Werk van Aimée Rhemrev INTERVIEW en die je verloren hebt - die iedereen natuur lijk verliest. Ik wilde de dubbelheid van de situatie laten zien: dat er ook geweld was, niet alleen zorgeloosheid. Ik denk dat het voor sommige mensen weggehouden werd. De nieuwsgaring was anders toen, in de berichtgeving naar Nederland werd alles veel mooier voorgesteld, veel minder expliciet dan nu. Maar het was er wel. Die constante dreiging van die tanks in Semarang staat me nog bij. Mijn buurmeisje van elf is door een tank overreden en overleden. Opeens was ze weg. Er gebeurden rare dingen; je wist van de ploppers en van de draden die over de weg waren gespannen, zodat de jongens die op de tanks zaten onthoofd werden. Daar werd over verteld, maar of dat nu bij ons gebeurde of iets verder weg... dat bleef voor mij als kind onduidelijk. Mijn vader sliep met een revolver onder zijn kussen. Die dreiging was er natuurlijk wel, dus Paradise Lost kon niet zonder het geweld.' Aimée denkt dat het jonge gezin sowieso geen toekomst in Indië zou hebben gehad. Vanwege haar moeder. Die kan niet tegen het klimaat en is vaak ziek. Maar ze is niet continu ongelukkig. Het huis in Semarang is groot, er zijn bedienden, dus ze kan zich met de kleine Aimée bezighouden en 's avonds uitgaan met haar echtgenoot. Een neef is in de buurt gelegerd en komt vaak eten. Op zich een gezellige tijd. Maar de overgang van Ne derland naar Indië blijkt toch te ingrijpend. 'Mijn moeder had last van heimwee en ze kreeg ook problemen met eten. Haar stofwis seling was helemaal verstoord. "Dat klimaat heeft haar de das omgedaan", zei mijn vader later, een beetje spijtig. Maar zelf denk ik dat de Hongerwinter mijn ouders noodlot tig is geweest. Ze hadden een heel slechte start toen ze in Indië arriveerden. Mijn vader kwam ondervoed aan en de arts die hem onderzocht dacht zelfs dat hij leukemie had. Zijn bloed was zo dun, die arts begreep er niets van. Ook bij mijn moeder heeft de oor log diepe sporen achtergelaten. Ze kon niet tegen harde geluiden; angsten uit de oorlog beïnvloedden haar leven. Mijn vader was gek op mijn moeder. Hij was erg Nederlands, omdat mijn moeder heel Nederlands was. Maar mijn vader haatte het weer, hij haatte het weer. Hij wilde het liefste warmte en zij kon er niet tegen. Als er sneeuw lag, dan ging zij wandelen en dan liep hij te vloeken: mijn vingers zijn dood. Het was een grote tegenstelling. Als het te heet was, zat zij binnen en hij wilde dan loyaal aan haar zijn en ging ook maar binnen zit ten. Ze waren net als in het sprookje van de vuurjongen en het sneeuwmeisje.' Voor Aimeé begon te schilderen, volgde ze de opleiding 'vormgeving in metaal' aan de kunstacademie in Arnhem. Sindsdien exposeerde ze regelmatig met eigen werk. Musea in Apeldoorn en Arnhem kochten werk van haar aan. Ook gaf ze les als docent edelsmeden. Indië komt af en toe terug in haar sieraden, zoals een lange ketting van in zilver gegoten pinda's. Ook haar twee dochters dragen een door haar ontworpen pinda als sieraad. In 2010 maakte ze in opdracht van de Koninklijke Nederlandse Academie van Wetenschappen een schoudersieraad voor de winnaar van de KNAW Merianprijs, die wordt uitgereikt aan de beste vrouwelijke wetenschapper. Een jaar eerder had ze in opdracht van de ge meente Apeldoorn voor Koninginnedag een sieraad gemaakt. De sieraden werden echter nooit aan koningin Beatrix en de familie aangeboden, want na de aanslag in Apeldoorn moesten de festiviteiten in allerijl worden afgebroken. De complete serie Paradise Lost is te zien op www.aimeerhemrev.nl augustus 2013 17 Moesson #2 augustus 2013.indd 17 24-07-13 18:13

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2013 | | pagina 17