Rogier Boon ter Tong Tong-covers van Dat kan via- ons online arché^- ojp www.moe^on. Rogier Boon (Meester Cornelis, 1937 - Den Haag, 1995) bepaalde met zijn prachtige illustraties en foto's jaren lang de look feel van Tong Tong en Moesson. Na repa triëring naar Nederland in 1954 werd Rogier op 17-jarige leeftijd op basis van zijn talent (hij had zijn hbs-diploma nog niet) aangenomen op de Kunstnijverheidsschool, nu de Gerrit Rietveld Academie. Rogier Boon was de zoon van Tjalie Robinson en zijn eerste echtgenote Edith de Bruijn. Nadat Tjalie in 1958 Onze Brug overnam en omdoopte tot Tong Tong, begon Rogier voor het blad te illustreren en ontwerpen. Hoewel hij ook opdrachten uitvoerde van uitgeverijen en reclamebureaus, is zijn werk voor Tong Tong en Moesson en de daaruit ontstane Pasar Malam het belangrijkste geweest. Als je op 17-jarige leeftijd naar Nederland komt, kan het niet anders dan dat je een artistieke erfenis van het land waar je bent opgegroeid, meeneemt. Dat hij Indisch was, zag Rogier als dubbele bagage, een verrijking, precies zoals zijn vader dit altijd benadrukte. Maar dat beteken de niet dat hij zich beperkte tot voor de hand liggende ontwerpen. Hij wilde een moderne Indische stijl, en hield bijvoorbeeld helemaal niet van de obligate palmbomen en wajangpoppen. Hij verenigde verschillende ele menten, zowel Indonesische en Indische motieven, als westerse. Dat maakt zijn grafische werk zo bijzonder. Uit de kunst - Ton Rogier was zelf het levende voorbeeld van de mix tussen oost en west, door zijn Europese gelaatstrekken, zijn tengere lichaamsbouw, cappuccino-achtige huidskleur in combinatie met lichte ogen. Ik heb hem wel eens op de Pasar Malam zien lopen, mijn moeder zou gezegd hebben: hij ziet er kranig uit. Hij had hele authentieke ideeën. Voor het Pasar Ma- lam-nummer van Tong Tong (30 juni 1962), maakte Rogier een omslag waarop je zijn interpretatie van het Minangkabause paleis ziet. Boven het gebouw waar de Pasar Malam wordt gehouden wordt vuurwerk afge stoken, wat het geheel door de kleuren nog feestelij ker maakt. Dat het om een Avondmarkt gaat wordt gesuggereerd door de zwarte achtergrond. De Minang- kabau-stijl zou nog veel vaker terugkomen in ontwerpen voor de speciale pasarnummers. Ook had Rogier een voorliefde voor bomen en vogels. Al in een van zijn eerste werken uit zijn studietijd tekent hij een boom die een voorstudie zal blijken van wat later op de cover van Tong Tong verschijnt. Ook vogels komen terug in zijn werk. Zo ontwierp hij voor Tong Tong in 1967 een badhanddoek met een tafereel van eendjes op de rand van een sawa, dat geïnspireerd lijkt op een schilderij van de Indische schilder Charles Sayers. In het ontwerp zie je de kruisbestuiving tussen twee culturen samengevat. De handdoek heb ik inmiddels zelf in bezit; een aardige vrouw was zo lief hem mij te geven toen ik in een interview aangaf er een te willen hebben. Ik ben er nog steeds erg blij mee. Frans Leidelmeijer bespreekt iedere maand kunst die is ontstaan uit Europese en Indische kruibestuiving. MOESSON I 17 Moesson iuni/iuli 2016 (nieuw).indd 17 31-05-16 1507

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2016 | | pagina 17