Connie Heins-Livain Mangga's stelen, gatrik spelen. Allemaal vanzelfsprekend voor kinderen die in Indië opgroeiden. Eind dit jaar verschijnt het fotoboek Opgegroeid in een land dat niet meer bestaat met korte interviews met de kinderen van toen. In Moesson vast een voorpublicatie. (Tegal, Java, 1933) 'We wilden eens een kampvuur maken in de tuin. We zochten naar papier om het vuur aan te krijgen en pakten de postzegelverzameling van mijn vader VOORPUBLICATIE Opgegroeid in een land dat niet meer bestaat Door Corine Poleij Fotografie Mary-Ann Struijk Connie Heins-Livain (1933) is in Tegal gebo ren. Ze groeide op in Makassar waar haar vader, Leopold Livain, directeur was van een hbs. Het gezin telde negen kinderen en woonde naast de school. 'Ik vrat van alles uit', vertelt Connie ondeu gend. 'We kregen een abonnement op het zwembad, omdat we vanwege de haaien de zee niet in mochten. De zee is natuurlijk veel spannender, dus stiekem zwommen we daar toch. En we wilden eens een kampvuur maken in de tuin. We zochten naar papier om het vuur aan te krijgen en pakten de postze gelverzameling van mijn vader. Helaas wer den we betrapt door de kinderjuffrouw, ze heeft ons verraden. We zijn toen hard wegge rend over het grindpad. Mijn vader kwam wel boos op ons af, maar hij was op zijn blote voeten en dat doet zeer op het grindpad. Hij ging op een stoel zitten en bleef wachten tot we weer thuiskwamen.' Het rebelse zit in haar bloed. Tijdens de VOC- tijd waren de Makassaren en de Boeginezen namelijk de piraten van het oosten. 'De nonnen hadden van 13.00 tot 15.00 uur verplicht rust, dan sliepen ze. Op hun terrein stonden negen manggabomen en wij stalen tijdens hun middagdutje regelmatig mang ga's Die verstopten we dan bijvoorbeeld tussen de wortels van een waringin. Ik ben rooms-katholiek opgevoed en ging biech ten. De pastoor heeft geleerd dat je alleen moet biechten als je er spijt van hebt, anders worden je zonden niet vergeven. Toen ik klaar was met biechten zei de pastoor: "Ben je niets vergeten? Ik heb namelijk gezien dat je mangga's gestolen hebt." Toen zei ik dat ik ze wel gestolen had, maar er geen spijt van had.' Connie kan er nog steeds om lachen. 'Mijn zus was trouwens overal bang van. Zo hadden mijn broer en ik ooit een grote schildpad gevangen. Er werd een klapper doormidden gezaagd en er kwamen gaten in. Deze klapper maakten we bovenop de schildpad vast met was van een kaars. De kaars werd aangestoken en in de constructie 38 Moesson Moesson #5 november 2015.indd 38

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2015 | | pagina 38