SUMATRA
van harte. Maar door de files in Medan en
doordat het laatste gedeelte over een zeer
primitieve landweg gaat, duurt de reis al
gauw vijf a zes uur. Niet dat het de reiziger
iets kan schelen. De rit is prachtig. In Medan
en omgeving is meer Nederlandse art deco
terug te vinden dan in heel Nederland bij
elkaar. Veelal verwaarloosd, maar nog altijd
prachtig. Na drie a vier uur rijden kom je door
de oude Deli plantages. Je weet niet wat je
ziet. IJsvogeltjes zo groot als merels zitten
op de elektriciteitskabels. Prachtig gebied en
overal nog de oude Nederlandse planters
huizen: van lagere employéswoningen tot
hoofdgebouwen. Geblakerd, maar recht over
eind en indrukwekkend. De rubberbomen.
Nog even en je ziet Madelon Székély-Lulofs
tennissen.
Eén keer loopt de bus vast, maar dan zijn we
al op onze plaats van bestemming aange
komen. Vanuit het gehuchtje is het nog een
klein kwartiertje wandelen. 'Dragers' (geef
ze 15.000 rp.) helpen de bagage over de
loopbrug die me aan Kipling's The man who
would be
king doet
denken, en
dan vooral
aan de
klassieke
verfilming door John Huston met die onver
getelijke rollen van Sean Connery en Michael
Cain: 'And old Dan fell, turning round and
round and round, twenty thousand miles, for
he took half an hour to fall till he struck the
water'.
Het miegelt er van de apen. Je hoort ze,
dan moet je even kijken waar je takken ziet
bewegen en dan ontdek je ze vanzelf. Hoe
langer hoe meer. Vervolgens komen we over
een modderpaadje langs huisjes waar Bataks
wonen. Iedereen rookt. Iedereen rookt voort
durend. Het lijkt wel of we het in paradijs
terecht zijn gekomen. Ik voel me ongemakke
lijk om zo'n vrije inkijk te hebben in het alle
daagse leven van de mensen, tegelijkertijd is
het zo bijzonder om te zien, dat ik blijf kijken
en me nóg ongemakkelijker voel. Vriendelijk
lachen en zwaaien dan maar. Er wordt vrien
delijk teruggelachen en teruggezwaaid.
Uiteindelijk arriveren we bij de losmen en
treedt een fijnbesneden jongen van een jaar
of twintig ons tegemoet met een open ge
zicht en koolzwarte ogen: 'Dag meneer, hoe
gaat het met u?', zegt hij met een brede lach
in perfect Nederlands.
Negentig procent van de toeristen op Su
matra is Nederlands, vertelt iemand. Ik weet
niet of het waar is. Maar dan begrijp ik wel
dat iedereen die hier in het toerisme werkt,
Nederlands kent. Je zou er sentimenteel van
worden. De trots, de leergierigheid en de
gretigheid van de mensen. Een Indische oom
vond vroeger dat Indonesiërs lui zijn. 'Ze heb
ben echt een ander tempo, hoor', zei hij. Maar
22 Moesson
Moesson #1 juli 2013.indd 22
27-06-13 13:39