Parijs-Dakar op Sumatra Interesse? 0416 - 279598 De visumspecialist voor Indonesië Het vertrouwde adres voor al uw financieringen www.degofin.nl O poirrié's perikelen access^ indonesia 070-8875020 06-51152727 www.accessindonesia.nl Access Indonesia regelt uw visum voor: Verblijf tot 60 dagen Verblijf van 3 - 6 maanden Stage Vrijwilligerswerk Werkvergunning Retirement visum (Seniorenvisum voor 55+) Persoonlijke leningen Doorlopende kredieten in vele vormen Senioren kredieten met kwijtschelding bij overlijden dienstverlening Living working in Indonesia Met vriendelijke groet, Dave Goossens Let op! Geld lenen kost geld u-X" Bij het ie Legerkorps hadden we vroeger een generaal die paraatheid erg hoog in het vaandel had staan. Dat hoort ook zo, maar deze ijzervreter eiste dat 'zijn soldaten' onder alle weersomstandigheden in open trucks werden vervoerd. Konden ze bliksemsnel eruit springen en de vijand in de pan hakken. Bij de eerste de beste winteroefening vroor het echter zo hard dat de soldaten eerst moesten ontdooien voordat ze ook maar overeind konden komen. Sommigen bleven zelfs ijskoud zitten, samengeklit gelijk een bonobofamilie in een winderige tropennacht op een kale apenrots. Hoe het die arme drommels te moede is geweest, kan ik me goed voorstellen. Dat ver lammende gevoel van machteloosheid over viel mij ook toen ik bij de Gadja Merah op het vliegveld Talang Betoetoe nabij Palembang aankwam. Al was het toen lekker warm. Dacht ik als Brenschutter van de befaamde Andjing Nica met open armen te worden ontvangen, plaatsten ze me als doorsnee waarnemer in de bak van een Brencarrier. Met een gewoon geweer. Protesteren had geen zin. De Gadja's hadden sowieso geen boodschap aan het ge mekker van een naoorlogs broekie. De meeste van die Burma Railroad veteranen konden ook oudere broers van me zijn, sommigen zelfs vaders. Daarom was het vaak 'Kop dicht koenjoek, jou wordt niks gevraagd.' Hoorde bij de opvoeding, vonden ze. Toen ik goed en wel geïntegreerd was en dacht me wat meer te kunnen permitteren, beging ik de stommiteit om zonder toestem ming van wagencommandant Mehring te gaan jagen. Sloeg het noodlot genadeloos toe. De enige tjeleng die ik tegenkwam was me te snel af en toen ik terugkwam was het hele peloton verdwenen. Het enige wat ik vond was een briefje dat Mehring op de deur van onze goeboek had geprikt. 'Japie, verrekte klojo, als de sodemieter naar Palem bang komen', stond er optBmgjgBTsioenen van de Krijgsraad te Velde en liep het me dun langs de benen. Reddende engel was een toevallig passerend busje dat vele malen het toegestane aantal passagiers bevatte en de barang van een halve kampong op het dak had. Het leek onmogelijk, maar na enig wapengekletter van mijn kant kregen ze het toch voor mekaar. Ik kon mee, op het treeplankje bij het achterportier. Waar ze de vent hadden gelaten die daar al stond, kan ik me niet herinneren. Wel dat de rit veel erger was dan Parijs-Dakar. In Palembang gaven ze me van onder uit de zak alvorens ze hun vreugde uitten over mijn behouden thuiskomst. Was net of ze de Verloren Zoon binnenhaalden. Gelukkig op gepaste manier, want in de goeie ouwe tijd knuffelden mannen elkaar voor geen goud. De terugkeer van het peloton naar Palembang had trouwens te maken met de te weinig be zongen amfibische tocht van de Gadja Merah naar de Radja Wells olievelden. Waarbij ik m'n Bren terugkreeg en er aan herinnerd werd dat die lichte mitrailleur weliswaar ideaal was voor in de carrier, maar niet om ermee te sjouwen. Dat kwam door luitenant Raket, onze onverstoorbare pelotonscommandant. Die kon geen kapotte brug zien of het was 'Bren op de nek en eroverheen'. Hij vertrok ook geen spier toen de TNI er net niet in slaagde om de kali Lematang met ons erbij in de fik te steken en de hemel boven Pendopo rood zag van de oliebranden. Wat er van lt Raket is geworden, weet ik niet, maar van mij hadden ze hem generaal mogen maken, in plaats van die ijzervreter. Voor de leek: Een 'koenjoek' is een jong aapje. Ma noemde mij ook zo toen ik nog klein was. Later werd het gewoon 'vervelend jong'. Jack Poirrié groeide op in Batoeradja en woont sinds ig$i in Nederland. Elke maand schrijft Jack Poirrié in Moesson over zijn perikelen. januari 2010 31 Moesson #7 januari 2010.indd 31 16-12-09

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2010 | | pagina 31