En het vergeten zo lang
stem
dek aan bakboordzijde was leeg. Niemand
keek naar waar ze heen zouden gaan.
Op de kade onder haar stonden mensen te
wachten tot het schip zou vertrekken. Tussen
de groepjes door liepen als mieren de koelies.
De uitzwaaiers keken langs de zwarte zijkant
van het schip omhoog naar hun familiele
den en zwegen. Het zwaaien, het roepen,
zelfs het huilen: ze hadden het allemaal al
gedaan. Ook de mensen op het dek wisten
niets anders te doen dan wachten tot het
weggaan eindelijk voorbij zou zijn. Ze lieten
hun blik gaan over het havengebied met de
lange witte gebouwen, onverschillig voor
wat ze zagen, blij met de afleiding die de
bedrijvigheid bij de pakhuizen hun bood. Af
en toe keken ze naar degenen die hen uitge
leide deden om te laten zien dat ze hen niet
vergeten waren, dat het heus niet zo snel zou
gaan. Dan stak iemand daar beneden een
hand op en wuifde.
Maruca was blij dat haar moeder niet naar
de haven was gekomen, dat er niemand van
de familie op de kade stond. Vroeger werden
ze altijd uitgezwaaid. De afduwers kwamen
mee aan boord en beklaagden zich dat dit
schip mooier was dan dat waarmee zij zelf
hadden gereisd. Anderen kuchten demon
stratief, met een blik op de schoorsteen
waaruit dieselrook omhoogkwam, en mij
merden over het tijdperk van de stoom. Als
het tijd was om afscheid te nemen ontstond
er gedrang bij de trap, en daarna was er het
eindeloze naar elkaar kijken voordat het
schip in beweging kwam.
Met deze taferelen in gedachten had Maruca
ervoor gezorgd dat iedereen dit keer thuis
zou blijven. Bij de aankondiging van de tan
tes dat ze natuurlijk allemaal naar de haven
zouden komen, had ze alleen maar even
verwijtend hoeven kijken. Dat was genoeg
geweest: met haar blik had ze iedereen her
innerd aan het grote verdriet van Toos Hage
naar. Hoe kon iemand zelfs maar overwegen
om haar voor de hoge stalen scheepsmuur
neer te zetten en haar te laten toezien hoe
het schip haar laatste kind wegnam, eerst
langzaam, dan steeds sneller, tot de zwarte
stip niet groter was dan een kogel?
Van de Hagenaars had ze niemand hoeven
overhalen om weg te blijven. Een aantal van
de ooms en tantes was al overleden, met de
Batavia 1930. De indische Maria Hagenaar
heeft de hoop om te trouwen al opge
geven wanneer zij een jonge Chileense
consul ontmoet. Liefkozend noemt hij
haar Maruca. Ze treden in het huwelijk. In
Santiago, Buenos Aires en Madrid blijkt al
snel dat haar nieuwe man geen toege
wijd diplomaat is, maar eerst en vooral
een dichter en bohémien. Hij noemt zich
Pablo Neruda en bezingt de ene vrouw na
de andere, maar nooit haar. De Spaanse
burgeroorlog vormt een keerpunt in hun
leven. Neruda is op weg naar wereldfaam,
een Nobelprijs en nieuwe liefdes, Maruca
en hun dochtertje Malva Marina vertrek
ken naar Den Haag. 'De liefde is zo kort,
en het vergeten zo lang,' schreef Pablo
Neruda. Die woorden gaan zeker op voor
zijn huwelijk met Maria Hagenaar. Toch
is zij nu alsnog een muze geworden. Haar
leven vormde de inspiratie voor En het
vergeten zo lang, een meeslepende histori
sche roman over een kortstondig huwelijk
en een lange scheiding. In het voetspoor
van Maruca, reisde Pauline Slot over drie
continenten. De vrouw die een voetnoot
werd in het rijkgedocumenteerde leven
van haar man, krijgt nu voor het eerst een
En het vergeten zolang
Door Pauline Slot
978-90-295-7192-0
Arbeiderspers 19,95
Vanaf 16 februari
verkrijgbaar in de boekhandel
'Ga maar,' zei hij.
De teleurstelling stuwde boze tranen naar
haar ogen.
'Ach,' zei ze. 'Ga je echt niet mee?'
Hij keek naar zijn handen.
Ze voelde de blikken van de twee oude
broers. Opeens begreep ze het. Zoveel
dagen had Neftali al op zee doorgebracht,
uit zoveel havens was hij al vertrokken, dat
deze afvaart hem niets nieuws kon brengen.
Hoogstens was het een pijnlijke onderstre
ping van de financiële malaise die hen hier
verjoeg. Falen als kostwinner: dat kon niet
gemakkelijk zijn voor een man. Ze herinnerde
zich de schaamte van haar vader toen hij
met verkeerde investeringen en een falende
onderneming veel van zijn geld verloor.
Met een glimlach groette ze de heren Prange.
Toen boog ze zich voorover en kuste Neftali
op zijn wang.
'Zeg maar niet waarom we van Java weg
gaan,' fluisterde ze in zijn oor.
Niemand hoefde te weten dat de Chileense
regering zijn salaris kort na hun huwelijk had
gehalveerd en dat zijn inkomen daarna nog
verder was geslonken. Ook ging het niemand
aan dat zijn vooruitzichten in Chili onduide
lijk waren. Dat zou ze straks nog tegen hem
zeggen: hij moest vooral vertellen dat hem
daar een goede positie wachtte.
Ze opende de zware houten deur, die zo glan
zend gevernist was dat hij wel van amber
leek, en ging naar buiten. Hoewel de Hooft
door de aanhoudende economische crisis
veel lege hutten had, was het druk aan de
reling. Ze zocht een plaats tussen de andere
passagiers, schudde links en rechts weer
handen, en boog zich toen voorover. In de
diepte zag ze een dunne strook water liggen,
recht als de kanalen in Batavia. Een moment
leek het of het schip door haar beweging
vooroverhelde en haar aanwezigheid aan
stuurboordkant de doorslag zou geven. Het
30 Moesson
Moesson #8 februari 2010.indd 30 7©+ 27-01-10 14:20