Bijl uit kamp Kesilir STILLE GETUIGEN Houten steel en ijzeren kling met ingebrand de volgende tekst: 'KESILIR' en 'G.J.J.' Afmetingen: 36,5 x 13 cm. De bijl behoorde toe aan Gerrit Jan Janssen (1895-1984), die hem gebruikt heeft in dit kamp. Het interneringskamp Kesilir lag in de zuidoosthoek van Java en be sloeg ongeveer 2.500 hectare moerassig kustgebied waar de malaria welig tierde en nauwelijks drinkwater aanwezig was. Slechts in één opzicht was de locatie goed gekozen: ontsnappingspogingen waren zo goed als onmogelijk omdat het terrein begrensd was door zee, oer bos en twee kali's. De Japanse luitenant-generaal Imamura wilde hier Europese burgers die hun inkomsten verloren hadden, bijeenbrengen in een gebied waar zij door landbouw in hun eigen levensonder houd konden voorzien. De situatie in Kesilir verschilde veel van die in andere interneringskampen. Men woonde zeer verspreid, wat voor de geïnterneerden het voordeel had van een rustig buitenleven, waarbij velen in maanden geen Japanner zagen. De bevolking - 3.161 mannen en jongens - was gehuisvest in de voormalige I.E.V.-kolonistenwonin- gen. Iedere wooneenheid moest op een stuk grond van enige tien tallen hectares een moestuin aanleggen. Het zaaigoed werd door de Japanners verschaft. De voeding is te Kesilir geen probleem geweest. Het rantsoen, geleverd door de Japanners en de opbrengst der tuinen, werd aangevuld door pakketten met levensmiddelen van familiele den. Eenmaal per maand - tenminste tot februari 1943 - mochten familieleden op bezoek komen. Al was het leven heel dragelijk, toch bloeide ook hier het verzet. In Kesilir was een sabotage-groep opgericht, die een eventuele lan ding der geallieerden op Java's oostkust wilde steunen. Na verraad werden achtendertig personen gearresteerd en gefusilleerd in de djatibossen bij Bondowoso. J.G. Wackwitz - vertegenwoordiger van de Handelsvereeniging Amsterdam te Surabaya - moest de leiding van het kamp op zich nemen. Bij zijn aantreden had hij de Japanners een aantal eisen gesteld die ook ingewilligd zouden worden. Zo wilde hij zelf inkopen doen voor het kamp, daartoe een eigen kantoor in Soerabaja openen en een vrachtauto aanschaffen voor het vervoer van de ingekochte goederen. Ook wist hij een miljoen kinine-pillen te verkrijgen. Onder de bekwame leiding van Wackwitz werden een aan tal diensten opgezet, zoals de administratie, de dienst leveringen, de medische dienst, de landbouwdienst en de technische dienst. In juni 1943 besloten de Japanners Kesilir op te heffen. Dit hing samen met de verslechtering van de oorlogstoestand en met de Japanse wens tot concentratie van alle gevangenen op West- en Midden-Java. Marthe Gaspar-Raven Alvast intekenen? De Catalogus Museum Bronbeek telt 440 pagina's, kost 24,95 en verschijnt op vrijdag 11 september. Wilt u de catalogus alvast bestellen? Stuur dan een mailtje met uw gegevens naar redactie@moesson.com of bel tijdens kantooruren naar 033 - 4611 611. Een kaartje kan natuurlijk ook: Moesson, Postbus 2074, 3800 CB Amersfoort. augustus 2015 33 Moesson #2 augustus 2015.indd 33 23-07-15

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2015 | | pagina 33