Maandag 29 augustus dan is het twee dagen feest. Een week lang zijn alle kantoren dicht. Maar niet de malls, natuurlijk. Nu alle huishoudhulp vertrokken is, ontvlucht iedereen zijn huis. Ze willen niet zelf gaan koken, schoonmaken, een huishou den regelen. Liever gaan ze naar een mall, om daar te hangen en komen na het eten weer thuis om te slapen. Ons huis is niet stil. Het zal hier nooit stil zijn. Meer dan de helft van de hulp is al vertrok ken naar de kampung, maar ik zie nog steeds elke dag vijf verschillende personen alles regelen. Tante Muck heeft ze extra geld gege ven om langer te blijven. Ik heb negen weken geleefd met acht fami lieleden (oom Otto, tante Muck, Clera en haar kinderen Fraya en Pica, Buky, Chita en haar man Darma). Soms trok ik me terug in mijn kamer en was ik even alleen. Maar je wist altijd dat als je de deur zou openen, je gezich ten zou zien. Dat er iemand was om mee te praten of een kindje om mee te knuffelen. Heerlijk vond ik dat. Maar in Nederland vond ik het ook altijd heerlijk om alleen in mijn eigen huis te zijn. Raar dat ik dat gevoel geen seconde heb gemist hier. Ik moet mijn koffers pakken. Ik heb te veel gekocht. Ik zal net zo bepakt en bezakt vertrekken naar mijn thuis als de bewoners van de kampung. Zij reizen soms met hele gezinnen op een brommer. Met tassen met cadeaus, met eten, ik heb ze zelfs gezien met vogels in kooitjes. Mijn reis naar huis zal langer duren, maar velen malen minder zwaar zijn. En toch benijd ik hen, zij weten nu al wanneer ze weer terug zullen komen. Terug naar Jakarta. Wanneer zal ik iedereen weer zien? Wanneer zal ik al het eten weer proeven? Wanneer zal ik me weer voelen zoals nu? Leven in een sprookje? Ik heb geprobeerd zoveel mogelijk vast te leggen, op papier, op film. In de hoop dat ik zo het gevoel kan vastleggen en weer kan oproepen wanneer ik kangen (verlang) naar hier. Het is tijd om te gaan. Nog twee dagen fami lie en eten. Nog twee dagen ervaren. Voelen hoe het is om te leven in Indonesië. En dan pulang kampung. twee dagen later zwarte pilletjes moesten innemen, die eruit zien als knoopjes van een blouse. Het is stil in Jakarta. De files hebben plaats gemaakt voor stilte. Zondag door de stad rijden, was voor het eerst als een zondag in Amsterdam. Elke andere zondag dat we naar de kerk reden, stonden we wel even in de file. Gisteren niet. Raar dat ik Jakarta met Am sterdam vergelijk, maar mijn hoofd is al op weg naar huis. De twee zijn zo anders, maar ze voelen als thuis. Ik ben niet de enige die naar huis gaat deze week. De stad is stil omdat alle pembantu's, chauffeurs,jaga's en koki's naar hun families gaan voor Lebaran (suikerfeest). Iedereen die werkt in Jakarta, maar geboren is in een kampung pakt voor een of twee weken al zijn spullen bij elkaar om de familie te bezoeken en samen te vieren dat Rama dan voorbij is. Een nieuw begin. Niemand komt met lege handen, de salarissen worden contant uitbetaald, nieuwe kleren gekocht, cadeaus, taarten. Nog een dag vasten en april 2012 25 Moesson #10 april 2012.indd 25 {S} 29-03-12 14:52

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2012 | | pagina 25