Geen botol tjebok?
Tempo Doeloe
De Voorgalerij
20 Indonesië Trouwen
zonder boterbriefje
Het Achtererf
Moesson juni 2009
53ste jaargang, nummer 12
4 Boeken, cd's, dvd's, sites,
nieuwtjes en lezersacties
6 Vilan in Koempoeland
7 Column Marscha!
10 Interview danser en
choreograaf Eszteca Noya
17 Uit de kunst Frans Leidelmeijer
over vliegeren
19 Brieven Lezers reageren
24 Indisch gedicht
25 Indische schoolfoto
26 Indische perkara's
Du Perron vs. Zentgraaff
30 Indisch fotoalbum
31 Poirrié's perikelen
32 Reportage Waarom 'Blauwe'?
36 Horoscoop
37 Culinair Koken
met Klein Java
40 Portret filmproducent
San Fu Maltha
44
Agenda
46
Ting Ting
50
Colofon
Deze maand in Moesson weer een hoop interessante mensen en reportages.
Ten eerste Eszteca Noya; zeker na de RTL5-talentenjacht So you think you can
dance hét gezicht van streetdance in Nederland. Aan Moesson vertelt hij hoe
hij als negenjarige zijn hart aan breakdance verloor. We vroegen Herman
Keppy voor ons in Indisch Nederland op zoek te gaan naar de herkomst van
het scheldwoord blauwe. We kennen het allemaal - veel Indo's in de jaren
vijftig in Nederland werden ongevraagd ervaringsdeskundige - maar waar
komt het toch vandaan? Tot slot een interview met filmproducent San Fu
Maltha, die overigens niet alleen voor blauwe, maar ook voor bruine en gele
werd uitgescholden. Hij is één van de succesvolste filmproducenten van
Nederland; ook in Indonesië gaan de zaken goed. Al jaren loopt hij met het
plan een documentaire te maken waarin Indische mensen de bootreis weer
terug naar Indonesië maken: 'Mij fascineert het dubbele gevoel waarmee de
mensen op die boot zaten. De hoop dat ze naar hun vaderland gingen, wat
later nooit hun vaderland bleek te zijn.'
Coverfoto: Frédérique Vlamings
Marjolein van Asdonck
Hoofdredacteur
juni 2009 3
Moesson #12 Juni.indd 3
27-05-09 12:46
Toen ik studeerde deed een grap de ronde die als volgt ging: 'Hoeveel
leden telt een Papoea-gezin? Vijf: vader, moeder, twee kinderen en een
antropoloog.' Van de week werd ik ineens wakker en dacht: tjeeses, na al die
jaren blijkt dat die grap over óns gaat - met ons bedoel ik ons Indo's. Net
als rocksterren in wiens schaduw constant een troepje mensen meeloopt,
hangen er wetenschappers om onze Indische huishoudentjes. Ze snuffelen
in onze keukentjes, zijn op zoek naar opa's oude liefdesbriefjes, naar het
therapieverleden van onze ooms of tantes, de bloggs van onze nichtjes en
neefjes. Zelfs als je de deur van de wc opendoet zit daar iemand te noteren of
je wel of geen botol tjebok hebt - en die daar vervolgens de nodige conclusies
aan verbindt: geen botol tjebok, zie je wel het Indische verdwijnt! Dus de
volgende keer als de kassière vraagt of ik Eftelingspaarkaarten wil zeg ik: Ja,
doe maar vijf. Ook één voor de antropoloog die tjekt of ik wel of geen taugé,
emping, sambal peteh en tahoe in mijn mandje heb.