'De geschiedenis van de Indorock is ook mijn geschiedenis' Multiculti Terug in Nederland door. Von 20.00 bis 03:00 Uhr nachts. Son- ntag Mittag von 15.00 bis 19.00 Tanztee und abends von 20.00 bis 03:00 Uhr. Zo wordt het met grote letters op de flyers aangekondigd. Woody: 'Bovendien moest er nog gerepe teerd worden ook. We hadden nooit de tijd om eigen nummers te kunnen componeren! Maar beter goed gearrangeerd dan slecht gecomponeerd. Je moest toch ook slapen! Zelfs daar kwam je na het spelen vaak niet aan toe', lacht hij. De Duitse periode is een harde leerschool voor de band, maar de mu ziek wordt wel geperfectioneerd. Woody: 'Het podium werd jouw territorium en dat ging je op den duur ook uitstralen.' De ultieme bandbezetting wordt uiteindelijk ook gevon den. Woody: 'In het begin noemden ze ons nog "de wisselband", omdat we per nummer konden wisselen van instrumenten.' Ik lel! Gaat alles dan van een leien dakje? Nee, hoor! Indorockbandjes konden om het klein ste meningsverschil uit elkaar gaan. Woody: 'Je kon niet tegen opbouwende kritiek in die tijd. Een discussiecultuur was ons vreemd. Alles werd onmiddellijk als een persoonlijke aanval opgevat. Zelfs in familiebandjes! Als de een zei dat de ander een valse noot speelde, ging óf de band uit elkaar, óf het was vechten geblazen. Wij waren daar geen uitzondering op. Alleen wij hadden Sydney en zijn lijfspreuk was: Nobody leaves the fokking band! Ik zal je een voorbeeld geven. Ik ben eens bij de Crazy Rockers weggelopen en ging met Harry Koster spelen. Bij hem kon je altijd terecht. Hij huurde altijd een extra hotelkamer, omdat hij wist hoe het er bij de Indorockbandjes aan toeging. Sydney kwam natuurlijk wel even verhaal halen. Plotseling stond hij samen met contractor Herr Abels uit Krefeld voor me. Harry bromde tegen me: "Jouw bandleider, hij is hier peh, als je wil: ik lel!" "Niet doen dan Har, kassian toch!", antwoordde ik. Na een diplomatiek gesprek stapte ik, na een korte plezante transferpe riode, deemoedig bij Sydney in de gereed staande Porsche en snelde vanuit Frankfurt terug naar Krefeld. Nobody leaves the band. Zonder Sydney was onze band al veel eerder uit elkaar gevallen. Hij had een enorme wilskracht, overredingskracht en doorzet tingsvermogen. En een grote bek! Hij durfde de initiatieven te nemen die bij de meeste Indo's ontbraken. Ongelooflijk. Hij hield ons De Crazy Rockers in Les Galeries, Sc ook altijd scherp: "Hé, wel blijven lachen! Ook als er geen vrouwen zijn! Schoenen poetsen, schone overhemden en smokings aan! En repeteren, repeteren."' In 1962 presenteren de Crazy Rockers, na een odyssee door Europa, als eerste band de Indische rockstijl live aan het Nederlandse publiek. Het jaar daarop krijgen ze zelfs een verbeterd contract in de Scheveningse nacht club de Sheherezade. De zomer van 1963 zou De Crazy Rockers zaten vol contrasten. Sydney Rampersad was een flamboy ante Surinaamse Hindoestaan met een puntige, onnavolgbare, syncopische 'tadja'(Indiase trommel)-inslag. Woody Brunings kon zijn Surinaams-Zuid-Ame- rikaanse latin roots niet afleren. De Indi sche Harry Berg was een fervent fan van de traditionele jazz. Hij dreef de Indorock- stijl met vrije noten uit haar keurslijf, zolang de eveneens Indische Eddy Chate- lin met zijn onnavolgbare staccato-riffs samen met Sydney de maat maar strak hielden. Bassist Pim Veeren was als Be- landa het rustpunt in de band. Hij was de mildste, de vredesstichter, en zocht altijd de middenweg. Sydney was overduidelijk de leider van deze multiculturele groep musici; hij en niemand anders zette de lijnen uit. Hij was eigenwijs maar perfec tionistisch. Door een recensent werden De Crazy Rockers ooit 'het summum van integratie' genoemd. oktober 2009 13 Moesson #4 oktober 2009.indd 13 23-09-09 12:14

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2009 | | pagina 13