Paradijsvogels en Kroonduiven Tempo Doeloe Leden van de Sterrengebergte expeditie in bivak, Nieuw-Guinea goede oplossing zag. 'Als we je gezicht hier maar een tijdje niet zien.' Na een korte aanwezigheid in Hollandia nam ik wederom afscheid van mijn familie. Met Martin Mariners, een van de Amerika nen overgenomen amfibievliegboot, werd ik als een van de eenentwintig 'uitverkorenen' naar Merauke overgebracht. Daar stortten we ons op de selectie van alle goederen die met platbodems over de Digoelrivier in verschillende basiskampen terecht moesten komen. De bijlen, spiegeltjes, luciferdoosjes en repen rode textiel dienden als ruil- of betalingsmiddel. Er had zich inmiddels een twintigtal Papoea-agenten bij ons gevoegd. Zeer ervaren bushlopers die als tolk en terreindeskundigen fungeerden. Daarnaast was er een grote groep dragers aangetrok ken. Geselecteerd op uithoudingsvermogen en het kunnen sjouwen van veertig kilo ballast. De wetenschappers zouden volgen, zodra het eerste bivak in gereedheid was gebracht. Een deel van hen liet zich met de voor de expeditie ingehuurde helikopters op clearings, vrijgemaakte stukken woud, afzetten. De Digoel versmalde voorbij de bestuurs post Tanah Merah. Op de zandbanken lagen krokodillen te luieren in de zon. Krijgshaftig uitziende Asmat roeiden - rechtopstaand - in lange, uitgeholde boomstammen voorbij. Mariniers (Ferry rechts) tijdens de voorbereidingen voor de expeditie naar het Sterrengebergte, Nieuw-Guinea 1959 Nog even... en we zouden onbekend gebied ingaan. Ferry Brandenburg van den Gronden, Merauke 1959 28 Moesson Moesson #4 oktober 2010.indd 28 4Wr 22-09-10 19:06

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2010 | | pagina 28