'De gedachte dat Moesson ooit op zou houden te bestaan, vind ik onverdraaglijk' interview O En met het wegvallen van de oudere generaties denk ik dat de verhalen in Moesson ook een bindmiddel voor de jongeren kunnen zijn. Afgezien daarvan is ons blad echt uniek in die zin, dat er in Nederland en zelfs bin nen Europa geen enkel ander medium voor minder heden bestaat dat zichzelf al zo lang zonder subsidie staande weet te houden. Dat is geen geringe prestatie. Toch blijven we welbezien een blad in de marge. Bin nen Indisch Nederland zijn we bekend en genieten we een zeker aanzien, daarbuiten zijn we vrijwel zonder betekenis. Moet dat dan?, kun je je afvragen. Tjalie Ro binson, Moesson's geestelijke vader, was een man in de marge en zo voélde hij zich ook, een marginal man, zei Edy Seriese onlangs nog tijdens een podiumgesprek. Binnen de Indische gemeenschap genoot en geniet hij aanzien, erkenning en waardering, daarbuiten was hij een nobody. Voor Moesson geldt hetzelfde: de erken ning en waardering voor ons blad komt vanuit die Indische groep. Toch vind ik het wel eens jammer dat we daarbuiten zo onbekend zijn. Want in tegenstelling tot wat outsiders wel eens denken - dat de Indische cultuur tot het koloniale verleden behoort en met de eerste generatie een langzame dood aan het sterven is - zien wij keer op keer dat die juist springlevend is onder de derde en vierde generatie en zich ontwikkelt. Toch blijft de Indische geschiedenis nog altijd een on derbelicht en marginaal onderwerp binnen de Neder landse geschiedschrijving. Wat mij betreft zou er veel meer van binnenuit over die geschiedenis geschreven mogen worden. Door Indo's. Want wij zijn de mensen om wie het gaat, het is ónze geschiedenis. Niet voor niets is één van mijn lievelingscitaten van dichteres Saskia van Groningen: "I am all who came before me". In Moesson willen we heel duidelijk die geschiedenis vastleggen, in de vorm van persoonlijke verhalen en getuigenissen. Die 55 jaargangen Moesson vormen een neerslag van hoe de Indische gemeenschap zich door de jaren heen ontwikkeld heeft en wat verschillende generaties Indo's bewogen heeft. In die zin leggen we een stukje Indisch cultureel erfgoed vast.' Hoe zie je de toekomst van Moesson? 'Moesson zal in de komende decennia zeker relevant en actueel kunnen blijven: ook de derde en straks vierde generatie zijn op zoek naar hun achtergrond. We zullen verschillende generaties blijven bewustmaken van hun Indische achtergrond en ze daar gepast trots op laten zijn. De kunst is om feeling te blijven houden met die verschillende generaties en wat hen beweegt. Waar de eerste generatie vooral erkenning zocht voor hun Nederlanderschap, zocht de tweede juist erken- ning voor het Indisch-zijn. De derde generatie is gretig zoekende. De huidige hype concentreert zich misschien rondom de derde generatie, maar wat ons betreft is er ook nog een hele tweede generatie die nog te veel onderbelicht is gebleven. Daarnaast zullen we, in het huidige social media tijdperk van Twitter en Facebook en LinkedIn binnen de celebrity-gerichte 'iedereen- beroemd'-cultuur, een smoel moeten verwerven en ons prominent in the picture moeten zetten. Ons als Moesson niet meer "klein" maken of Indisch beschei den zijn. Dat voelt dan toch een beetje als schreeuwen, maar daar moeten we nu wel echt een soort omslag in gaan maken. Verder zijn er concrete plannen voor een Moesson Academy, waarbij we workshops, cursussen en events willen organiseren voor onze lezers. En mijn persoonlijke ambitie is om, nu onze dochters Lily en Susanna alle twee naar de basisschool gaan, zelf ook weer meer te gaan schrijven. Uitdagingen genoeg dus.' Wat is jouw drijfveer? 'Ik doe dit werk uit liefde voor de Indische gemeen schap, en vanuit een groot gevoel van verbonden heid en verantwoordelijkheid. Als kind ben ik getuige geweest van de worstelingen die mijn Indische vader hier heeft gehad. Veel kwam voort uit een gebrek aan zelfbewustzijn. Soms denk ik: als wij Indo's geen Nederlands hadden gesproken, maar een heel andere taal, dan was het veel duidelijker geweest dat we een andere groep waren met een eigen culturele identiteit. Bij de tweede generatie zie je vaak dat er geen besef is van wat men met zich meedraagt. Men ziet niet in dat men in feite een heel andere culturele imprint en andere omgangsvormen dan de Nederlandse heeft, waardoor het hier gewoon niet werkt. Omdat die generatie niet opgevoed werd met het besef dat ze Indisch was. Dat heeft me geraakt.' 'Soms word ik wel eens doodmoe van mijn eigen drive en denk ik: ik kap ermee, ik ga wat anders doen, het moet teveel vanuit mijn tenen komen. Maar nee, als het er écht op aankomt, voel ik me heel verantwoor delijk voor het voortbestaan van Moesson en geef ik daar alles voor. Opgeven is daarbij geen optie, poekoel teroes. De gedachte dat Moesson ooit op zou houden te bestaan, vind ik onverdraaglijk.' O De eerste 50 jaargangen van Moesson, Tong Tong en Onze brug, van 1956 tot en met 2006, zijn gedigitaliseerd en gratis toegankelijk. Ook als u nog geen abonnee bent. Surf naar www.moesson. com en kijk dan gelijk ook even naar die prachtige aanbieding om toch maar abonnee te worden. juli 2011 45 Moesson #1 juli 2011.indd 45 22-06-11 21:27

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2011 | | pagina 45