TESTCASE Ernst Termeulen, BATAVIA (toen 13 jaar) Meta Koch-van Doorn, BANDOENG (toen 17 jaar) je denkt aan een rechtszaak, moet het veel harder geformuleerd zijn, met harder bewijs en met een individuele aanpak. Als je het meer politiek in wilt kleden, dus in een gesprek met Indonesië de druk wilt proberen op te voeren, dan kun je het beter als collectief benaderen. Idealiter zou je Indonesië om de tafel willen krijgen en zeggen: Jullie wilden die onafhan kelijkheid. In die onafhankelijkheidsstrijd is er heel veel mis gegaan. Misschien dat het formeel nog Nederland was, maar uiteindelijk heeft dit geleid tot de onafhankelijkheid. Jullie hebben die opstand gesteund en daar nooit de schade van vergoed die is veroorzaakt. Zo'n soort verhaal. En dan moet je een beetje wegblijven van de echte zware juridische argu menten. Zo zou ik het voor me zien.' Kan zo'n rechtszaak een rol spelen in de ver werking? Zegveld: 'Ik denk dat er in dit soort leed altijd recht gedaan moet worden, want mensen slepen dit leed met zich mee. Het kan absoluut een rol spelen in de verwerking. Soms is men geneigd te zeggen: Kom, laten we er een punt achter zetten. Maar deze opmerking alleen al impliceert dat er nog iets is. Het vraagt ken- 'Na de Japanse capitulatie in augustus '45 werd de sfeer in de kampong waar wij woonden (Drossaersweg binnen, naast kampong Baroe) grimmiger. Sommige Indische Nederlanders in deze straat waren reeds vermoord of vermist. Bijna elke avond hoorden wij het woord 'Bersiap'! Dat ging door merg en been. Op een dag werden wij door enkele Indonesiërs ge waarschuwd dat wij ons huis niet mochten verlaten, een soort huisarrest. Omdat ik nieuws gierig was, liep ik toch op wat tumult af. Tot mijn afgrijzen zag ik hoe een blanke jongen van een jaar of 22 door een menigte Indonesiërs met kapmessen en puntige bamboestokken werd bewerkt en afgemaakt. Ik wist gelukkig weg te komen.' (DVB) nelijk zo'n wilsbeslissing om het afsluiten. Het feit dat dit niet van nature gaat, is een teken aan de wand.' In een interview heeft u ooit gezegd: 'Ik ben als advocaat vooral geïnteresseerd in de diepere normen en waarden die ten grondslag liggen aan het recht.' Zegveld: 'Een gemiddelde advocaat begint niet aan een zaak als van de weduwen van Rawagede; het heeft zich te lang geleden afgespeeld. Ik was niet van plan om er een rechtszaak over te beginnen, ik wilde het ge woon bij de staat neerleggen. Er zijn allemaal 'Vieze prop in de mond, onze handen vastgebonden, liepen we door de blubber naar een bovenhuisje in de kampong. Mijn vader, moeder, mijn broers en ik werden gemarteld; ze drukten brandende sigaretten uit op onze armen. De voorman wilde me verkrachten, maar ik had een Japanse broek die voor én achter dichtgeknoopt zat en vocht met hem. Toen een ander binnenkwam, liet hij me met rust. Vervolgens werden we naar een Chinees-In donesische school gebracht, waar mijn moeder en ik van mijn vader en broers gescheiden werden. Wij kwamen terecht in een oude houtzagerij, met water op de vloer en alleen een peertje aan het plafond. Boven ons werden de zwaarden geslepen om ons bang te maken: 'Morgen gaan we ze afslachten'. Van daaruit werden wij wéér ontvoerd. Uiteindelijk zijn we naar Tegallega gebracht, waar we door gevangenenruil bevrijd werden door de Engelsen. Mijn vader en broers zijn meteen na de scheiding vermoord.' (DVB) regels in het rechtssysteem die heel strikt lijken, aanvankelijk dacht ik dan ook geen enkele kans te maken. Maar de kwestie van de executies, waarvan zowel de weduwen als de militairen die het gedaan hebben nog in leven zijn, bleek zo aan te sluiten bij de actualiteit, bij mensen die er gewoon nog zijn. Iedereen die erbij betrokken is geweest, heeft hierover zijn eigen verhaal. Ik kwam tot de conclusie dat het nog helemaal niet afgesloten was. En het recht moet zijn relevantie hebben voor dingen die niet afgesloten zijn. Het recht is namelijk niet in beton gegoten, dus dan kun je kijken of het toch een betekenis kan hebben voor diepere waarden, zoals het recht op leven: het leven van de ander tast je niet aan. Een verhaal moet verteld worden en het recht moet die opening bieden. Daarom ben ik ook niet bang om een zaak te verliezen. Het recht is een levend instrument, het moet ontwikkeld worden. En dat gebeurt uitsluitend doordat er mensen zijn die er een beroep op doen. Alleen dan verandert er iets.' AUGUSTUS29 Moesson #2 augustus.indd 29 20-07-16 17:18

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2016 | | pagina 29