Bonthy Kiliaan (Bonthain, Celebes, 1934) In 1951 kwam Bonthy naar Nederland. 'Met de Oranje, eerste klas', lacht hij. 'Datkan toch ook niet iedereen Zeggen.' VOORPUBLICATIE 'Mijn opa van vaders kant was een transla- teur, een tussenpersoon tussen de sultan van Solo en andere mensen. De sultan correspondeerde alleen in het hoog-Javaans. Al zijn brieven naar de regering werden vertaald naar het Nederlands. Mijn oma van moederskant stamt af van de Molukken, van de perkeniers. Dat waren de mensen die de specerijen voor de VOC verbouwden.' Bonthy's vader was afgestudeerd als arts. Zijn moeder was apothekersassistente. Zij werkten onder andere op het eiland Noesa Kembangan. Dit eiland wordt ook wel het Alcatraz van Indonesië genoemd, want het is een verbanningsoord. 'Het is eigenlijk één grote gevangenis met een aantal onder nemingen waar de gevangenen werkten', aldus Bonthy. Zijn ouders verhuisden naar Bonthain, waar ze eveneens te werk werden gesteld in het ziekenhuis van een gevange nis. Bonthy is hier geboren en heeft er ook zijn naam aan te danken. We krijgen nog veel meer familiegeschiede nis te horen, want Bonthy kent de verhalen goed. Hij heeft ze gelezen in de dagboeken van zijn ouders. Maar hoe heeft Bonthy zelf zijn tijd in Indië doorgebracht? 'We woonden in een huis met vele galerijen vol orchideeën en hadden een T-Ford. Onze tuinman was een van de gevangenen die mijn ouders al in Noesa Kembangan als hulp hadden. Maar in middels was hij een vrij man. Deze tuinman zorgde ervoor dat mijn moeders orchideeën- collectie gestaag groeide.' Op vierjarige leeftijd verhuisde Bonthy naar Soerabaja. 'Wij woonden er met mijn oma, een tante en enkele ooms in een riant huis in een dure buurt. Het was gunstig gelegen, dicht bij het ziekenhuis en de school. De huur was heel erg schappelijk. Later bleek dat het huis al anderhalf jaar leeg stond. Niemand wilde het hebben, omdat iemand zich er had opgehangen. Zijn geest zou nog aanwezig zijn. Dus op de eerste de beste donderdag werd er wierook gebrand en brachten wij offers bij de waterput.' Als kind heeft Bonthy veel kunnen spelen. Bonthy's nichtje woonde in de buurt. Samen speelden ze vaak in de zandbak. Ook vliege ren vond hij leuk. Met een ondeugende blik in zijn ogen legt hij uit hoe je gevechtsvlie gers kunt maken, met glasdraad van gom en fijngestampt glas. Dit heeft hij geleerd van zijn blinde opa. Gatrik, kastie, knikkeren, fiet sen, rolschaatsen, steltlopen en tollen waren ook geliefd. Lang heeft het gezin hier niet gewoond, want Bonthy's vader, die inmid dels afgestudeerd was als chirurg, verhuisde naar Modjowarno. In deze plaats was een zendingsziekenhuis en een kampong. 'Tijdens de oorlog zat ons gezin in Ban doeng, bij de zus van mijn moeder. Spijtig genoeg zonder mijn vader, want hij werd als krijgsgevangene aan de Birma-Siam spoorlijn tewerkgesteld. Mijn moeder had een kennis uit haar hbs-tijd, meneer Hellerman. Hij was elektrotechnisch ingenieur en werkte bij de grote zendmast van Bandoeng. Deze was gericht op Radio Kootwijk.' Bonthy lacht en zegt: 'Hallo, Bandoeng.' Dit waren de fameuze woorden die konin gin-moeder Emma ooit sprak: Hallo Ban doeng... hier Den Haag. De Japanners hadden deze zender gericht op Tokyo, maar hadden verder geen kennis van de apparatuur. Het huis tegenover de generaal werd toen ter beschikking gesteld aan meneer Hellerman in ruil voor zijn diensten. 'Het was een knots van een huis. Zijn moeder, zijn zus met haar twee dochters, twee tantes en mijn moeder, mijn zus en ik mochten daar ook komen wonen. De zus van meneer Hellerman had twee kinderen en een van die kinderen is vele jaren later mijn vrouw geworden', vertelt Bonthy. 'De Japanners hadden die zendmast nodig, dus ze zorgden er wel voor dat wij veilig waren. Tot de bevrij ding hebben wij hier gewoond.' In 1951 kwam Bonthy naar Nederland. 'Met de Oranje, eerste klas', lacht hij. 'Dat kan toch ook niet iedereen zeggen.' Bonthy showt trots een blauw fotoalbum, met een wajangpop op de kaft. De vergeelde foto's van zijn familie en de verhalen uit het dagboek van zijn moeder zorgen voor een aantrekkelijke reis terug in de tijd. 'Ik heb een erg fijne tijd gehad in Indië. Ook hier in Ne derland. Ik heb gewoon erg veel geluk had.' 40 Moesson Moesson #5 november 2015.indd 40 28-10-15 14:43

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2015 | | pagina 40