'Ik voel heel sterk de urge: dit O interview kids. Mijn man Jaafar dacht er net zo over. We leefden voor ons werk en onze reizen. Tot ik door de pil heen zwanger werd. Dat was schrikken, want met mijn hart was een zwangerschap niet zonder risico. We bespra ken het met de cardioloog en gynaecoloog. De kans dat alles goed zou gaan, bleek procentueel groot. Dus we gingen ervoor. Mijn zwangerschap verliep goed en we kregen een prachtige zoon. Maar kort na de beval ling kreeg ik ernstige hartritmestoornissen. Ik lag om de haverklap in het ziekenhuis. Ik heb de eerste vier maanden niet voor mijn zoontje kunnen zorgen, zo ziek was ik. Toen het langzaamaan weer beter met me ging, wilde ik toch weer aan het werk. Maar ik kreeg binnen korte tijd vijf maal een kortstondige hartstil stand, 's ochtends op weg naar kantoor. De bedrijfsarts vond het risico te groot, ik werd arbeidsongeschikt verklaard. Daar zat ik dan, alleen thuis, afgekeurd. Ik viel in een gat. Gelukkig was die kleine er, want ik vond het vreselijk om geen werk meer te hebben. Via de peuterspeelzaal bleef ik een beetje onder de mensen. Maar geen werk hebben, bleef voor mij een groot gemis. Mentaal zat ik er ook helemaal doorheen. Na die hartstilstanden, durfde ik op een gegeven moment ook amper de deur nog uit. Mijn wereld was heel klein geworden. In 2006 kreeg ik een ICD/Pacemaker en medicijnen waardoor ik de draad van mijn leven weer een beetje kon oppakken. Maar ik was het niet meer gewend om er alleen op uit te gaan, dingen te ondernemen. Daarom besloot ik een avondopleiding prozaschrijven aan de Amsterdamse Schrijversvak school te gaan volgen. Schrijven was altijd al een favoriete bezigheid van mij geweest. Ik ging er dan zelf een dag een mailtje van Paul Sebes kreeg. Waar mijn boek bleef. Toen dacht ik: weet je wat, ik ga die roman gewoon schrijven ook. Uiteindelijk is mijn manuscript via Paul per veiling aan uitgeverij Artemis verkocht. En ik heb inmiddels bijgetekend voor nog twee boeken. De deadlines staan al vast, dus er moet flink doorge schreven worden. Dat vergt een ijzeren discipline hoor! En met de onderzoeken van het ziekenhuis die er elke keer doorheen komen fietsen, is het soms best pittig. Maar ik ben heel blij dat ik dit kan doen.' Je schrijft nu een autobiografie en een thriller. 'Mijn autobiografie gaat over hoe het is om relatief jong chronisch ziek te zijn. Mijn thriller is losjes geba seerd op de IRT-affaire, op de vieze spelletjes tussen justitie en politie die ik in die tijd van dichtbij mee heb gemaakt. Twee heel verschillende boeken dus, maar als je jezelf echt een schrijver wilt kunnen noemen, dan vind ik dat je meerdere genres moet beheersen. Die thriller is zo voor driekwart af, ik werk nu vooral aan mijn autobiografie. Dat is heel heftig. Het gaat wel snel, want ik schrijf het puur vanuit mijn eigen beleve nis. Toen ik het eerste hoofdstuk af had en het voor mezelf hardop teruglas - zo doe ik dat altijd - zat ik met een dichtgeknepen keel. Wat een vreselijk verhaal. Dat was heel confronterend. Ik merk dat het opschrij ven van mijn verhaal therapeutisch werkt. Zeker nu mijn conditie de afgelopen maanden erg achteruit gegaan is - ik zal binnen afzienbare tijd een donorhart moeten ontvangen. Ik voel heel sterk de urge: dit boek moet af, voor het te laat is. Voor mijn gevoel schrijf ik het echt voor mijn zoon Anouar. Ik draag het ook aan heen - in mijn eentje met de metro de stad in, dat was toen nog best wel een ding voor me - en terug haalde Jaafar me op. Ik vond de opleiding helemaal geweldig en schreef in die periode al verhalen over Rachid, een van de twee hoofdpersonages uit In alles eenzaam. Na de avondopleiding wilde ik graag een masterclass vol gen. Ik kwam uit op Literair Debuteren van Paul Sebes. Ik stuurde een proef van 10 pagina's in en werd toege laten. Ook de masterclass doorliep ik met veel plezier, maar daarna was het voor mij wat schrijven betreft schluss. Inmiddels had ik weer genoeg vertrouwen om zelfstandig van alles te ondernemen. Ik durfde weer te leven. Ik dacht niet meer aan schrijven, tot ik op hem op. Ik hoop dat het op tijd afkomt, ik zou het heel mooi vinden als ik dit nog voor hem kan achterlaten. Mentaal is het een zwaar gevecht hoor, want als ik me heel beroerd voel, zijn er echt momenten dat ik denk: weet je wat, laat het ook allemaal maar lekker zitten, ik kan dit gewoon niet handlen. Toch krabbel ik elke keer weer op, en vind ik ergens de kracht om door te gaan. Ik blijf positief. Als mijn hart weer "geshockt" is door de electrocardioversie, gun ik mezelf even rust. Ik blijf twee dagen binnen. En daarna is het: gewoon weer lippenstift op en hup m'n autootje in. Hoeveel moeite me dat ook kost.' 14 Moesson Moesson #12 juni 2011.indd 14 26-05-11 14:23

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2011 | | pagina 14