heeft gekregen, verhui zen ze in 1950 met hun kinderen naar een groter huis aan de Bezuiden- houtseweg 239, waar ze een aantal kamers verhuren aan Indische gezinnen. In 1953 verhuizen ze opnieuw en opent Huize Frankenslag in het deftige Statenkwartier zijn deuren. Daar beleeft het gezin gouden tijden. Ron: 'Het was haar idee om zelf een pension te beginnen.' Desi: 'Toen bleek dat ze haar middenstands diploma moest hebben, heeft ze dat binnen een jaar gehaald.' Ron: 'Mammie was een ondernemende vrouw.' Desi: 'Onze moeder heette Juliette Eleonora Mendelsohn. Je schrijft het zoals de com ponist, maar zij behoorde tot de familie Mendelsohn van het bankwezen.' Ron: 'Het ging onder Indische mensen als een lopend vuurtje rond dat je bij mijn moeder in het pension Indisch eten kreeg.' Desi: 'Mijn stiefvader ging altijd naar de markt en dan kwam hij met volle tassen terug.' Ron: 'Bij ons zat het altijd vol met gasten. Als Indische wist mijn moeder precies wat ze wilden.' Desi: 'Ze had het niet zo met de Hollandse keuken. Ze kon geen aardappels koken. Bij haar kregen de mensen Indisch. Rijst, bami, ajam goreng. Ze maakte zelfs soto babat. Dat is soto van pens. Die haalde mijn stiefvader bij Van Olphen. Pens moet je goed koken om het schoon te krijgen. Dat rook je dan wel door het hele huis, maar niemand vond dat erg, want het was gewoon een vertrouwde Indische geur.' Ron: 'Mijn oudste broer en ik moesten 's morgens om zes uur de kachels aanmaken. Eerst de as eruit, kachel schoonmaken en dan nieuwe kolen erin.' Desi: 'Als ik 's middags terugkwam van school moest ik de rijst wassen en de steentjes eruit halen. Met zo'n rieten rijstzeef. Mijn moeder had daar geen tijd voor, want die moest radjan - uien, knoflook en ik weet ik niet wat HET JAAR 1953 - snijden.' Ron: 'We hadden ook hele leu ke huisfeestjes. Heel gezellig al die Indo's bij elkaar.Tegen woordig zie je dat niet meer.' Desi: 'Vrienden en kennissen van de pensi ongasten waren ook welkom. Toen we onze eerste televisie kregen, zat het huis helemaal vol en zetten we de stoelen net zo neer als in een bioscoop. Er werd ook vaak gedanst. Met oud en nieuw moest ik elk jaar tweehonderd oliebollen bakken voor het hele pension.' Ron: 'Ik speelde gitaar. Ik had mijn eigen band, Bob and his melodystrings. Bob was onze zanger. Ik heb even gespeeld bij The Black Dynamites, maar toen ging de band naar Duitsland en moest ik in militaire dienst. Ik mocht ook een keer invallen bij The Hot Jumpers. Die speelden bij Dansschool Van der Meulen aan de Laan van Meerder- voort. Oscar Rexhauser was toen 23 en ik was 18. Een geweldige tijd. Met mijn eigen band trad ik overal op. We hebben ook nog in de Haagse Dierentuin gespeeld, daar waren vroeger altijd Indische feestjes.' Desi: 'Mijn moeder had ook jongens in de kost, weesjongens uit Indië van Pa van der Moesson #9 maart 2014indd 29 maart 2014 29 28-02-14 1156

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2014 | | pagina 29