0 - 1^4 - rai ziek moet zijn geweest. Een jonge vrouw, 37 jaar, alleen in Nederland met de zorg voor negen kinderen. Mijn opa vermoedt dat ze zichzelf en haar pijn al die tijd heeft weggecijferd. De oudste broer houdt de kleintjes weg bij hun overleden moeder, als ze door de gordijnen gluren, zien ze de lijkkoets nog net de straat uitrijden. Kleine Jet van vijf jaar zal dat beeld haar hele leven met zich meedragen, want daarna zag ze haar moeder immers nooit meer. Lopend langs grote glimmende Joegoslavische praal graven, besef ik dat er van mijn overgrootmoeder Jacqueline Zorab hier op de Nieuwe Oosterbegraaf plaats geen spoor meer te vinden zal zijn. Zelfs haar naam blijkt niet eens voor te komen in het register van de begraafplaats. En dat terwijl haar dood in 1931 dramatisch genoeg was voor berichten in het Alge meen Handelsblad en Het Koloniaal Weekblad. Negen kinderen die moederziel alleen achterblijven is immers 'een geval dat even diep ontroert, omdat het grootsch is in zijn eenvoud.' Buurman van een straat verderop, de zestigjarige oud-onderluitenant van het Indische Leger en ridder M.W.O. derde klasse, Lodewijk Kloet, werpt zich met zijn Indische echtgenote Suzanna de Jong op als pleegouders en trekken bij het gezin in. Terwijl vader in Indië nog van niks weet, regelt Kloet de begrafenis van moeder en de terugreis naar Indië van de negen kinderen, waarvan het jongste meisje, Jopie, nog niet eens kan lopen. Ook andere buren ontfermen zich over het gezin: de Holtsheimers, de Steketees, de dames Adriani, Van Lier, Stockflet, Meuwissen, de Indische studievrienden van mijn opa: Tielman, Volst, Van Aalst. Zelfs de vereniging Christian Science. Op zaterdag 24 oktober wordt dan de eenvoudige plechtigheid voltrokken. De kist is bedolven onder gro te, witte herfstchrysanten, linten lezen: Lieve Moeder, Rust Zacht. Aan de kale groeve een gemengd Am sterdams-Indisch gezelschap, op foto's zijn de droeve buren uit de Watergraafsmeer te herkennen, studie vrienden en de oudste kinderen. Voor de kleintjes is op pas geregeld. Het kleurrijke gezelschap inspireert een journalist van Het Koloniaal Weekblad tot de volgende passage: 'Zoo leefde, stierf plotseling en werd liefderijk begraven de Indische moeder door onbekende vrien- rU-Aud-^ \/A_ den ten overstaan van Hem, die kent noch bruin, noch blank of zwart, doch kinderen slechts...' Zo staan stille, sprakeloos allen bij het graf, waar op verzoek van de oudste zoon niet gesproken mag wor den. En na een kort dankwoord en een laatste groet, vertrekt iedereen. De tijdelijke pleegouders kunnen het moederloze gezin nog uitgeleide doen tot aan IJmuiden, dankzij een ges te van de directie van de NV Stoomvaart Maatschappij. Op 11 november 1931 vertrekken de negen kinderen met de SS Christiaan Huygens weer naar Indië. Oudste dochter Lieke krijgt een album souvenir met foto's, krantenknipsels en bemoedigende gedichten overhan digd door het echtpaar Kloet. Voorbij is de droom van mijn familie, voorbij de droom van mijn opa. Nu rest slechts de terugtocht. Mijn hele familie bedankt voor het meedenken en aandragen van alle stuk jes informatie en foto's. december 2015 41 Moesson #6 deoemher 9015inrlrl 41 94-11-15 1852

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2015 | | pagina 41