'Ik heb verschrikkelijke dingen gezien'
indonesië O
De slag om
Menado
TEKST EN FOTOGRAFI JAN LEPELTAK
-Juli 2009: We rijden 's ochtends vroeg
vanuit Manado de kronkelende weg naar
Tomohon op. Indonesische auto's en motor
fietsen zijn in een gevaarlijke race beland.
Links en rechts worden auto's met doods
verachting ingehaald. Aan de rechterkant
doemt Manado voor ons op. Het stadje ligt
gevangen tussen de azuurblauwe zee en de
donkergroene heuvels.
Het was op deze weg waar een Nederlandse
officier een hopeloze, maar felle strijd tegen
de oprukkende Japanners voerde. En het was
hier in het plaatsje Tomohon waar Mieke
Wenas als negenjarig meisje de verschrikkin
gen van oorlog leerde kennen.
De Japanse bezetting
De strategie om de Minahasa te onderwer
pen aan het Japanse bewind bestond uit
vijf stappen. Allereerst moest de Minahasa
militair razendsnel veroverd worden. Daarna
moesten in alle gebieden Japanse troepen
gestationeerd worden. De Japanners dienden
snel de gewoontes te leren van de mensen in
de Minahasa. De Japanse militairen moesten
activiteiten in onderwijs en cultuur ontplooi
en; de Minahasa-cultuur moest versmelten
met de Japanse cultuur.
De Nederlanders in Menado werden intussen
geïnterneerd. Mieke Wenas was negen jaar
oud, toen de Japanners de Minahasa ver
overden. 'Ik heb toen verschrikkelijke dingen
gezien', vertelt Mieke met een sigaret sierlijk
in haar hand. We zitten thuis bij Mieke
Wenas in Tomohon. Het lijkt alsof we in een
tijdmachine zijn gestapt en naar de jaren
veertig zijn gevlogen. Het oude Nederlandse
meubilair, de zwart-wit foto's aan de wand
en de muziek van de Andrew Sisters roepen
een sfeer op van het verleden.
'Ik was het oudste kind en had nog drie jon
gere broers. We woonden in Tomohon. Mijn
vader Lodewijk Wenas moest in Menado
voor de Japanners werken. Dus verhuisden
we naar Menado. Onze vader werkte vóór
de oorlog voor een distributeur van Singer-
naaimachines. Mijn moeder Sophie was
huisvrouw. Mijn grootvaders waren hoge me
neren. Mijn opa was marechaussee geweest
in Atjeh en had hiervoor vele onderscheidin
gen ontvangen.'
Met de komst van de Japanners veranderde
alles. Mieke en haar broers leerden de doods
angst van de oorlog kennen. 'Alle vrouwen
waren doodsbang. De mooie Menadonese
vrouwen werden door de Japanners uitge
kozen. Hun man werd onthoofd of wegge
stuurd. Mijn moeder zat doodsbang thuis',
vertelt Mieke in vloeiend Nederlands.
Op een dag liep haar moeder door Tomohon
en ze kwam langs de school waar toen de
Nederlandse families gevangen werden
gehouden.
'Een Nederlandse vrouw begroette haar en
mijn moeder groette terug. Ze kenden elkaar
en de vrouw vroeg om wat eten. De gevan
gen Nederlanders waren namelijk allemaal
vrienden van ons. Maar de Japanse soldaten
zagen de wederzijdse begroeting en ze arres
teerden mijn moeder. Ze kreeg een bord om
haar nek gehangen en moest kilometerslang
een weg aflopen met de tekst: 'Djangan
seperti saja, mata-mata moesoeh', oftewel
'Wees niet zoals mij, een spion van de vijand.'
Zowel de Nederlanders als Menadonezen
waren overrompeld door de Japanse bezetter.
De Aanval
Menado moest veroverd worden. De Japanse
vice-admiraal Ibo Takahashi gaf leiding aan
de belangrijkste Japanse vloot die de aanval
uitvoerde op het oostelijke deel van Indië.
De Japanse marine zou landingen uitvoeren
op allereerst Menado, vervolgens Kendari,
Ambon, Makassar, Timor en Bali.
Acht Japanse schepen vertrokken op 9
januari 1942 uit het Filippijnse Davao met de
Sasebo-landingseenheden richting Celebes.
Op de vroege ochtend van 11 januari begon
de aanval op Menado. Om drie uur landden
Japanse troepen bij Kema, ten oosten van de
stad Menado. Een uur later vielen Japanse
marinetroepen Menado aan.
Ook sprongen meer dan vijfhonderd Japanse
parachutisten boven Noord-Celebes om het
vliegveld van Langowan te veroveren. Het
was de eerste keer in de geschiedenis dat
Japan parachutisten inzette. Op 11 januari
werden 334 parachutisten gedropt, een dag
later daalden nog eens 185 soldaten neer bij
Langowan.
De Nederlandse commandant majoor
Schilmöller besloot om de Menado Compag
nie, zijn sterkste eenheid, in te zetten voor
de verdediging van de baai van Menado. De
188 Menadonese soldaten in de compagnie
konden één 7,5 cm kanon gebruiken - de
augustus 2009 27
Moesson #2 Aug 2009.indd 27
29-07-09 10:52