Column
Nasi goreng krab
Omdat het januari is! En midden in de winter! En de jaarwisseling
nog maar net achter de rug! Neem ik u mee naar: Italië. Afgelopen
zomer. Badplaats aan zee.
We zitten in een familierestaurantje waar de grootmoeders in de
keuken staan, de mannen achter de bar, hun vrouwen in de bedie
ning. We eten binnen, maar mugtechnisch is dat wel fijn. Het eten is
verrukkelijk, we zijn content dat we dit hebben ontdekt. Hier komen
we vaker terug.
Italië. Is zo Indisch. Was me al meteen opgevallen. In stilte. Durfde het
niet hardop te zeggen. Want ik relateer altijd alles aan Indisch, tot
vervelens toe. En kom tot de conclusie dat heel veel Indisch is: mijn
Mexicaanse schoondochter (Itzel neemt altijd cadeautjes mee), mijn
collega's van Turkse en Marokkaanse afkomst (Meral is zo onge
veer muziek en intuïtie, Yahya is zo herkenbaar eigenwijs, alleen al
hoe Nasrdin danst), maar ook die van Colombiaanse (Mariana was
gewoon meteen familie), Belgische (het bescheidene en beleefde van
Fania), Iraanse (Nastaran vindt dezelfde dingen vies), Surinaamse (het
spirituele van Dennis) en Joodse roots (Anna, zo gastvrij en een ster in
koken voor grote groepen).
Kortom: heel veel dus, behalve Holland gek genoeg. Holland en de
meeste volbloed Hollanders krijg ik echt niet aan Indisch gerelateerd,
behalve in historisch opzicht dan, maar goed dit ter zijde. Nu is dus
ook Italië Indisch. Die chaos, die drukte, die lijfelijkheid, die natuurlijke
manier van bewegen, die families, de kwaliteit van eten. En toen zei
mijn man het ook nog: eigenlijk heel Indisch hier. En dat luchtte me
enorm op. Het is hardop erkend! En niet eens door een echte Indo!
Dus nu komen er voortdurend naar hartenlust kreten uit mijn mond,
zoals: O, wat zou mijn vader het hier heerlijk vinden! O, zie je al die
sexy oma's in bikini? Tante Son kan er zo tussen!
En dan zit ik dus daar in dat restaurantje. En neem een hap van de
spaghetti bati bati die mijn man heeft besteld en waarvan ik niet
weet wat het precies is, behalve iets met vis.
Ik moet proeven van hem.
Ik neem een hap. Schiet meteen vol.
'Je oma?' zegt hij.
Ik knik.
Zo lang zijn wij al samen, zo goed kent hij mij en mijn jeugdverhalen.
Hij weet dat hij mij een stukje verse krab heeft gegeven. Hij weet van
de nasi goreng krab van vroeger, toen ik klein was.
Den Haag, Geysterenweg, lang lang geleden.
Hoe oud was ik? Vier? Zes? Zeven? Het is oud en nieuw en de hele
familie heeft zich verzameld bij opa en oma om de jaarwisseling te
vieren. In het kleine huis - of klein... zo voelde dat helemaal niet toen,
maar dat was het wel - was de woonkamer gevuld met ooms en
tantes, een lange tafel met wit papier waar wij, nichtjes en neefjes
ons onder konden verstoppen of waar we op konden tekenen en
galgje konden spelen. In de keuken nog meer tantes, schalen met
pangsit, risolles, grote pannen bowl - met en zonder alcohol - en mijn
oma achter het fornuis. Elke laatste dag van het jaar maakte zij nasi
goreng krab. Traditie. Nooit meer sinds toen heb ik verse krab gege
ten. Tot de dag van vandaag.
En ze reist al zo vaak met me mee. Elke vakantie heb ik wel een mo
ment dat ik bij haar stilsta. Of haar aanroep. Maar nu ineens zit ze in
de krab.
Ik wens iedereen een heel gelukkig 2014!
Met mooie ontmoetingen uit het oude en in het nieuwe.
I (45) is actrice en theatermaakster en komt uit een
grote Indische familie. Ze is getrouwd met acteur Stefan de Walle (48)
en samen hebben ze twee zoons: Billy en Moos.
www.estherscheldwacht.nl
januari 2014 45
Moesson #7 januari 2014.indd 45
23-12-13 1555