Proza van Alfred Birney Mijn vader moet in een van die onrustige buien van hem zijn geweest, die ik als kleine jongen nog niet als zodanig on derkende. Hij nam zelden iemand anders dan mij mee, de oudste van zijn kinderen. Hij nam die dag de fiets. Ik denk dat ik al te groot was om met mijn voeten achter op in die fietstassen te zitten, anders had ik onder mijn gympen zijn mariniersdolk wel gevoeld, onderweg langs het Zuider park, de lanen af, richting centrum. verhaal De koplamp DOOR ALFRED BIRNEY ILLUSTRATIE REMONA POORTMAN

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2011 | | pagina 28