'Ik weet wie ik ben, ik weet wat ik waard ben. Mijn enige leidraad ben ikzelf. Ik laat me niet meer leiden door wat anderen van me vinden of wat anderen over me denken' Natuurlijk wilde ze ons daarover vertellen, mailde ze terug. Graag zelfs. Vooral als ze daarmee andere mensen iets zou kunnen aanreiken. Want al kwam de stap voor de buitenwereld misschien tamelijk onver wacht, voor haarzelf was hij het logische gevolg van een jarenlang proces. En nu ze die stap dan eindelijk heeft durven zetten, is er veel meer innerlijke rust. 'Ik gun het andere mensen dat ze zich zo net zo senang voelen als ik me nu voel', zegt Sandra Reemer (61) in Gasterij De Zwaantjes, de locatie waar het interview plaatsvindt. 'Ik weet wie ik ben, ik weet wat ik waard ben. Mijn enige leidraad ben ikzelf. Ik laat me niet meer leiden door wat anderen van me vin den of wat anderen over me denken. Wat kan mij het schelen. Ik weet waarom ik bepaalde dingen doe. Ik vertrouw veel meer op mezelf. Het geeft zoveel meer rust als je meer over zicht over jezelf hebt. Los van allerlei ballast die niet van jou is.' Bewust in het leven staan. Weten wie je bent. Loskomen van ingesleten patronen uit het verleden. Afrekenen met angsten en onverwerkte emoties. Accepteren wat je pijnpunten zijn. In haar lezing vertelt ze haar publiek over de reis die ze zelf afgelegde. Een reis die begon met een leven dat zich groten deels afspeelde in de showbizz; een carrière van vijftig jaar als zangeres en presentatrice. Dat is iets wat niet veel mensen haar kunnen nazeggen. In haar lezing vertelt ze erover omdat dit is wat ze heeft meegemaakt, zegt ze, maar de inhoud van haar levensreis doet er eigenlijk niet toe. Veel liever hoopt ze dat ze met haar verhalen bij anderen een gevoel van herken ning teweeg brengt. 'Ik noem een voorbeeld. Als kind leer je dat bepaalde dingen nu eenmaal zo horen te zijn. Je moet bijvoorbeeld altijd aardig zijn. Maar waarom dan? Mag je als kind dan niet chagrijnig zijn? Nee, je moest altijd pleasen, altijd voldoen aan de verwachtingen van an deren. En later kreeg ik dat ook weer te horen van managers, van mensen in mijn vak. Je moest pleasen, altijd de leuke kant van jezelf laten zien.' Ze was tien toen ze begon met optredens als zangeres. Eerst tijdens talentenjach ten. Een jaar later al maakte ze haar eerste plaatje. 'Vanaf toen ben ik alleen maar bezig geweest met overleven in feite. Laten zien wat je kunt. Kijk, dit kan ik. Ik wilde gewoon iets bereiken. Scoren. En in die ambitie ging ik op een gegeven moment geloven. Dat was ook mijn motortje hoor, want als je het niet wilt, bereik je het niet. Ik deed het in eerste instantie voor mijn ouders en vanaf mijn twintigste deed ik het voor mezelf. Ik joeg succes na. Geld. Mooie kleren. Allemaal dingen om mezelf als persoon bevestigd te zien. Daar ben ik dus vijftig jaar mee bezig geweest. Maar die glitter en glamour is al leen maar buitenkant. Mensen denken vaak dat ze me kennen, maar wat ze zien is maar een flinterdunne versie van mij.' In 2008 stichtte ze haar eigen Sandra Reemer Foundation. Daarmee helpt ze kinderen in ontwikkelingslanden. 'We proberen ze een nieuw bestaan te geven door middel van scholing of inkomensgenererende projecten. Dat betekent dat we ze vis geven, maar ze ook leren vissen, zodat ze zichzelf kunnen redden.' Ze besloot haar eigen foundation op te richten tijdens een bezoek aan Kenia voor het Liliane Fonds, waar ze twintig jaar ambassadrice was. Ze ontmoette er William, een Masai-herdersjongen, die niet voor hulp van het Liliane Fonds in aanmerking kwam, omdat hij niet gehandicapt was zoals zijn vriendje. Hij vertelde haar dat hij een apothe kersopleiding wilde volgen, maar dat hij dat niet kon betalen. Ze besloot hem zelf te on dersteunen. Inmiddels heeft hij zijn opleiding afgerond en heeft hij een nieuw bestaan opgebouwd. 'William is de basis geweest van mijn eigen foundation. Omdat ik hem had geholpen, dacht ik: ik kan ook een eigen stichting beginnen. En ook voor anderen is zijn verhaal een voorbeeld dat het mogelijk is om je leven een positieve wending te geven.' Want het verhaal is nog niet afgelopen, zegt ze. Onlangs kreeg ze e-mail van hem, waarin hij schreef: 'Als je wilt weten wat er van me is geworden, google me dan op internet.' Bleek dat hij chief was geworden van zijn eigen stam. Ze was zeven toen ze in 1958 met de boot naar Nederland kwam. Vader, moeder en drie kinderen van wie zij de oudste was. Later in Nederland kwamen er nog twee kinderen bij. 'De bootreis was enig. Ik ging op avon tuur uit, zwierf in mijn eentje over het hele schip. Ik ben altijd al een loner geweest. Dat was toen al zo. Ik trok wel altijd met mijn broertje op. Die is bijna twee jaar jonger. Aan boord heb ik ook leren zwemmen, dat was ook wel aardig. Maar eenmaal in Nederland vond ik het vreselijk. Echt verschrikkelijk. We kwamen aan in maart. Het sneeuwde, het was koud. In alle opzichten. Het klimaat. De mensen. Ik heb twee jaar heimwee gehad. De mensen bij wie we kwamen wonen, runden een café. Daarboven hadden wij onze slaap kamers en een zijkamertje van het café zelf deed dienst als onze zitkamer. We waren de tweede Indische familie in de hele omgeving. Op straat hadden ze hier nog nooit mensen met een kleurtje gezien. Ze haalden hun vinger langs mijn arm om te kijken of ik niet afgaf. Dat klinkt nu heel belachelijk, maar zo was het. Het was een totaal andere tijd. Ik ging bijna iedere nacht huilend naar bed omdat ik terug wilde naar Indonesië. Naar de zon. Naar de vrijheid. Ik vond dat je hier in Nederland een heleboel dingen niet mocht, waardoor ik continu een heel beklemmende sfeer voelde. 14 Moesson Moesson #7 januari 2013.indd 14 23-12-12 15:C

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2013 | | pagina 14