<s> De Ster voor Trouw en Verdienste Van ereteken naar nachtmerrie innen van belastingen en orde handhaven. Ook moesten hij en zijn onderdanen zich desgevraagd inzetten voor landbouw-, scho ling-, of wegenprojecten. Vergeleken met de periode waarin hevig gevochten werd, verbeterde de positie van deze oeléëbalangs in de jaren twintig sterk. In de hiërarchie in Atjeh en Onderhorighe den stond de gouverneur aan het hoofd met daaronder de assistent-residenten. Zij werden bijgestaan door gezaghebbers en controleurs van het binnenlands bestuur die direct contact hielden met de Atjehse zelfbe- stuurders. De meeste zelfbestuurders waren oeléëbalangs: de hoofden van moekims die onder Nederlands gezag hun oude feodale beleid konden blijven voeren. Dit beleid werd erfelijk doorgegeven van vader op zoon. Vele Door John Klein Nagelvoort Foto's Privecollectie John Klein Nagelvoort De Ster voor Trouw en Verdienste was een gewilde onderscheiding in Nederlands-Indië, maar een smet voor de drager in de Republiek Indonesië. De onderscheiding was ingesteld bij besluit van de gouverneur-generaal op 29 augustus 1893 met als ingangs datum 1 januari 1894. Het was een ereteken voor 'aanzienlijke en verdien stelijke Inlanders en Oostersche vreemde lingen'. De drager zag deze onderscheiding als beloning voor bewezen diensten voor het koloniale gezag of voor zijn vorstenland, in Atjeh moekim genaamd. Maar na het wegvallen van het koloniaal gezag, werd de onderscheiding met bijbehorende privileges voor veel dragers een nachtmerrie. De eerste Atjehse hoofden onderwierpen zich in 1876 aan het Nederlands gezag door middel van het tekenen van de Lange Verkla ring met daarin 18 artikelen. In 1914 was de Atjeh-oorlog grotendeels voorbij. De Atjehse hoofden die zich niet hadden onderworpen, waren dood of verbannen. Diegene die zich had onderworpen, bood het gouvernement mogelijkheden zijn positie te behouden. De belangrijkste taken van het hoofd waren het kleine zilveren ^Ster uitgereikt rond 1900. van deze oeléëbalangs waren drager van de grote of kleine gouden Ster voor Trouw en Verdienste. Hun onderda nen moesten vaak genoegen ne men met een zilveren of bronzen exemplaar. De uitreiking van de onderscheiding was een plechtig gebeuren. In Atjeh werden de meeste uitreikingen uitge voerd door controleurs van het binnenlands bestuur. Dan ging het vaak om de bronzen of zilver Ster voor Trouw en Verdienste. Het uitreiken van de grote en kleine gouden Ster voor Trouw en Verdienste was weggelegd voor de assistent-residenten, om de waarde van de hoge onderscheiding te benadrukken. Naast de plechtige benoemingen werden de namen van de onderscheiden personen ge publiceerd in de kranten op Sumatra en Java. De foto heeft als titel: 'Ter herinnering aan de plechtige uitreiking van de zilveren Ster voor Trouw en Verdienste aan den inlandse schrij ver 1e klasse te Tjalang, Si Kimin Maharadja. Besluit van den GG van Nederlands Indië, 21 augustus 1920, no. 1 Tjalang 9 december 1920' De uitreiking werd gedaan door F.W. Stammeshaus, gezaghebber binnenlands be- 24 Moesson Moesson #8 februari 2016.indd 24 26-01-16 13:12

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2016 | | pagina 24