Wijn moedel is de jongste dochtel van Flits D ahlel Zwijgen hoeft niet altijd goud te zijn FAMILIEGESCHIEDENIS Mijn moeder is de jongste dochter van Frits Dahler. Zij heeft het boek inmiddels twee keer herlezen. Voor haar werd een groot aantal dingen duidelijk. Verhalen omtrent haar vader waren altijd gehuld geweest in mysterie. Haar oudere broers en zussen heb ben haar nooit verteld wat haar vader precies deed en deden er het zwijgen toe. Zij voelden zich meer Nederlander. Behalve haar broer Max, de vader van Janneke, en haar zus Fietje. Mijn moeder moest Janneke begroeten met: 'Merdeka!' Welke rol speelde haar vader in de Indische maatschappij? Waarom kreeg haar vader een staatsbegrafenis? Waarom mocht alleen haar zus Fietje naar de uitvaart achter de demarcatielijn en haar broers en andere zussen niet? Met het in elkaar vallen van de puzzelstukjes komen ook de mooie herinneringen weer bo ven. Zoals de uitstapje naar Buitenzorg, naar Bali en naar de pasar, waar ze Es Shanghai at met haar nichtjes. Na het lezen van het boek begrijpt ze waarom ze op een dag een mooie strik in haar haar kreeg, in een nieuw jurkje werd gestopt en met haar vader op bezoek ging bij een Japanse hoogwaardigheidsbe kleder in Batavia. Terwijl haar vader urenlang sprak met de man, speelde zij in de tuin met zijn dochtertje. Waarom Soekarno op de dag dat ze geboren werd op kraamvisite bij haar ouders thuis kwam. Waarom mijn oom Doddy zich een hoedje schrok toen ik op een dag langs kwam bij hem in Den Haag met een document dat opa had geschreven: De positie van de Indo in de huidige maat schappij. Geleend uit het KITLV; ik studeerde Indonesische talen en culturen in Leiden. Ik heb toen niet meer aangedrongen, het lag te gevoelig. 'Kijk in de spiegel en zie wie u bent', is een uitspraak van mijn grootvader. ik kijk op van mijn boek en zie mijn oudste zoon, en het is alsof ik in de spiegel kijk: bruine ogen, bruine haren en een huid die ze in Brazilië zo treffend café com leite noemen, koffie met melk. Dertien jaar, maar niet meer klein. Zijn overgrootvader werd in de vorige eeuw door het Nederlandse gouvernement 'te klein en te bruin' genoemd, toen hij assistent resident wilde worden. Hij werd buitenspel gezet en dat wakkerde zijn politieke overtui ging alleen maar aan. Er waren wel degelijk initiatieven uit de Indo gemeenschap voor een meer gelijkwaardige maatschappij. Er waren meer opties dan je alleen te scharen bij de Nederlandse overheerser. Nederland heeft mijn grootvader gediskwalificeerd door hem te bestempelen als landverrader en te verbannen naar het eiland Onrust voor de kust van Batavia. Maar wat als mijn grootvader wel braaf had gedaan wat de Nederlanders van hem verwachtten? Zou hij dan niet zijn verbannen en had mijn moeder Thea dan wel een gelukkige jeugd gehad, samen met haar ouders in het grote huis aan de Jalan Kebon Sirih? Ja, er waren Indo's die zich niet bezighielden met zo veel mogelijk Nederlands te zijn. Niets om je voor te schamen. Zwijgen hoeft niet altijd goud te zijn. 'Iedere Indo is een boek op zich', zoals een dierbare vriendin laatst zei. Indische verhalen zijn verhalen die te lang zonder klank hebben geleefd, maar wel van binnen zijn gevoeld. Er is zoveel niet gezegd, niet gehoord of ongevraagd geble ven; al zijn buitenstaanders van mening dat het Indische verhaal allang verteld is en in herhaling is gevallen. Nelly-Jane heeft een begin gemaakt van het verhaal van onze grootvader, Pieter Frederich Dahler, alias Amir Dahlan, één van de oprichters van de Taman Siswa-scholen, één van de voorvechters van het nationalisme en één van de grondleggers van het Bahasa Indonesia als eenheidstaal, maar door de Nederlanders bestempeld als landverrader. Een kleine, bruine man die de onafhankelijkheid van Indonesië voorstond, maar die niet meer zou meemaken. Fragment open einde heeft. Een deel van het vervolg van onze familiegeschiedenis is mij bekend, maar er zijn nog steeds hiaten die - vooral na het lezen - vragen om opgevuld te worden. Waarom kwam oom Max alsnog naar Nederland? En: hoe zat het nou precies met opa Dahler, één van de voorvechters van het Indonesische nationalisme? Ook al beseft zij als geen ander dat het leven niet alleen bestaat uit presentjes en leuke dingen, verheugt zij zich toch op alles wat komen gaat. Ondanks al het gedwongen loslaten, al het afscheid en de onzekerheid, al het verdriet en gemis. Dwars door dit alles is het er nog, haar onbevangen zin in het leven. Het voelt rijk en sterkt haar vertrouwen nog meer. Een warme gloed vervult haar. Met de Hollandse grond stevig onder zich en het steeds zo ondoordringbaar lijkende wolkendek boven zich, staat zij daar, volop in de stralen van de zon. Moesson #2 augustus 2014_V4.indd 16 23-07-14 23:59

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2014 | | pagina 16