Marscha! 1 Ray-Ben Hebbes! Vorige maand verlootten we vijf exemplaren van de memoires van Alex Bal: De laatste Indo. De gelukkigen zijn: Els Goosen uit Enschede, Adriaan Wetzel uit Capelle a/d IJssel, Maudy Angenent-van Raemdonck uit Bedum, M. Maurits uit Zwolle en C. Pechler uit Apeldoorn. Ook mochten we vijf cd's Kroncong Baru van Julya Lo'ko en Erwin van Ligten weggeven. De winnaars zijn: J.C.B. Jackson uit Leusden, Rob Westbroek uit Leusden, G.F. Ernst uit Nieuwe- gein, M. Koetsdijk-Medema uit Apeldoorn en de heer K. Stuffertz uit Amstelveen. Enjoy! De win naars van de KANE Back to Java-tickets en het Back to Java T-shirt waren: Bert en Wilhelmine Kooymans uit Sneek, Kelly Slagter uit Delfgauw, Danielle Wunderlich uit Vleuten, Peter Barkey uit Zutphen en Don Passage uit Veghel. Peter, Kelly en Danielle stuurden nog even een fotootje van zichzelf tijdens het concert. Leuk! Onlangs was ik op de Tong Tong Fair. Het was er verontrus tend rustig, wat stiekem ook wel aangenaam was. Op één plek was het alleen wél druk: het Indonesiëpaviljoen. Ik was daar nog nooit eerder geweest. Nieuwsgierig liep er binnen. En verhip, je kunt daar inderdaad exact dezelfde spullen kopen waarmee je ook in Indonesië wordt doodgegooid. Als je spijt had van het feit dat je tijdens je vorige vakantie de houten bierflesopener in de vorm van een penis niet had aangeschaft, zit je hier goed. Dat geldt ook voor de sarongs met afbeeldingen van tjitjaks, hemdjes met het Bintanglogo en Bay- Ran en Gacci-zonnebrillen. Maar natuurlijk betaal je er hier vierentwintig keer zoveel voor. Grijp die kans! Dat deed ik. Ik kocht een schelp. Zomaar, of eigenlijk omdat opa en oma er vroeger ook zo een hadden. 'Six euro', zei de mevrouw van het kraampje, gericht als ze was op haar internationale publiek. En toen was ik voor mijn gevoel pas echt terug in Indonesië. Want wat nu? Moest ik nu afdingen? Gelden in dit paviljoen de Nederlandse of de Indonesische normen en waarden? Ik voel me sowieso altijd al enigszins ontheemd op de pasar wegens gebrek aan Indische kennis, maar nu wist ik het echt even niet meer. In paniek keek ik mijn metgezel aan, een goede vriend en ware Indonesië(paviljoen)kenner. Die zei: 'Zullen we dan nu naar de eetwijk?' Waaruit ik opgelucht opmaakte dat het eigen lijk niet zoveel uitmaakte wat ik deed, als ik het maar snel deed en als we daarna maar lekker gingen eten. Ik betaalde zes euro, mompelde een hypocriet 'terima kasih' en ging op weg naar de eetwijk. Afdingen. Wat een hel. Ik ben inmiddels alweer een jaar terug van mijn Indonesië-avontuur en ik ben er nog steeds niet helemaal van bijgekomen, van dat afdingen. Dat eeuwige theater! Dat omslachtige gelul! En na afloop altijd urenlange evaluaties als: 'Die verkoper zit ons nu zeker uit te lachen, nog nooit heeft iemand zoveel betaald voor een houten kikker!' Of juist: 'Was dat nou ook weer niet te weinig? Zou die jongen nou niet 's avonds geslagen worden door zijn vader omdat hij zo weinig verdiend heeft aan ons? Zal ik niet alsnog terug gaan om hem wat extra te geven?' Of: 'Waarom hebben we eigenlijk een half uur van ons leven over dertig en een halve cent lopen bakkeleien?' Als ik eerlijk ben, was het voor mij een reden om nooit of te nimmer naar die archipel terug te keren, of naar Azië, of naar waar dan ook bui ten Amsterdam-Zuid. Ik zeg 'was', want vanaf nu kan ik mijn souvenirs dus op het Malieveld in Den Haag kopen. Geen gezeur, heerlijk. Of was zes euro toch eigenlijk te veel? Marscha Holman is 27 en gaat iedere maand op zoek naar het Indische - of toch niet - in zichzelf en anderen. juli 2010 (uisregf Moesson #1 juli 2010.indd 9 23-06-10 16:22

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2010 | | pagina 9