Tempo doeloe
schrijver geboren'
100 jaar Tjalie Robinson
Lezersactie
Een half themanummer voor een halfbloed.
Het eerbiedwaardige literaire tijdschrift De Gids
staat in het eerste nummer van 2011 uitge
breid stil bij het honderdste geboortejaar van
schrijver, activist en Moesson-oprichter Tjalie
Robinson (1911-1974).
Met geïnspireerde bijdragen van Willem Ot
terspeer (Tjalie Robinson was 'een vechter met
de ziel van een vlinder, de Mohammed Ali van
de Nederlandse letterkunde'), Abdelkader Benali
('Tjalie Robinson kankerde op Nederlanders in
het algemeen, op Nederlanders in het bijzon
der') en Michiel van Kempen, en met twee
herontdekte verhalen van Tjalie Robinson zelf.
Adriaan van Dis herlas de bundels Je lah je rot
en Je lah je kripoet om - misschien wel tot zijn
eigen verrassing - opnieuw een ontroerend
portret te schrijven van zijn eigen vader, de
man die hij zo haatte. Volgens Van Dis lachen
Indische mensen om hun eigen ongemak. 'Mijn
eigen schrijven', zegt hij, 'is beslist gevoed door
de sterke verhalen uit mijn jeugd. Altijd een
schepje erbovenop. Hetzelfde verhaal liefst
elke week anders. Als je iets goed wilt vertellen,
moet je de klank laten horen en de stank kun
nen ruiken. Klagen doe je met een mopje.'
(GEERT ONNO PRINS)
De Gids i (2011)
Arbeiderspers:
120 pag. (paperback)
ISBN
9789029574525
Prijs: 9,50
Mei bijdragen van o.a. Adriaan van Dis, Michiel van Kempen, Willem Otterspeer
en de schrijver zelf En ook: poëzie van Maarten Doorman, Wiel Kuste
Moesson mag 5 exemplaren van het
themanummer van De Gids verloten.
Ajo, doe mee! En stuur vóór 14 februari
een kaartje naar Moesson, postbus 2074,
3800 CB Amersfoort of een e-mail naar
redactie@moesson.com. Vermeld er '100
jaar Tjalie' bij en vergeet uw naam, adres
en telefoonnummer niet.
Kankeren, dat deed de grote Tjalie maar al te graag en na drie
jaar vind ik dat ik het ook wel eens mag doen en wel over mijn
ergste horeca-ervaring ooit. Ik was jarig en flink beroerd door de
zwangerschap en gaf dit keer niet, zoals gebruikelijk, een enorm
feest, maar omdat dit jaar waarschijnlijk toch bijzonder zou
worden, wilden we het ook weer niet helemaal aan ons voorbij
laten gaan. Het was een mooie gelegenheid om met onze beste
vrienden het gezellige restaurantje te verkennen waar ik dagelijks
in mijn lunchpauze langsliep; Tempo Doeloe. Een toepasselijke
naam en de vrienden hadden nog nooit gerijsttafelt, dus dit was
het moment.
Vriendin S en ik waren de eersten. De mannen lieten een half uur
op zich wachten. Vervelend, maar eigenlijk nog vervelender was
dat hoe we ook ons best deden, het onmogelijk was om iets te
drinken te bestellen. Ondertussen was de bediening druk bezig
met champagne en kroeppoek voor de zakenlui die naast ons
zaten. Bij ons zouden ze 'zo' komen, maar onze jongens waren
eerder. Gelukkig wisten we al wat we zouden bestellen, dus dat
scheelde weer: twee grote rijsttafels voor de heren, twee minder
uitgebreide rijsttafels voor vriendin S en mij (mijn eetlust was
door de zwangerschap op een dieptepunt. Een grote rijsttafel van
50 euro leek me daarom ietwat overdreven).
'Nee, dat gaat niet,' zei de serveerster. 'Als jullie allemaal een
rijsttafel willen, moeten jullie allemaal dezelfde nemen. Dus of de
grote of de kleine.'
Dit had ik nog nooit meegemaakt. We overlegden even. De ser
veerster tikte ongeduldig op haar notitieblokje. De jongens had
den honger, onze vrienden wilden alles graag proberen en ach, het
was feest. 'Weet u wat? Doet u maar drie keer de grote rijsttafel,
dan bestel ik zelf wel gewoon iets kleins, pangsit ofzo. Dan prik ik
wel hier en daar wat mee.'
'Mevrouw, dat kan niet, dat is een voorgerecht.'
Ineens ontpopte mijn vriend zich van beleefde Indo tot een ware held.
'Mevrouw, mijn vriendin is zwanger en eet bijna niets. Kunnen we niet ge
woon bestellen wat we willen?!'
Het antwoord was kort: 'Voor deze ene keer.'
Terugkomen zouden we toch niet meer. De rijsttafel was niet alleen duur
maar ook echt niet bijzonder lekker, water verkochten ze alleen per fles, de
wijn was niet te drinken, we moesten weer een half uur wachten op de re
kening, maar wat ons het ergst bleef steken was toch wel de ongastvrijheid
waarmee we werden onthaald. Deze houding paste helemaal niet bij Indisch
eten. Tempo Doeloe, ooit misschien een goed restaurant, maar dat was
waarschijnlijk ook in die goeie ouwe tijd. Wij gaan voortaan weer lekker eten
bij Yogya op de Johan Huizingalaan in Amsterdam. Daar mag je spekkoek ook
als hoofdgerecht bestellen als je dat graag wilt. Dan is het pas echt feest.
Marscha Holman is 28 en gaat iedere maand op zoek naar het
Indische - of toch niet - in zichzelf en anderen.
februari 2011 11
Moesson #8 februari 2011.indd 11