de voorkant van haar eerste dichtbundel Finse meisjes staat een meisje met een pluchen zwart-wit konijnenhoofd en grote roze oren. In haar armen draagt ze een echt zwart-wit konijntje. Het is een beetje een absurdistisch plaatje. Ze is het niet zelf, zegt Kira Wuck (1978), maar ze had wel zoiets in gedachten toen ze een plaatje van een jongetje met grote konijnenoren naar de uitgever stuurde. De foto op de voorkant van haar eerste dichtbundel is goed gekozen, want hij geeft de licht absurdistische sfeer van haar gedichten treffend weer. Zo schrijft ze bijvoorbeeld over Finse meisjes: Finse meisjes zeggen zelden gedag maar zijn niet verlegen of arrogant je hebt alleen een beitel nodig om dichtbij te komen Of over haar oma: ze had graag bij de maffia gewild want die zorgen tenminste goed voor hun familie Kort na het verschijnen van haar eerste bun del schreef Arnon Grunberg lovend over haar in zijn dagelijkse voetnoot in de Volkskrant: 'Wuck is goed in korte, exacte wrangheid' en om dat te illustreren: Eenzaamheid ruikt naar kalfslever in een ovenschaal De recensies die daarna kwamen waren ook unaniem lovend, met als gevolg dat Finse meisjes inmiddels al aan de derde druk toe is. Dat is snel en opmerkelijk voor een debuterende dichteres. Toch is Kira Wuck in het dichtwereldje geen onbekende: in 2011 won ze het NK Poetry Slam, een vorm van dichtkunst waarbij dichters elkaar voor een publiek bestrijden met hun gedichten. Slam- mers op het podium zijn meestal mannen, 24 Moesson Moesson #8 februari 2013.indd 24 expressieve types, echte haantjes en heel anders dan het bedachtzaam formulerende meisje dat zojuist de kroeg is binnengeko men en aan de andere kant van de tafel heeft plaatsgenomen. Hoe ze zich dan toch in het slam-geweld staande weet te houden? 'Op het podium maak ik af en toe een grapje', zegt Kira Wuck. 'Het is ook een kwestie van timing.' De achterflap van haar boek vermeldt dat Kira Wuck half Fins, half Indonesisch is. Dat zit zo, legt Kira aan Moesson uit. Haar moe der komt uit Finland. Haar vader kwam mee in de buik van zijn moeder toen haar opa en oma met de boot vanuit Indonesië naar Ne derland kwamen. Voordat ze in Renswoude belandden, woonden ze eerst in Bandung en daarna een tijd op Nieuw-Guinea. Opa was militair bij het KNIL. 'Moet daar dan eigenlijk niet Indisch staan in plaats van Indonesisch?' wil Moesson daarom weten. 'Dat weet ik niet...' zegt Kira, die in het verdere gesprek daarom over haar Indonesische familie zal blijven praten. Over die familie - haar vader en haar opa - schrijft ze in het gedicht 'Familie': Hierna drink ik niet meer doordeweeks zei ik en vroeg aan willekeurige oude mannen onder aan roltrappen of ze mijn opa waren eentje antwoordde dat het hem speet Toen ik hem vond liepen we door de stad en wou dat iedereen zag dat ik een opa had hij marcheerde door de straat met een rechte rug de oorlog zat nog in zijn ledematen Ik dacht aan de man die tussen ons in was gestorven hoe zijn tijd op een schaakklok korter werd hoe mijn opa hem als straf sambal had gevoerd De brief die mijn vader schreef en nooit had verzonden Voor haar vader was haar opa een strenge en autoritaire vader. 'Na de dood van mijn oma is mijn opa hertrouwd. Mijn vader was toen vijf jaar oud. Hij had een sterke band met zijn moeder. Uit zijn eerste huwelijk had mijn opa zeven kinderen. Daarvan was mijn vader de jongste. Uit zijn tweede huwelijk kreeg mijn opa nog eens vijf kinderen. Van mijn tantes weet ik dat mijn opa het strengst voor mijn vader was. Mijn vader had daarom later niet zo de behoefte om naar zijn familie te gaan. Misschien dat ik daarom nooit zo veel contact met ze heb.' Haar opa is nu 85 maar nog heel vitaal. 'Hij is een mildere man geworden. Hij belt me af en toe en soms komt hij naar Amsterdam. Ik zie hem één keer per jaar. Ik heb een paar recepten van mijn opa die ik soms maak. Zo'n sambal-boemboe-pakje met tahoe of garnalen en kokosmelk. Ik hou wel van pittig eten. Ik eet het niet zo vaak, maar ik vind het wel lekker. Mijn vader smeerde overal sambal op, kaas, pindakaas de hele dag door.' In de Finse keuken die ze van haar moeders familie kent worden heel weinig kruiden gebruikt. 'Die keuken is best saai. Aardappels, vis en een romige saus. En eigenlijk gebrui ken ze alleen zout en peper. Tegenwoordig heb je in Finland ook allerlei buitenlandse restaurants; Japans eten is daar nu hartstikke populair, dus Finse jongeren eten allang niet meer Fins.' Ze is net terug uit Finland waar ze een week bij haar oma is geweest. 'Toen ik ouder werd ging ik vaker naar Finland. Omdat mijn oma geen andere talen spreekt, moest ik wel Fins leren. Ik kan het ook een klein beetje lezen. Ik kan met moeite een kinderboek lezen. Als ik naar Finland ga, neem ik geen vakantie. Ik neem mijn laptop mee en dan ga ik bij mijn oma werken. Dat is wel lekker rustig. Nu ze ouder is wil ik haar zoveel mogelijk zien. Ze is altijd blij als ik er ben. Ik heb altijd een beetje een haat-liefde relatie met haar, want ze kan ook heel lastig zijn. Maar als ik haar een

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2013 | | pagina 24