagina 42